Besluit van het bestuur van de huurcommissie, van 3 juli 2013 nr. MA/2013/028/UP, houdende de verlening van ondermandaat, volmacht en machtiging aan functionarissen van de administratieve ondersteuning van de huurcommissie (Besluit ondermandaat, volmacht en machtiging huurcommissie 2013)

Het bestuur van de huurcommissie,

Gelet op artikel 4 van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging bestuur huurcommissie 2013,

Gelet op afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 32, vierde lid, van de Comptabiliteitswet 2001,

Gelet op het Organisatiebesluit administratieve ondersteuning huurcommissie 2013,

Besluit:

Artikel 1: Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. ministerie:

het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

b. minister:

de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

c. wet:

de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte;

d. huurcommissie:

de huurcommissie, bedoeld in artikel 3a, eerste lid, van de wet;

e. bestuur:

het bestuur van de huurcommissie, bedoeld in artikel 3a, tweede lid, van de wet;

f. voorzitter:

de voorzitter van de huurcommissie, bedoeld in artikel 3a, tweede lid, van de wet;

g. plaatsvervangend voorzitter:

de plaatsvervangend voorzitter van de huurcommissie, bedoeld in artikel 3a, tweede lid, van de wet;

h. administratieve ondersteuning:

de administratieve ondersteuning van de huurcommissie, bedoeld in de artikelen 3c en 3h, van de wet;

i. functionaris:

een functionaris van de administratieve ondersteuning;

j. Middenmanager (schaal 13 en 14):

De middenmanager Geschilbeslechting en de middenmanager Bestuursbureau, bedoeld in het Organisatiebesluit administratieve ondersteuning huurcommissie 2013. Een functionaris die door de voorzitter tijdelijk is belast met de dagelijkse leiding van een afdeling, wordt in het kader van dit besluit gelijk gesteld aan een middenmanager en

k. managementondersteuner:

een functionaris met de functie managementassistent van het Bestuursbureau als bedoeld in het Organisatiebesluit administratieve ondersteuning huurcommissie 2013.

Artikel 2: Verlening van ondermandaat

  • 1. Aan middenmanagers (schaal 13 en 14) wordt ondermandaat verleend voor:

    • a. het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, waaronder het aangaan van financiële verplichtingen tot ten hoogste € 15.000,–.

    • b. het goedkeuren van declaraties van onder hen ressorteerde functionarissen overeenkomstig de geldende wetgeving en regelgeving.

  • 2. Aan managementondersteuners wordt ondermandaat verleend voor het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, waaronder het aangaan van financiële verplichtingen tot ten hoogste € 750,–.

Artikel 3: Begrenzing van het mandaat

  • 1. De uitoefening van ondermandaat geschiedt binnen de grenzen van de in de wet vastgestelde taken, het bestuursreglement van de huurcommissie, de ter zake geldende overige wetgeving en regelgeving, de beleidsregels van de minister ter aanzien van de uitoefening van de bij of krachtens het Besluit mandaat, volmacht en machtiging huurcommissie verleende bevoegdheden en de functiebeschrijvingen van de functionarissen.

  • 2. Het besluiten tot en het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, bedoeld in artikel 2, eerste en tweede lid, geschiedt met inachtneming van:

    • a. de van toepassing zijnde begrotingswet en de daarbij gegeven financiële ruimte;

    • b. de aan de ondergemandateerde toegekende budgetten op basis van het geldende jaarplan;

    • c. het bepaalde bij of krachtens de Comptabiliteitswet 2001 en de aanwijzingen van de directeur FEZ van het ministerie op grond van die wet en de daarop berustende regelgeving, waaronder artikel 2 van het Besluit taak FEZ, en

    • d. het Besluit privaatrechtelijke rechtshandelingen en de door de minister ter zake gestelde kaders, waaronder de kaders ten aanzien van inkoop en aanbesteding.

Artikel 4: Informatieplicht

Eenieder aan wie bij dit besluit ondermandaat is verleend, heeft een informatieplicht en signaleringsplicht jegens het bestuur.

Artikel 5: Volmacht en machtiging

Voor de toepassing van dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt met mandaat gelijkgesteld, de verlening van volmacht tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en machtiging om handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 6: Overige bepalingen

  • 1. Indien een besluit wordt genomen bij een in dit besluit in ondermandaat verleende bevoegdheid, luidt de ondertekening:

    De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

    namens deze

    gevolgd door functieaanduiding, handtekening en naam van de functionaris.

  • 2. Bij de ondertekening van stukken op grond van volmacht wordt de aanduiding van de minister voorafgegaan door: namens de Staat der Nederlanden.

Artikel 7: Slotbepalingen

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het besluit wordt geplaatst.

  • 2. Het Besluit ondermandaat, volmacht en machtiging huurcommissie en het Besluit ondermandaat, volmacht en machtiging 2012 worden ingetrokken.

  • 3. Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit ondermandaat, volmacht en machtiging huurcommissie 2013.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 3 juli 2013

Het bestuur van de huurcommissie voorzitter van de huurcommissie A.A. van Heur

plaatsvervangend voorzitter van de huurcommissie T. Knoester

TOELICHTING

Algemeen

Op grond van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging bestuur huurcommissie kan het bestuur van de Huurcommissie aan een aantal functionarissen ondermandaat verlenen.

In onderhavig besluit zijn de volgende elementen opgenomen of aangepast ten opzichte van het besluit zoals dat in juli 2012 is gepubliceerd:

  • de verwijzing naar het Besluit mandaat, volmacht en machtiging bestuur huurcommissie is geactualiseerd aangezien dat besluit is ingetrokken en vervangen is door het Besluit mandaat, volmacht en machtiging bestuur huurcommissie 2013;

  • waar nodig zijn de functienamen aangepast naar de nieuwe functienamen zoals opgenomen in het vastgestelde Organisatie- en Formatierapport Dienst van de Huurcommissie 2012.

Artikel 2: Verlening van volmacht en machtiging

In artikel 2 wordt aan middenmanagers (schaal 13 en 14) en managementondersteuners ondermandaat verleend voor het aangaan van privaatrechtelijke rechtshandelingen. Voor zover het daarbij gaat om het aangaan van financiële verplichtingen, is het ondermandaat begrensd tot een bedrag van € 15.000,– voor middenmanagers en een bedrag € 750,– voor managementondersteuners. Dit betreft specifiek het aangaan van de financiële verplichting, niet het ondertekenen van de betalingsopdrachten nadat de financiële verplichting is aangegaan.

Artikel 4, derde lid, van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging bestuur huurcommissie bepaalt dat het bestuur geen ondermandaat verleent voor het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen met betrekking tot de inkoop van dienstverlening op het terrein van interim-management, organisatieadvies, formatieadvies, beleidsadvies en communicatieadvies. Het in onderhavig mandaatbesluit verleende mandaat voor het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen behelst dan ook niet de bevoegdheid tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen op die terreinen.

Aan middenmanagers wordt tevens mandaat verleend ten aanzien van het goedkeuren van declaraties van de onder hen ressorterende functionarissen.

Artikel 3: Begrenzing ondermandaat

Dit artikel begrenst de uitoefening van de in de eerdere artikelen in mandaat verleende bevoegdheden. Het eerste lid van dit artikel benoemt de algemene kaders waarbinnen de uitoefening van de bevoegdheden plaats dient te vinden. Dit zijn de voor het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gebruikelijke kaders. Deze zijn daarom ook opgenomen in het Besluit mandaat, volmacht en machtiging bestuur huurcommissie 2013.

Het tweede lid richt zich specifiek op de begrenzing van de uitoefening van privaatrechtelijke rechtshandelingen. Daartoe stelt dit lid naast een aantal algemene kaders ook de financiële kaders die te maken hebben met de rijksbegroting ten behoeve van de Huurcommissie.

Artikel 4: Informatieplicht

De functionarissen die in onderhavig mandaatbesluit mandaat hebben gekregen, hebben een informatieplicht en signaleringsplicht jegens het bestuur.

Artikel 5: Volmacht en machtiging

Naast mandaat bestaan ook nog twee andere vertegenwoordigingsfiguren (zie artikel 10:12 Algemene wet bestuursrecht): de volmacht voor privaatrechtelijke rechtshandelingen en de machtiging voor feitelijke handelingen. Overal waar in dit mandaatbesluit ‘mandaat’ wordt genoemd, kan ook ‘volmacht’ of ‘machtiging’ worden gelezen.

Volmacht wordt verleend om namens de rechtspersoon Staat privaatrechtelijke rechtshandelingen, bijvoorbeeld de inkoop van kantoorartikelen, te mogen verrichten.

Machtiging wordt verleend om namens het bestuursorgaan Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties of de rechtspersoon Staat feitelijke handelingen, bijvoorbeeld het in rechte optreden bij een personeelsgeschil, te kunnen verrichten. Deze handelingen kunnen dus publiekrechtelijk en privaatrechtelijk van aard zijn.

Het bestuur van de huurcommissie voorzitter van de huurcommissie A.A. van Heur

plaatsvervangend voorzitter van de huurcommissie T. Knoester

Naar boven