Gewijzigd vastgesteld bestemmingsplan ‘Het dorp van Bartje’

Burgemeester en wethouders maken op grond van artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) bekend dat de gemeenteraad van Aa en Hunze op 23 november 2011 het bestemmingsplan ‘Het dorp van Bartje’ gewijzigd heeft vastgesteld.

In het verleden zijn er verschillende pogingen ondernomen om het Dorp van Bartje aan de Balloërstraat 2a te Rolde te voorzien van een passende bestemming. Op 17 december 2008 heeft de gemeenteraad een bestemmingsplan vastgesteld voor dit perceel. Dit besluit is echter vernietigd door de Raad van State. De Raad van State heeft aangegeven dat de gemeenteraad een nieuw bestemmingsplan moest vaststellen. Daartoe dient dit vastgesteld bestemmingsplan.

Hoofdzakelijk is voor het perceel de bestemming ‘Cultuur en ontspanning’ vastgesteld, waarbinnen museale voorzieningen zijn toegestaan en daghoreca ondergeschikt aan en rechtstreeks ten dienste van die museale voorzieningen, ter plaatse van een opgenomen aanduiding ‘horeca’.

Wijzigingen ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan

  • Artikel 8 en 10.1 sub b van de regels zijn verwijderd

  • Artikel 10.3 van de regels is gewijzigd, door de volgende tekst in dat artikel te verwijderen: ‘(verhuur daaronder niet begrepen)’

  • In paragraaf 4.3 van de toelichting is de tekst ‘het gaat om een kleinschalige camping in een landelijke omgeving’ verwijderd.

Ter inzage

Het bestemmingsplan met de daarbij behorende stukken ligt met ingang van 19 januari 2012 gedurende een periode van zes weken ter inzage tijdens openingstijden in het gemeentehuis van Aa en Hunze aan de Spiekersteeg 1 te Gieten. Daarnaast is het bestemmingsplan met de bijbehorende stukken gedurende deze periode te raadplegen op de website van de gemeente ( www.aaenhunze.nl ) en via http://www.ruimtelijkeplannen.nl/.

Beroep

Met ingang van de dag na die waarop het bestemmingsplan ter inzage is gelegd kan gedurende zes weken beroep worden ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (Postbus 20019, 2500 EA ’s-Gravenhage) door:

  • een belanghebbende die tijdig een zienswijze omtrent het ontwerpbestemmingsplan bij de gemeenteraad kenbaar heeft gemaakt

  • een belanghebbende die aantoont dat hij redelijkerwijs niet in staat is geweest zijn zienswijze omtrent het ontwerpbestemmingsplan bij de gemeenteraad kenbaar te maken

  • een belanghebbende die bezwaar heeft tegen de wijzigingen die de gemeenteraad bij de vaststelling in het plan heeft aangebracht.

Het indienen van een beroepschrift heeft geen schorsende werking. Als er gedurende de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening bij de Voorzitter van voornoemde Afdeling is ingediend, wordt de inwerkingtreding van het bestemmingsplan opgeschort totdat op het verzoek is beslist.

Naar boven