Regeling tot wijziging van de Overgangs- en vrijstellingsregeling financiële markten BES

14 mei 2012

De Minister van Financiën,

Gelet op artikel 6.16, eerste lid, van de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 2 van de Overgangs- en vrijstellingsregeling financiële markten BES wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

• 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op een op grond van de Landsverordening toezicht bank- en kredietwezen 1994 verleende vergunning, voor zover de betrokken kredietinstelling de activiteiten waarop de vergunning betrekking heeft, reeds ten tijde van de inwerkingtreding van deze regeling door middel van het verrichten van diensten in de openbare lichamen verrichtte.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 10 oktober 2010.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Financiën, J.C. de Jager.

TOELICHTING

Artikel 2 van de Overgangs- en vrijstellingsregeling financiële markten BES is gebaseerd op artikel 6.16 van de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Het bevat overgangsrecht om ervoor te zorgen dat financiële ondernemingen die op 10 oktober 2010, de datum van de staatkundige hervorming van de voormalige Nederlandse Antillen en de datum van inwerkingtreding van de regeling, in de openbare lichamen actief waren op basis van een vergunning van de Bank van de Nederlandse Antillen (BNA; thans de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten), deze activiteiten na die datum konden voortzetten zonder een nieuwe vergunning te hoeven aanvragen.

Voor de in dit artikel geregelde vergunning van rechtswege kwamen alleen financiële ondernemingen in aanmerking die actief waren in of vanuit een vestiging in de openbare lichamen. Inmiddels is het wenselijk gebleken de regeling zo uit te breiden dat een kredietinstelling die op 10 oktober 2010 op basis van een BNA-vergunning in de openbare lichamen actief was via het verrichten van diensten, ook in aanmerking komt voor een vergunning van rechtswege. Dit is een in de praktijk voorkomende figuur, waarvoor dezelfde overwegingen gelden als die ten grondslag lagen aan het overgangsrecht voor financiële ondernemingen met een vestiging in de openbare lichamen.

De aard van de verruiming brengt mee dat deze met terugwerkende kracht tot 10 oktober 2010 wordt ingevoerd. Daarmee wordt buiten twijfel gesteld dat de kredietinstellingen die het aangaat op legale wijze actief zijn (gebleven) in de openbare lichamen.

De Minister van Financiën, J.C. de Jager.