Vestiging ‘Ooijen Wanssum’ (artikel 9a juncto art. 6 van de Wet voorkeursrecht gemeenten)

Aanwijzing

Het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Limburg maakt ingevolge artikel 7 lid 1 van de Wet voorkeursrecht gemeenten bekend, dat zij op 29 januari 2013, heeft besloten tot voorlopige aanwijzing van de percelen die gelegen zijn in het gebied van de gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum als gronden waarop de artikelen 10 tot en met 24 en 26 van de Wet voorkeursrecht gemeenten van toepassing zijn. De aangewezen percelen zijn globaal gelegen in het gebied ten noorden van de provinciale weg N270 aan de oostzijde van Wanssum. De aanwijzing heeft als planologische basis de ruimtelijke visie en de toegedachte bestemmingen zoals opgenomen in het voorstel van Provinciale Staten. De percelen zijn nader aangegeven op de bij het besluit behorend kadastraal overzicht en lijst van aangewezen percelen. Het besluit van 29 januari 2013 treedt in werking een dag na publicatie in de Staatscourant van 30 januari 2013, te weten op 31 januari 2013, en geldt voor een termijn van drie maanden.

Aanbiedingsplicht

Door het besluit tot voorlopige aanwijzing van de percelen gelegen in het gebied van de gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum als gronden waarop een voorkeursrecht is gevestigd en de publicatie in de Staatscourant wordt onder andere de aanbiedingsplicht als bedoeld in artikel 10 lid 1 van de Wet voorkeursrecht gemeenten van toepassing verklaard. Die aanbiedingsplicht houdt in dat de eigenaren en/of zakelijk gerechtigden van de in het besluit aangewezen gronden, wanneer zij hun eigendom of hun recht willen verkopen en leveren, dit eerst aan de provincie Limburg te koop moeten aanbieden alvorens verkoop aan anderen mogelijk is.

Zienswijzen

Ter voorbereiding van het besluit van provinciale staten, worden belanghebbenden in de gelegenheid gesteld om schriftelijk en/of mondeling zienswijzen naar voren te brengen tegen het besluit. Schriftelijk kunt u zienswijzen indienen vanaf 1 februari 2013 tot en met 1 maart 2013 bij provinciale staten van de provincie Limburg, Postbus 5700, 6202 MA te Maastricht. Wilt u van de mogelijkheid gebruik maken om zienswijzen mondeling naar voren te brengen dan kan dit uiterlijk tot 1 maart 2013 bij de heer J. Steinbusch (tel. 043-3898818/06-5208 6276).

Bezwaar en voorlopige voorziening

Belanghebbenden kunnen gedurende zes weken na dagtekening van deze publicatie in de Staatscourant tegen dit besluit een bezwaarschrift indienen. In het ondertekende bezwaarschrift moet worden opgenomen: de naam en het adres van de belanghebbende, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar (de motivering). Het bezwaarschrift dient aan Gedeputeerde Staten van de provincie Limburg gericht te worden. Adres: Postbus 5700, 6202 MA Maastricht.

Indien bezwaar wordt gemaakt tegen het besluit, bestaat tevens de mogelijkheid om de voorzieningenrechter van de rechtbank Roermond te verzoeken om een voorlopige voorziening te treffen. De voorzieningenrechter zal de verzoeker alleen ontvankelijk verklaren, indien daarbij een spoedeisend belang kan worden aangetoond.

Ter Inzage

Het besluit op basis waarvan het voorkeursrecht is gevestigd en de stukken welke betrekking hebben op deze aanwijzing zijn openbaar en liggen met ingang van 1 februari 2013 gedurende zes weken kosteloos voor een ieder ter inzage bij de gemeente Venray en het projectbureau Ooijen-Wanssum, Beatrixstraat 9, 5864 EG Meerlo.

Meer informatie.

Mocht deze kennisgeving nog vragen van u onbeantwoord laten met betrekking tot het voorkeursrecht, dan kunt u voor meer informatie contact opnemen met de heer J. Steinbusch.