Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 19 november 2013, kenmerk 442541 tot wijziging van de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus in verband met de jaarlijkse aanpassing van de vergoeding van kosten voor vergunningen, toestemmingen en legitimatiebewijzen en de correctie van enkele verwijzingen

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelet op de artikelen 4, zevende lid, 6, eerste lid, aanhef en onderdeel e, en 7, zesde lid, van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 24 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 491,–’ vervangen door: € 492,– .

2. In het tweede lid wordt ‘artikel 6, onder e, van de wet’ vervangen door: artikel 6, eerste lid, aanhef en onderdeel e, van de wet.

3. In de tweede volzin van het tweede lid wordt de zinsnede ‘de korpschef, de commandant of de minister’ vervangen door: de korpschef of de commandant

4. In het derde lid wordt ‘zevende lid’ vervangen door: zesde lid.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2014.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 19 november 2013.

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten.

TOELICHTING

Met onderhavige regeling zijn enkele wijzigingen in de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (hierna: de regeling) doorgevoerd.

Artikel 24, eerste lid

Op basis van artikel 4, zevende lid, van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus heeft de Minister de bevoegdheid de kosten, genoemd in artikel 24, eerste lid, van de regeling, aan te passen.

Het percentage voor deze aanpassing is voor 2014 vastgesteld op 0,170%. De indexering heeft uitsluitend geleid tot verhoging van het bedrag in artikel 24, eerste lid, van de regeling. De indexering leidt niet tot wijziging van het bedrag voor de afgifte van het legitimatiebewijs als bedoeld in artikel 24, tweede lid, alsmede van het bedrag voor het verlenen van toestemming als bedoeld in artikel 24, derde lid van de regeling.

Tot slot zijn in artikel 24 van de regeling enkele verwijzingen naar bepalingen in de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus gecorrigeerd.

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten.