Besluit van de Minister van Veiligheid en Justitie, d.d. 3 december 2013, kenmerk 450014, houdende de intrekking van het besluit van de Minister van Justitie van 15 juli 2008, kenmerk 5555570/08, strekkende tot aanwijzing van vuurwapendragers bij de bijzondere opsporingsdienst, bedoeld in artikel 2, onderdeel c, van de Wet op de bijzondere opsporingsdiensten. (Besluit intrekking aanwijzing vuurwapendragers bij het Dienstonderdeel Opsporing van de Algemene Inspectiedienst)

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelezen het verzoek van de directeur Inlichtingen- en Opsporingsdienst van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA-IOD) van 5 november 2013.

Besluit:

Tot intrekking van het Besluit aanwijzing vuurwapendragers bij het Dienstonderdeel Opsporing van de Algemene Inspectiedienst (AID/Dienstonderdeel Opsporing).

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit intrekking aanwijzing vuurwapendragers bij het Dienstonderdeel Opsporing van de Algemene Inspectiedienst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 3 december 2013

De Minister van Veiligheid en Justitie, Namens deze, Het hoofd van de afdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken, M. Jongeneel-van Amerongen

TOELICHTING:

Bij het in te trekken Besluit aanwijzing vuurwapendragers bij het Dienstonderdeel Opsporing van de Algemene Inspectiedienst, zijn de opsporingsambtenaren van het observatieteam van de bijzondere opsporingsdienst van het voormalige Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Nu: Ministerie van Economische Zaken) aangewezen als vuurwapendragers. Per 1 januari 2012 is het Dienstonderdeel Opsporing bij de Algemene Inspectiedienst overgegaan in de Inlichtingen- en Opsporingsdienst van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA-IOD). De NVWA-IOD beschikt sindsdien niet meer over een observatieteam. Er is derhalve geen noodzaak het besluit in stand te houden.

De Minister van Veiligheid en Justitie, Namens deze, Het hoofd van de afdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken, M. Jongeneel-van Amerongen

Naar boven