Burgemeester en wethouders van Zwijndrecht geven op grond van artikel 3.8 van de Wet
ruimtelijke ordening (Wro) kennis van het feit dat het bestemmingsplan ‘Bakestein’
met nummer NL.IMRO.0642.bp13bakestein-3001 op 21 mei 2013 door de gemeenteraad gewijzigd is vastgesteld.
Het bestemmingsplan is hoofdzakelijk conserverend van aard. Het plangebied omvat het
gebied dat is ingesloten tussen de rijksweg A16, de spoorlijn Rotterdam – Dordrecht,
het buitengebied van Zwijndrecht (Munnikensteeg) en de gemeentegrens aan de Langeweg.
Het bestemmingsplan ligt vanaf 30 mei 2013 tot en met 10 juli 2013 ter inzage in de
publiekshal van het gemeentehuis aan het Raadhuisplein 3, Zwijndrecht, geopend van
maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00. Het bestemmingsplan is ook in te zien
op www.zwijndrecht.nl (onder ruimtelijke plannen → bestemmingsplannen → bestemmingsplannen in procedure)
en daarnaast is het bestemmingsplan te raadplegen op de website www.ruimtelijkeplannen.nl (onder bestemmingsplannen, zoek op Zwijndrecht).
Op basis van artikel 8.2, eerste lid onder a. Wro kan een belanghebbende gedurende
de termijn van terinzagelegging beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak
van de Raad van State. Het beroep kan worden ingesteld door:
-
− een belanghebbende die op tijd een zienswijze bij de gemeenteraad heeft ingediend
tegen het ontwerp-bestemmingsplan;
-
− een belanghebbende die niet verweten kan worden verweten dat hij/zij niet op tijd
een zienswijze heeft ingediend;
-
− een belanghebbende, tegen de gedeelten van het bestemmingsplan die ten opzichte van
het ontwerp-bestemmingsplan gewijzigd zijn vastgesteld.
Het beroepschrift moet gestuurd worden naar de Afdeling Bestuursrechtspraak van de
Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA, ’s Gravenhage. Een beroepschrift moet worden
ondertekend en tenminste bevatten: naam en adres van de indiener; dagtekening; omschrijving
van het besluit waartegen het beroep zich richt, alsmede de gronden van het beroep.
Het instellen van beroep schort de werking van het besluit niet op. Degene die beroep
instelt, kan een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij de Voorzitter van
genoemde Afdeling. Indien binnen de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening
bij de Voorzitter is ingediend, treedt het besluit niet in werking voordat op dat
verzoek is beslist. Aan het instellen van beroep en het indienen van een verzoek om
voorlopige voorziening zijn kosten verbonden.