Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 28 mei 2013, nummer WBV 2013/11, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelet op de Vreemdelingenwet 2000, het Vreemdelingenbesluit 2000 en het Voorschrift Vreemdelingen 2000;

Besluit:

ARTIKEL I

De Vreemdelingencirculaire 2000 wordt als volgt gewijzigd:

A

Paragraaf C7/8 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:

8. Het asielbeleid ten aanzien van China

8.1 Besluitmoratorium

Ten aanzien van Tibetanen uit China geldt een besluit in de zin van artikel 43, aanhef en onder a, Vw.

8.2 Artikel 1F Vluchtelingenverdrag

Geen bijzonderheden.

8.3 Vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag
8.3.1 Groepsvervolging in de zin van paragraaf C2/3.2 Vc

De IND beschouwt China niet als land waarin sprake is van groepsvervolging.

8.3.2 Risicogroepen in de zin van paragraaf C2/3.2 Vc

De IND heeft met betrekking tot China geen risicogroepen aangewezen.

8.4 Foltering, onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing in de zin van artikel 3 EVRM
8.4.1 Uitzonderlijke situatie in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

In China is geen sprake van een uitzonderlijke situatie als bedoeld in paragraaf C2/3.3.

8.4.2 Systematische blootstelling aan in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

In China is geen sprake van systematische blootstelling aan een behandeling in strijd met artikel 3 EVRM.

8.4.3 Kwetsbare minderheidsgroepen in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

De IND heeft met betrekking tot China geen kwetsbare minderheidsgroepen aangewezen.

8.5 Bescherming
8.5.1 Bescherming door autoriteiten en/of internationale organisaties in de zin van paragraaf C2/6 Vc

Geen bijzonderheden.

8.5.2 Vlucht- en vestigingsalternatief in de zin van paragraaf C2/6 Vc

Geen bijzonderheden.

8.6 Klemmende redenen van humanitaire aard in de zin van paragraaf C2/4.1 Vc
8.6.1 Traumatabeleid

Geen bijzonderheden.

8.6.2 Bijzondere klemmende redenen van humanitaire aard

Geen bijzonderheden.

8.6.3 Specifieke groepen in de zin van paragraaf C2/4.1 Vc

Ten aanzien van China zijn geen groepen aangewezen als specifieke groep in de zin van paragraaf C2/4.1 Vc.

8.7 Categoriale bescherming in de zin van paragraaf C2/4.2 Vc

Vreemdelingen uit China komen niet in aanmerking voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd op grond van artikel 29, eerste lid, aanhef en onder d, Vw.

8.8 Adequate opvang alleenstaande minderjarige vreemdelingen

In China is adequate opvang in de zin van paragraaf B8/6 Vc.

8.9 Vertrekmoratorium

Ten aanzien van Tibetanen uit China geldt een besluit in de zin van artikel 45, vierde lid, Vw.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal (met de toelichting) in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 28 mei 2013

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, voor deze: de Directeur-generaal Vreemdelingenzaken, L. Mulder.

TOELICHTING

Bij brief van 26 april 2013 is de Tweede Kamer geïnformeerd over het besluit om ten aanzien van Tibetaanse asielzoekers uit China een besluit- en vertrekmoratorium in te stellen voor de duur van zes maanden. Aanleiding hiertoe vormde de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna ‘de Afdeling’) van 9 januari 2013. Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling wordt nagegaan of meer informatie voorhanden is over de situatie van Tibetanen bij terugkeer.

Het besluit tot het instellen van het vertrek- en besluitmoratorium is gepubliceerd op dezelfde datum als onderhavig Wijzigingsbesluit.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, voor deze: de Directeur-generaal Vreemdelingenzaken, L. Mulder.

Naar boven