De gemeenteraad van Zwolle maakt ingevolge het bepaalde in artikel 3.8 van de Wet
ruimtelijke ordening en artikel 3:12 van de Algemene wet bestuursrecht bekend dat
hij op 24 juni 2013 het bestemmingsplan Nationaal Landschap IJsseldelta gewijzigd heeft vastgesteld.
Dit bestemmingsplan voorziet in hoofdzaak in een juridisch planologische regeling
voor de bestaande situatie. Het plangebied wordt gevormd door het Zwolse deel van
het Nationaal Landschap IJsseldelta. Het gaat globaal om het Zwolse deel van de polder
Mastenbroek, de Vreugderijkerwaard, de polder benoorden de Willemsvaart en Stadsbroek
Bij de vaststelling zijn in het bestemmingsplan wijzigingen aangebracht ten opzichte
van het ontwerp.
Het bestemmingsplan Nationaal Landschap IJsseldelta met de daarbij behorende stukken ligt met ingang van 8 augustus 2013 gedurende zes
weken tot en met 18 september 2013 in het Stadskantoor (Lübeckplein 2)
www.ruimtelijkeplannen.nl/web-roo/?planidn=NL.IMRO.0193.BP11010-0004
De bronbestanden zijn beschikbaar via
http://ro.zwolle.nl/plans/NL.IMRO.0193.BP11010-/NL.IMRO.0193.BP11010-0004/
Een ieder kan op een computer in het informatiecentrum het digitale plan raadplegen.
Het Stadskantoor is geopend op maandag, dinsdag, woensdag en vrijdag
van 9.00 tot 17.00 uur en op donderdag van 9.00 tot 19.00 uur.
Gedurende de termijn van de terinzagelegging kan een belanghebbende, die tijdig zijn zienswijze bij de gemeenteraad kenbaar heeft
gemaakt, alsmede een belanghebbende, aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten
dat hij niet overeenkomstig artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening juncto afdeling
3.4 van de Algemene wet bestuursrecht zijn zienswijze bij de gemeenteraad naar voren
heeft gebracht, beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van
State, Postbus
20 019, 2500
EA Den Haag.
Gelijke bevoegdheid komt toe aan een belanghebbende die bedenkingen heeft tegen een
wijziging, welke bij de vaststelling van het bestemmingsplan in het ontwerp zijn aangebracht.
Het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan treedt in werking met ingang
van de dag na die waarop de beroepstermijn afloopt, tenzij binnen de beroepstermijn
een verzoek om voorlopige voorziening is ingediend bij de voorzitter van de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State.