Verlenging indieningstermijn aanwijzingsprocedure bemiddelingsdienst in verband met verduidelijking ten aanzien van het uit te brengen bod

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 9.3, derde lid, van de Telecommunicatiewet,

Besluit:

De termijn waarbinnen een bod kan worden uitgebracht om in aanmerking te komen voor de aanwijzing tot verzorger van de bemiddelingsdienst, genoemd in de Bekendmaking op grond van artikel 9.3, derde lid, van de Telecommunicatiewet van het voornemen tot aanwijzing van de verzorger van de bemiddelingsdienst bedoeld in artikel 2.3a van het Besluit universele dienstverlening en eindgebruikersbelangen (Staatscourant 2012, nr. 22405) en de Verlenging termijn indienen bod aanwijzingsprocedure bemiddelingsdienst (Staatscourant 2012, nr. 23845), wordt nogmaals verlengd en eindigt vier weken na de bekendmaking van de wijziging van de Regeling uitbrengen bod aanwijzingsprocedure bemiddelingsdienst.

’s-Gravenhage, 18 januari 2013

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

TOELICHTING

Verlenging indieningstermijn aanwijzingsprocedure bemiddelingsdienst

Met de bekendmaking van het voornemen tot aanwijzing van de verzorger van de bemiddelingsdienst op 30 oktober 2012 (Staatscourant 2012, nr. 22405), is de procedure gestart tot aanwijzing van een verzorger van de bemiddelingsdienst zoals beschreven in artikel 9.3 van de Telecommunicatiewet. Binnen acht weken vanaf die datum kan een ieder een bod uitbrengen om in aanmerking te komen voor de aanwijzing tot verzorger van de bemiddelingsdienst. Deze termijn heb ik in verband met de kerstperiode vervolgens verlengd met vier weken.

In de loop van de indieningsperiode heb ik serieuze signalen uit de markt ontvangen dat partijen grote problemen ervaren met het voorbereiden van een bod in de voorgeschreven vorm, die mij aanleiding geven de regels over de vorm waarin het bod moet worden uitgebracht, te verduidelijken. Hiervoor bereid ik op zeer korte termijn een wijziging van de Regeling uitbrengen bod aanwijzingsprocedure bemiddelingsdienst voor. Om die reden verleng ik hierbij de indieningsperiode nogmaals, zodat geïnteresseerden voldoende tijd krijgen om het bod op deze verduidelijkte regels voor te bereiden. Partijen kunnen tot vier weken na publicatie van de wijziging van de Regeling uitbrengen bod aanwijzingsprocedure bemiddelingsdienst een bod uitbrengen.

Aanleiding

In de Regeling uitbrengen bod aanwijzingsprocedure bemiddelingsdienst is vastgelegd in welke vorm degene die in aanmerking wil komen voor de aanwijzing tot verzorger van de bemiddelingsdienst een bod moet uitbrengen, namelijk in de vorm van één bedrag per minuut dat via de bemiddelingsdienst een gesprek wordt gevoerd (hierna: belminuut). Dit voorschrift laat geen ruimte om bij het bod verschillende bedragen te noemen afhankelijk van het totale aantal verbruikte belminuten. Bij het voorbereiden van het bod werd door verschillende partijen geconstateerd dat de kosten per belminuut sterk afhankelijk zijn van de hoeveelheid belminuten die per jaar zal worden gerealiseerd. Voorspellingen over het aantal belminuten per jaar zijn onzeker, omdat er in Nederland nog geen ervaring is met beeldbemiddeling en het onduidelijk is of cijfers over de ontwikkeling van het gebruik van beeldbemiddeling in het buitenland gezien recente technologische ontwikkelingen representatief zullen zijn voor het gebruik in Nederland.

De vorm waarin het bod op grond van de Regeling uitbrengen bod aanwijzingsprocedure bemiddelingsdienst moet worden uitgebracht, houdt momenteel met andere woorden onvoldoende rekening met het feit dat het totale verbruik moeilijk is te voorspellen terwijl het van grote invloed is op de kosten per belminuut. Ik acht het daarom noodzakelijk om de voorschriften omtrent de vorm waarin het bod moet worden uitgebracht zo aan te passen, dat de vorm van het bod beter zal aansluiten bij het verband tussen het volume en de kosten per belminuut. Deze aanvulling zal ik zo snel mogelijk publiceren in de Staatscourant. Partijen krijgen vanaf de publicatie van de aanvulling nog vier weken de tijd om een bod uit te brengen gebaseerd op de nadere voorschriften.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp