Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 21 augustus 2013, nr. IENM/BSK-2013/142656, tot wijziging van de Regeling schorsing geldigheid kentekenbewijs

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 68, eerste lid, onderdeel b, van de Wegenverkeerswet 1994;

BESLUIT:

ARTIKEL I

In de Regeling schorsing geldigheid kentekenbewijs wordt na artikel 1 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1a

De schorsing eindigt door verloop van een jaar nadat de schorsing is verleend.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag waarop artikel 1, onderdeel R van de wet van 19 juni 2013 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de modernisering van de wijze van tenaamstelling van kentekenbewijzen en enkele andere wijzigingen van uiteenlopende aard (33 504) in werking treedt.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.

TOELICHTING

Deze regeling bepaalt de termijn waarvoor de Dienst Wegverkeer de geldigheid van het kentekenbewijs schorst. Tot nog toe was deze schorsingstermijn geregeld in artikel 68, eerste lid, onder b, van de wet. Deze termijn wordt naar een ministeriële regeling gedelegeerd met de wet van 19 juni 2013 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de modernisering van de wijze van tenaamstelling van kentekenbewijzen en enkele andere wijzigingen van uiteenlopende aard. Het betreffende artikel 1, onderdeel R van deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst. De onderhavige wijziging voorziet in de gedelegeerde vaststelling van de schorsingstermijn. De lengte van de termijn blijft vooralsnog onveranderd. Deze wijzigingsregeling heeft dus geen gevolgen voor de uitvoeringspraktijk.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.

Naar boven