De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Gelet op de artikelen 2, derde lid, 3, tweede lid, en 4, achtste lid, van de Tijdelijke
Experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming en de artikelen 12, eerste
lid, en 18, tweede lid, van het Tijdelijk Experimentenbesluit stembiljetten en centrale
stemopneming;
Besluit:
Artikel 1
In deze regeling wordt verstaan onder:
- – Experimentenwet:
-
Tijdelijke experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming;
- – Experimentenbesluit:
-
Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en centrale stemopneming.
Artikel 2
Deze regeling is van toepassing op een experiment met een nieuw stembiljet voor kiezers
buiten Nederland als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, van de Experimentenwet.
Artikel 3
-
1. Bij de registratie van een logo, bedoeld in artikel 4, derde lid, van de Experimentenwet,
verstrekt een politieke groepering aan het centraal stembureau tevens digitaal het
logo met als extensie ‘Joint Photographic Experts Group’ (jpeg) en een resolutie van
300 ‘Dots per inch’ (dpi). Het logo wordt in drie formaten aangeleverd, te weten met:
-
– een maximale breedte van 37,5 millimeter en een maximale hoogte van 9,3 millimeter;
-
– een maximale breedte van 18,3 millimeter en een maximale hoogte van 9,3 millimeter;
-
– een maximale breedte van 12 millimeter en een maximale hoogte van 9,3 millimeter.
-
2. Het centraal stembureau stelt de geregistreerde logo’s digitaal beschikbaar aan Onze
Minister en de burgemeester van ’s-Gravenhage.
Artikel 4
-
1. Het register, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van het Experimentenbesluit, bevat
de nummers van de ongeldige briefstembewijzen.
-
2. Het uittreksel van ongeldige briefstembewijzen, bedoeld in artikel 9 van het Experimentenbesluit,
bevat de gegevens, bedoeld in het eerste lid.
Artikel 5
Het briefstembureau stelt bij de stemopneming vast de redenen waarom stemmen als ongeldig
worden aangemerkt en verstrekt deze gegevens aan Onze Minister ten behoeve van de
evaluatie van het experiment, bedoeld in artikel 17 van het Experimentenbesluit.
Artikel 6
-
1. In afwijking van de bijlage bij de Kiesregeling wordt voor kiezers buiten Nederland
als model voor het stembiljet het model vastgesteld dat in de bijlage bij deze regeling
is opgenomen.
-
2. Als model voor de registratie van een logo wordt het model vastgesteld dat in de
bijlage bij deze regeling is opgenomen.
-
3. Als modellen voor het verzoek om een vervangend briefstembewijs worden de modellen
vastgesteld die in de bijlage bij deze regeling zijn opgenomen.
Artikel 7
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van de dag dat de
Experimentenwet vervalt.
Artikel 8
Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke experimentenregeling stembiljetten
voor kiezers buiten Nederland.
TOELICHTING
In deze regeling worden enkele nadere regels gesteld aan de experimenten met een nieuw
model stembiljet voor kiezers buiten Nederland. Voor een toelichting op de experimenten
wordt verwezen naar de Tijdelijke experimentenwet stembiljetten en centrale stemopneming2 (vanaf nu: Experimentenwet) en het Tijdelijk experimentenbesluit stembiljetten en
centrale stemopneming (vanaf nu: Experimentenbesluit).
Consultatie
De Kiesraad en gemeente Den Haag hebben advies gegeven over het ontwerp van deze experimentenregeling.3
De Kiesraad wijst erop dat er geen regels worden gesteld omtrent het experiment met
centrale stemopneming. Deze regels komen echter in een andere experimentenregeling.
Verder vraagt hij om nadere regels te stellen over het beschikbaar stellen van het
overzicht van de kandidatenlijsten. Dat blijkt echter niet nodig, omdat reeds uit
artikel 5 van het Experimentenbesluit volgt dat de kiezer zo spoedig mogelijk het
overzicht van de kandidatenlijsten beschikbaar wordt gesteld. In de toelichting bij
het Experimentenbesluit is beschreven, dat het overzicht van de kandidaten zal worden
gepubliceerd en dus voor de kiezer is te raadplegen op onder andere de website die
gebruikt zal worden voor de voorlichtingscampagne van de Rijksoverheid. Voor kiezers
die hun stembiljet via de post ontvangen, geldt dat de kandidatenlijsten zullen worden
meegestuurd met het stembiljet.
De Kiesraad vraagt daarnaast of het gebruik van kleur mogelijk is bij de registratie
van een logo. Dat is het geval, nu er geen beperkende voorwaarden worden gesteld aan
het gebruik van kleur of grijstinten bij de registratie.
De Kiesraad gaat er verder vanuit dat als twee of meer groeperingen gezamenlijk een
nieuwe samengevoegde aanduiding in het register van aanduidingen registreren, in dat
geval sprake is van één aanduiding. Hij gaat er vanuit dat in een dergelijk geval
ook één (nieuw) logo boven de lijst wordt geplaatst. De conclusie van de Raad is juist.
De Experimentenwet, -besluit en -regeling staan er overigens niet aan in de weg dat
in dergelijk geval één logo wordt geregistreerd dat bestaat uit 2 plaatjes. Een logo
hoeft in dergelijk geval dus niet noodzakelijkerwijs uit één afbeelding te bestaan.
Dergelijke registratie moet worden toegelaten, mits aan de overige vereisten, bedoeld
in artikel 4 van de Experimentenwet en artikel 3 van deze regeling, is voldaan.
Tot slot merkt de Kiesraad op dat de modellen bij de Experimentenregeling tijdig beschikbaar
dienen te zijn. Daaraan zal in het kader van de voorlichting aandacht worden besteed.
De gemeente Den Haag adviseert om de gegevens in het register ongeldige briefstembewijzen
te beperken tot uitsluitend de nummers van de ongeldige briefstembewijzen. De overige
informatie heeft namelijk geen toegevoegde waarde. Dit advies is overgenomen.
De overige adviezen van de Kiesraad en gemeente Den Haag zijn redactioneel van aard.
Deze adviezen zijn overgenomen, tenzij daardoor het model onduidelijk of onjuist werd.
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 3
In artikel 3 zijn eisen gesteld aan de wijze waarop politieke groeperingen hun logo
digitaal moeten aanleveren. Deze eisen zijn gesteld met het oog op de vormgeving van
het stembiljet. De politieke groeperingen leveren het logo in drie formaten aan. Uitgangspunt
is dat het grootste formaat van het logo (37,5 mm bij 9,3 mm) op het stembiljet geplaatst.
Echter, het kan voorkomen dat bij een kandidatenlijst twee of meer logo’s worden vermeld,
omdat twee of meer politieke groeperingen gezamenlijk één lijst inleveren (zie artikel
13, tweede lid, van het Experimentenbesluit). In dat geval worden de logo’s van deze
twee, of wellicht drie, politieke groeperingen gezamenlijk op het stembiljet geplaatst.
Dan wordt van deze logo’s een kleiner formaat gebruikt, zodat deze logo’s gezamenlijk
in de daartoe bestemde ruimte op het stembiljet passen. De partijen moeten het logo
direct in drie formaten aanleveren. Dit is zo geregeld, zodat wanneer meerdere partijen
één gezamenlijke lijst inleveren, het juiste (kleinere) formaat aanwezig is en de
partijen zelf hier geen omkijken naar hebben.
Het centraal stembureau verstrekt de geregistreerde logo’s digitaal aan Onze Minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, en aan de burgemeester van Den Haag.
Zij kunnen deze logo’s gebruiken voor het drukken van het stembiljet.
Politieke groeperingen kunnen hun logo’s in kleur of in grijstinten registreren, nu
daarover geen beperkende voorwaarden zijn opgenomen in dit artikel.
Artikel 4
In artikel 4 is vastgesteld welke gegevens worden opgenomen in het register ongeldige
briefstembewijzen. Het betreft de nummers van de ongeldige briefstembewijzen.
Op grond van artikel J 27 van het Kiesbesluit worden in het register ongeldige stempassen
ook andere gegevens opgenomen in dat register, zoals de redenen waarom een stempas
ongeldig is. Daardoor kan de kiezer die zich met een ongeldige stempas bij het stembureau
vervoegt, worden geïnformeerd over de reden waarom hij met deze (ongeldige) stempas
niet tot de stemming kan worden toegelaten en de wijze waarop hij alsnog kan stemmen.
Voor het register ongeldige briefstembewijzen is dit niet van belang, omdat kiezers
in het buitenland niet persoonlijk worden geconfronteerd met de situatie dat het briefstembureau
hen de toegang tot de stemming weigert. Daarom beperkt het register ongeldige briefstembewijzen
zich tot de nummers van de ongeldige briefstembewijzen.
Artikel 5
Het briefstembureau houdt bij op welke grond stemmen ongeldig worden verklaard. Deze
informatie kan worden gebruikt voor de evaluatie van het experiment.4
Artikel 6
In de bijlage bij deze regeling is het model stembiljet voor kiezers buiten Nederland
vastgesteld. Het is de bedoeling om de kiezers al in een vroegtijdig stadium voor
te lichten over de wijze waarop met dit stembiljet moet worden gestemd.
Tevens zijn de modellen vastgesteld voor de formulieren waarmee politieke groeperingen
een logo kunnen registreren, en de formulieren waarmee kiezers om een vervangend briefstembewijs
kunnen verzoeken. In het formulier waarmee om een vervangend briefstembewijs kan worden
verzocht, moeten kiezers enkele gegevens opgeven. Deze gegevens zijn nodig ter identificatie
van de kiezer die om een vervangend briefstembewijs verzoekt.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.H.A. Plasterk