Gewijzigd vastgesteld bestemmingsplan Binnenstad en veerhavengebied, Harlingen

Burgemeester en wethouders van Harlingen maken bekend dat de gemeenteraad van Harlingen op 6 juni 2013 het bestemmingsplan Binnenstad en veerhavengebied gewijzigd heeft vastgesteld. Dit bestemmingsplan voorziet in een actueel juridisch planologisch kader voor de gehele Binnenstad en veerhavengebied en vervangt de huidige bestemmingsplannen. In het plan is de meest actuele situatie vastgelegd.

Het bestemmingsplan is ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan gewijzigd vastgesteld. De wijziging van het plan heeft betrekking op het feit dat:

• in de regels bij de artikelen 5, 6, 7 en 19 (Centrum 1, 2, 3 en Wonen) een bepaling is opgenomen waarbij het college kan afwijken van de gebruiksbepaling en extra woningen kan toestaan;

• in de regels een nieuw artikel 27 is opgenomen waarbij het college het bestemmingsplan kan wijzigen en extra woningen kan toestaan binnen de bestemming Bedrijf, Detailhandel en Dienstverlening;

• op de plankaart de aanduiding Detailhandel van het perceel Heiligeweg 14 is verwijderd.

Het vaststellingsbesluit en het gewijzigde bestemmingsplan liggen met ingang van 27 juni 2013 gedurende 6 weken voor een ieder in het stadskantoor de Groenlandsvaarder, Voorstraat 35 te Harlingen ter inzage en kunnen verder bekeken worden op www.harlingen.nl onder het kopje “bestemmingsplan inzage” en op de website ruimtelijkeplannen.nl.

Een belanghebbende kan tegen het vaststellen van het bestemmingsplan binnen bovengenoemde termijn (dus t/m 7 augustus 2013) schriftelijk een beroepschrift indienen bij de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA ’s Gravenhage.

Gedurende bovengenoemde termijn kan tevens, indien een beroepschrift is ingediend, een verzoek om een voorlopige voorziening bij de voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State worden ingediend.

Tegen de door de gemeenteraad, bij de vaststelling, in het bestemmingsplan aangebrachte wijzigingen kan iedere belanghebbende gedurende bovenvermelde termijn, eveneens bij de Raad van State, schriftelijk een beroepschrift indienen.