Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 3 december 2013, nr. IENM/BSK-2013/266528, houdende wijziging Uitvoeringsregeling en beleidsregel BDU verkeer en vervoer

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 4, derde lid, van het Besluit BDU verkeer en vervoer;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 3 van de Uitvoeringsregeling en beleidsregel BDU verkeer en vervoer komt te luiden:

Artikel 3

Het absolute aandeel bedraagt voor het uitkeringsjaar 2014 het bij de uitkeringsontvanger genoemde bedrag in de onderstaande tabel:

Uitkeringsontvanger

Bedrag (x 1.000 euro)

Bestuur Regio Utrecht

5.952

Stadsgewest Haaglanden

3.553

Stadsregio Arnhem-Nijmegen

9.313

Stadsregio Amsterdam

-5.137

Samenwerkingsverband Regio Eindhoven

8.071

Stadsregio Rotterdam

21.518

Regio Twente

3.203

Provincie Drenthe

1.862

Provincie Flevoland

3.246

Provincie Friesland

0

Provincie Gelderland

678

Provincie Groningen

3.808

Provincie Limburg

4.275

Provincie Noord-Brabant

14.004

Provincie Noord-Holland

20.170

Provincie Overijssel

5.148

Provincie Utrecht

23.200

Provincie Zeeland

16.193

Provincie Zuid-Holland

5.377

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld.

TOELICHTING

Algemeen

Deze regeling wijzigt de Uitvoeringsregeling en beleidsregel BDU verkeer en vervoer (hierna: Uitvoeringsregeling). De wijziging houdt strekt tot vervanging van de absolute aandelen voor de uitkeringsontvangers van de brede doeluitkering. De uitkeringsontvangers ontvangen deze brede doeluitkering ten behoeve van de voorbereiding en de uitvoering van het provinciaal en regionaal verkeer- en vervoerbeleid (hierna: de brede doeluitkering) voor het uitkeringsjaar 2014.

De verandering ten opzichte van 2012 van de absolute aandelen voor het uitkeringsjaar 2013 in de brede doeluitkering is in de eerste plaats het gevolg van het feit dat de bedragen van het prijspeil 2012 op het prijspeil 2013 zijn gebracht. Het betreft hier een indexatie van 0,1288%.

De verandering van de absolute aandelen is tevens het gevolg van de toevoeging van extra middelen aan de middelen van de brede doeluitkering in verband met ondermeer:

  • a. de Rijksbijdrage regionaal project N23;

  • b. verrekening kosten tussen IenM en de gemeente Amsterdam t.a.v. werkzaamheden voor het project Zuidasdok

Ad a. de Rijksbijdrage regionaal project N23

In maart 2010 heeft de toenmalige minister van Verkeer en Waterstaat een financiële bijdrage van € 35 miljoen (all-in) toegezegd aan de provincie Noord Holland ten behoeve van het aanpassen van de op- en afritten van de provinciale wegen op de A7. Deze bijdrage wordt thans in twee tranches in 2014 en 2016 via het absolute aandeel van de brede doeluitkering aan de provincie ter beschikking gesteld. De provincie Noord-Holland gaat de provinciale wegen van Alkmaar naar Enkhuizen opwaarderen en deels omleggen. Zij doet dit onder de projectnaam N23.

Ad b. verrekening kosten tussen IenM en de gemeente Amsterdam t.a.v. werkzaamheden voor het project Zuidasdok

Het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM), de gemeente Amsterdam, de stadsregio Amsterdam en de provincie Noord-Holland werken samen aan het project ZuidasDok. Ook leveren deze partijen allen een financiële bijdrage. De bijdrage van IenM aan het totale project bedraagt 979 mln (pp2011, incl. BTW). Tussen partijen is afgesproken dat op basis van de prognose van de uitgaven voor het komende jaar, partijen hun bijdrage bij wijze van voorschot beschikbaar stellen. De omvang van de jaarlijkse voorschotten is naar rato van de bijdrage van partijen aan het totale project ZuidasDok. Indien de realisatie van het project ertoe leidt dat de werkelijke jaarlijkse uitgave van de gemeente Amsterdam of het Rijk hun jaarlijkse voorschot overtreft, dan zal de andere partij dit compenseren uit het desbetreffende voorschot. Partijen hebben afgesproken om de compensatie te laten verlopen via de bijdrage uit de BDU-middelen. In deze fase van het project zijn de uitgaven van Amsterdam hoger dan de omvang van hun jaarlijkse voorschot en compenseert IenM dit in 2014 met een bedrag van € 17,4 mln.

Administratieve lasten

De onderhavige wijzigingsregeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger en het bedrijfsleven.

Vaste verandermomenten

De Minister van InM moet ingevolge artikel 2, eerste lid, van het Besluit BDU Verkeer en Vervoer, de brede doeluitkering voor het uitkeringsjaar 2014, uiterlijk in december 2013 verstrekken. Dit zou betekenen dat volgens de systematiek van de vaste verandermomenten de wijziging in beginsel op de eerste dag van een kwartaal, te weten 1 oktober 2013 in werking zou moeten zijn getreden. Omdat de hoogte van de absolute aandelen verband houdt met het ter beschikking stellen van middelen in de Rijksbegroting 2014 is dat echter niet haalbaar. De ontvangers van de brede doeluitkering zijn gebaat bij spoedige inwerkingtreding van de onderhavige wijzigingsregeling. De onderhavige wijzigingsregeling heeft een directe relatie met het uitkeringsjaar van de brede doeluitkering. Er is dan ook ter voorkoming van grote publieke nadelen besloten om af te zien van de toepassing van de vaste verandermomenten van wet- en regelgeving.

Artikelsgewijs

Artikel I

De nieuwe tabel in artikel 3 bevat de absolute aandelen voor de negentien uitkeringsontvangers voor het uitkeringsjaar 2014.

Bij een aantal uitkeringsontvangers komt het totaal van de absolute aandelen uit op een negatief bedrag. Dit wordt veroorzaakt door de terugbetaling van de voorfinanciering van de invoering van de OV-Chipkaart en de taakstelling in verband met de aanbesteding van het openbaar vervoer bij de G3.

Door het salderen van de absolute aandelen met de relatieve aandelen van de uitkeringsontvangers worden de negatieve bedragen gecompenseerd. Dit zal in de beschikking waarin het definitieve bedrag van de brede doeluitkering wordt opgenomen worden verwerkt.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld.

Naar boven