Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Infrastructuur en Milieu | Staatscourant 2013, 17536 | Interne regelingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Infrastructuur en Milieu | Staatscourant 2013, 17536 | Interne regelingen |
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
Gelet op artikel 4 van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies;
Besluit:
De commissie heeft, met betrekking tot de afspraken die zijn gemaakt in het Bestuursakkoord Water (Kamerstukken II 2010-2011, 27 625, nr. 190) ten aanzien van de waterketen, de volgende taken:
a. het inventariseren van de voortgang bij de implementatie van de afspraken;
b. het beoordelen van de voortgang bij het realiseren van de afspraken;
c. het stimuleren en adviseren ten behoeve van de voortgang van de uitvoering van het Bestuursakkoord Water; en
d. het rapporteren over deze taken aan de ondertekenaars van het Bestuursakkoord Water.
De commissie brengt voor 1 januari 2015 een eindrapport uit aan de ondertekenaars van het Bestuursakkoord Water.
1. De commissie bestaat uit ten minste 4 en ten hoogste 7 leden, onder wie de voorzitter.
2. De minister van Infrastructuur en Milieu benoemt en ontslaat de voorzitter en leden van de commissie.
1. Het secretariaat van de commissie berust bij het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
2. De secretaris is voor zijn werkzaamheden voor de commissie uitsluitend verantwoording schuldig aan de commissie.
3. De archiefbescheiden van de commissie worden na haar opheffing of, zo de omstandigheden daartoe eerder aanleiding geven, zoveel eerder, overgebracht naar het archief van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
1. Aan de leden, met inbegrip van de voorzitter, wordt een vaste vergoeding per maand toegekend.
2. De toepasselijke arbeidsduurfactor voor de voorzitter wordt vastgesteld op 0,22 van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.
3. De toepasselijke arbeidsduurfactor voor de leden wordt vastgesteld op 0,11 van het maximum van salarisschaal 16 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.
De kosten die de commissie ten behoeve van de uitoefening van haar taken maakt komen, voor zover goedgekeurd, voor rekening van de minister. Onder kosten wordt in ieder geval verstaan:
a. de kosten voor vergaderingen en voor secretariële ondersteuning;
b. de kosten voor het inschakelen van externe deskundigheid en het laten verrichten van onderzoek; en
c. de kosten voor publicatie van rapportages.
Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Visitatiecommissie Waterketen.
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.
De instelling van de Visitatiecommissie Waterketen vloeit voort uit het Bestuursakkoord Water (BAW).
Uit landelijk feitenonderzoek werd in 2010 duidelijk dat als een gevolg van klimaatadaptatie, rioolvervanging en waterkwaliteitsbeheersing de kosten van de waterketen – het geheel aan diensten gemoeid met de winning en aanlevering van drinkwater en het transporteren en zuiveren van afvalwater – flink zouden gaan stijgen. Oplopend tot een kostenverhoging van € 600.000.000,– per jaar in 2020. Volgens datzelfde onderzoek kan deze kostenstijging grotendeels gecompenseerd worden door efficiencyverbetering binnen de waterketen.
In 2011 hebben rijk, provincies, gemeenten en waterschappen daarom in het BAW afspraken gemaakt om deze efficiencyverbetering te bereiken. Het realiseren van die afspraken leidt tot € 450.000.000,– aan besparingen per jaar ten opzichte van de voorziene kostenstijgingen. Behalve besparingen is afgesproken de kwetsbaarheid van partijen te reduceren, de kwaliteit van het beheer te verbeteren en verdere innovatie en verduurzaming van de waterketen na te streven. In het BAW is de mogelijkheid tot wetgeving opgenomen om uitvoering te garanderen. Deze zogenaamde stok-achter-de-deur is verder uitgewerkt in de interventieladder, een stappenplan om de betrokken partijen te stimuleren en de voortgang van de realisatie van de afspraken te monitoren.
De instelling van de Visitatiecommissie is een belangrijk onderdeel uit de interventieladder. Deze commissie zal in twee stappen haar taken uitvoeren. Allereerst zal zij de voortgang in kaart brengen, zodat in een vroeg stadium al duidelijk wordt of de partijen voldoende (en de juiste) stappen nemen om de doelen te realiseren in 2020. Het betreft de in artikel 2, onder a en b, genoemde taken. Op basis van de conclusies van de commissie zal zij in een tweede stap achterblijvende partijen kunnen stimuleren en adviseren ten behoeve van de voortgang van de uitvoering van het BAW, onder andere door in de regio ‘visitaties’, oftewel werkbezoeken, uit te voeren. De commissie zal op verschillende momenten rapporteren aan de ondertekenaars van het BAW conform de afspraken die daarover in de Stuurgroep Water zijn gemaakt.
Omdat in dit geval sprake is van advisering over uitvoeringsvraagstukken en geen sprake is van een adviescollege dat tot taak heeft de regering te adviseren over beleidsontwikkeling als bedoeld in de Kaderwet adviescolleges, is er voor gekozen de commissie bij ministerieel besluit in te stellen. Dit besluit is tot stand gekomen in samenspraak met de Stuurgroep Water.
De beoogde commissieleden, waaronder beoogd voorzitter en oud minister van Verkeer en Waterstaat mevrouw Karla Peijs, worden separaat benoemd. De verantwoordelijkheid voor het secretariaat van de commissie ligt bij het departement. Om de onafhankelijkheid van de commissie te waarborgen is de functie van secretaris bij een externe partij neergelegd. Afhankelijk van de werkzaamheden van de commissie, en de werklast die dat met zich meebrengt, zal de commissie uit ten hoogste zeven leden bestaan. De arbeidsduurfactor is voor de voorzitter hoger vastgesteld dan voor de overige leden van de commissie. De arbeidsduurfactor 0,22 komt overeen met circa 8 uur werk, die van 0,11 met circa 4 uur werk ten behoeve van de commissie. De commissie is voortvarend te werk gegaan. De werkzaamheden hebben in juni jongstleden al een aanvang genomen, daarom is aan het Instellingsbesluit terugwerkende kracht verleend.
Overeenkomstig de afspraken in het BAW wordt verwacht dat de werkzaamheden van de commissie eind 2014 zijn afgerond. Het besluit komt dan ook per 1 januari 2015 te vervallen.
De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2013-17536.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.