Instelling bijzonder luchtverkeersgebied De Peel ten behoeve van oefening HWIC (week 23), Ministerie van Defensie

21 mei 2013

Nr. MLA/115/2013

De Minister van Defensie,

Gelezen het verzoek van de commandant van het Defensie Helikopter Commando van 14 december 2012;

Gelet op artikel 8 van het Luchtverkeersreglement en artikel 6 van de Regeling VFR-nachtvluchten en minimum vlieghoogten voor militaire luchtvaartuigen;

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Ten behoeve van de oefening HWIC (week 23) wordt als oefengebied het bijzondere luchtverkeersgebied (BVG) De Peel aangewezen, een cirkelvormig gebied met een straal van 6,5 nautische mijlen met als middelpunt coördinaat 51°30'56.59" N 005°50' 21.61"E, van grondniveau tot 2500 voet AGL (zie figuur).

  • 2. Het BVG De Peel wordt ingesteld op de hieronder genoemde dagen en tijden:

    dinsdag 4 juni 2013 van 13:00 uur tot 15:30 uur lokale tijd;

    woensdag 5 juni 2013 van 13:00 uur tot 15:30 uur lokale tijd.

    BVG De Peel

    BVG De Peel

Artikel 2

Voor het gebruik van het BVG De Peel gelden de volgende regels:

  • a. het uitvoeren van andere dan bij de oefening betrokken vluchten in het BVG is niet toegestaan, met uitzondering van gecoördineerde vluchten door luchtvaartuigen die vooraf toestemming hebben verkregen van de plaatselijke verkeersleiding van de vliegbasis Volkel dan wel van het AOCS NM LVL;

  • b. aan de oefening deelnemende gezagvoerders, niet-deelnemende militaire gezagvoerders en gezagvoerders van vluchten als genoemd in onderdeel a dienen radiocontact te hebben met de LVL van de vliegbasis Volkel dan wel het AOCS NM LVL voor het binnenvliegen van het BVG en dienen te voldoen aan de voorwaarden, gesteld door de betreffende LVL-organisatie;

  • c. tijdens het vliegen binnen het BVG dienen de deelnemende gezagvoerders gebruik te maken van een SSR-transponder met Mode S;

  • d. binnen het BVG bedraagt de minimum vlieghoogte 100 voet AGL of incidenteel zoveel lager als in verband met de opdracht noodzakelijk is;

  • e. laagvliegen is alleen toegestaan voor helikopters van het Commando Luchtstrijdkrachten;

  • f. vluchten worden uitgevoerd conform zichtvliegvoorschriften;

  • g. aaneengesloten bebouwing, ziekenhuizen, sanatoria en dergelijke moeten worden vermeden;

  • h. vogelconcentratiegebieden (in het Mil AIP ENR 5.6 bird sanctuaries genoemd) dienen te worden vermeden of, indien dat uit operationele noodzaak niet mogelijk is, dient een minimale hoogte van 1000 voet AGL te worden aangehouden;

  • i. de vrijstelling van de minimum vlieghoogte geldt alleen voor die delen van de vlucht die voor het doel van de vlucht noodzakelijk zijn.

Artikel 3

Handelen in strijd met artikel 2, onderdeel a, van deze beschikking is een strafbaar feit.

Artikel 4

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de eerste dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt op 6 juni 2013.

Deze beschikking zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en zal tevens bekend worden gemaakt door middel van een NOTAM.

De Minister van Defensie, voor deze: De Directeur Militaire Luchtvaart Autoriteit, S.H.P.M. Pellemans Kolonel-vlieger

Tegen deze beschikking kunnen belanghebbenden op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), binnen 6 weken na de dag waarop deze beschikking is bekendgemaakt een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan de Minister van Defensie, DienstenCentrum Juridische Dienst- verlening, ter attentie van de Commissie advisering bezwaarschriften Defensie, Postbus 90004, 3509 AA-Utrecht. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en moet ten minste bevatten: de naam en het adres van de indiener; de dagtekening; een omschrijving van de beschikking waartegen het bezwaar is gericht; de gronden van het bezwaar. Indien onverwijlde spoed dat vereist, is het mogelijk een voorlopige voorziening te vragen bij de president van de rechtbank die bevoegd is. In dat geval is griffierecht verschuldigd. Voorwaarde is dat een bezwaarschrift is ingediend.

TOELICHTING

In het kader van de kwalificatie van vliegers in het uitvoeren van tactische manoeuvres wordt enkele malen per jaar de oefening HWIC georganiseerd. Een belangrijk onderdeel van de oefening is het tactisch opereren op lage hoogte.

In zijn algemeenheid kan worden gesteld dat militaire helikopters boven gebieden met aaneengesloten bebouwing, industrie- en havengebieden daaronder begrepen dan wel boven mensenverzamelingen een hoogte van ten minste 210 meter (700 voet) boven de hoogste hindernis gelegen binnen een afstand van 600 meter van het luchtvaartuig dienen aan te houden en elders ten minste 50 meter (150 voet) boven grond of water. In het kader van deze oefening kan in het aangewezen oefengebied zo laag worden gevlogen als voor het doel van de vlucht noodzakelijk is. Dit betekent dat niet continu laag wordt gevlogen.

Naar boven