Logo Nieuwegein
Kennisgeving artikel 3.8, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bestemmingsplan ‘Drinkwaterproductiebedrijf Hooglandse Jaagpad’

Burgemeester en wethouders van Nieuwegein maken bekend dat de gemeenteraad in haar vergadering van 29 februari 2012 het bestemmingsplan ‘Drinkwaterproductiebedrijf Hooglandse Jaagpad’ – NL.IMRO.0356.BPOH2010HER001-VA02 met bijbehorende stukken gewijzigd heeft vastgesteld.

Het bestemmingsplan regelt een nieuwe locatie voor het huidige drinkwaterproductiebedrijf aan het Hooglandse Jaagpad. De nieuwbouw zal ook aan het Hooglandse Jaagpad, wat verder naar het westen, worden gesitueerd.

De gemeenteraad heeft de volgende wijzigingen ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan aangebracht:

A. Toelichting

  • 1. De tekst in paragraaf 4.2 ‘Ruimtelijke hoofdopzet’ over de locatiekeuze is aangevuld onder de subparagraaf ‘Vergelijking opties’, waardoor de afweging tussen de verschillende opties (waaronder de bestaande locatie) duidelijker is gemotiveerd. Tevens is een nieuw figuur 4.2 opgenomen, waarin de locaties die in overweging zijn genomen weergegeven zijn. De tekst luidt nu al volgt:

    Het huidige drinkwaterproductiebedrijf is sinds 1930 al in bedrijf en de technische staat van de installaties is aan vervanging toe. In de huidige situatie wordt het water niet onthard. De maatschappelijke wens en het beleid van Vitens is gericht om onthard water te leveren. Daarom is in 2007 onderzocht welke locatie voor de nieuwbouw geschikt is. Belangrijk hierbij is dat de nieuwe locatie gelegen is op of in de directe nabijheid van het bestaande winveld. Wanneer het drinkwaterproductiebedrijf niet in de directe nabijheid van het winveld staat zal het water in kwaliteit afnemen, doordat het water eerst door een leiding naar het drinkwaterproductiebedrijf moet worden gevoerd en vervolgens weer door deze leiding afgevoerd moet worden. Nieuwe leidingen zijn niet zomaar neer te leggen. Ook geldt voor het verplaatsen van de waterwinning naar een andere locatie (wanneer deze voorhanden is) een lang vergunningentraject (gemiddeld circa 10 jaar).

    Het nieuwe gebouw moet passen in de ruimtelijke structuur van het gebied rond het winveld en er mogen geen onaanvaardbare gevolgen voor de directe omgeving zijn. Ten slotte is van belang de maatschappelijke kosten beperkt te houden.

    De locatie van het huidige drinkwaterproductiebedrijf is niet mogelijk, omdat het winningsproces niet langdurig stilgelegd kan worden zonder grote risico’s voor de continuïteit van de drinkwatervoorziening in Nieuwegein en IJsselstein. Hierbij kan een onderbreking van de levering van drinkwater niet worden uitgesloten. Vitens heeft namelijk ten aanzien van leveringszekerheid enkele verplichtingen gekregen vanuit de overheid. Deze verplichting (leveringszekerheidnorm) zorgt ervoor dat er tijdens een calamiteit, voldoende drinkwater geleverd kan worden. Vitens heeft daarbij de verplichting om ervoor te zorgen dat de levering op twee manieren geborgd kan worden. Hierdoor wordt geborgd dat wanneer er één wegvalt, de twee ingezet kan worden. In de huidige situatie is de leveringszekerheidsnorm geborgd. De eerste manier betreft de normale levering van het drinkwaterproductie bedrijf. De tweede manier is de koppelleiding (calamiteitenleiding) vanuit Nieuwegein. Het huidige drinkwaterproductiebedrijf levert hoofdzakelijk aan IJsselstein en is daardoor niet leveringszeker. Dit betekent dat bij uitval van dit productiebedrijf er geen restcapaciteit is. Om toch drinkwater aan het afzetgebied te kunnen leveren is de leveringszekerheid geborgd door een koppelleiding (calamiteitenleiding) naar het huidige drinkwaterproductiebedrijf. Het drinkwaterproductiebedrijf in Tull en ‘t Waal kan in een tijdelijke situatie meer drinkwater zuiveren door het efficiënter inzetten van de installatie. Hierdoor wordt voldaan aan de leveringszekerheidsnorm van minimaal 75% drinkwater levering per dag. Vitens voldoet hiermee nog steeds aan de wettelijke norm.

    Wanneer het huidige drinkwaterproductiebedrijf volledig en voor een langere periode (circa 3 jaar) buiten bedrijf wordt gesteld, ontstaat de situatie dat de levering enkel plaatsvindt door de koppelleiding. Omdat het om nieuwbouw gaat die vooraf te plannen is, voldoet Vitens niet aan de leveringszekerheidsnorm. Bij uitval van de koppelleiding zal het leveringspercentage ver onder de wettelijke eis teruglopen. Hierdoor levert Vitens onvoldoende drinkwater aan voorzieningsgebied IJsselstein. Het is dan ook niet mogelijk om vanuit de omliggende drinkwaterinfrastructuur langdurig alternatieve leveringen te realiseren.

    Er zijn vervolgens drie overgebleven opties beoordeeld, die in figuur 4.2 rood zijn omcirkeld. Naast de gekozen locatie (optie C) is ook een locatie ten zuiden van het huidige productiebedrijf (optie A) en de locatie van Rijkswaterstaat langs de A2 (optie B) beoordeeld (de huidige locatie is weergegeven als optie D).

    Bij de keuze voor optie C hebben de volgende overwegingen een rol gespeeld:

    • 1. Landschappelijk gezien is de strook langs de Hollandse IJssel te onderscheiden van het omliggende landschap. Er is sprake van een strook percelen met bebouwing, verharding en dichte begroeiing langs het Hooglandse Jaagpad met daarachter een open weidegebied. De nieuwbouw op locatie C komt in deze strook en doet daarom geen afbreuk aan de bestaande landschappelijke structuur. Bij optie A was dit wel het geval geweest.

    • 2. De openbare weg is direct gelegen aan de nieuwbouw bij locatie C. Hierdoor is ondergrondse infrastructuur eenvoudig aan te passen. Bij optie A en B moeten extra kosten worden gemaakt om de nieuwbouw aan te sluiten op de ondergrondse infrastructuur.

    • 3. Het productiebedrijf bij optie C is gelegen in het waterwingebied. De winputten liggen om de nieuwbouw. Bij optie B is dit niet het geval.

    • 4. Optie B heeft niet de voorkeur, omdat deze grond niet in bezit is van Vitens. Bovendien bleek deze grond bij nader onderzoek vervuild te zijn.

    • 5. Optie A heeft niet de voorkeur wegens de aanwezige grondvervuiling. De gekozen optie C heeft alleen maar vervuiling in de toplaag.

      Door de aanwezigheid van leidingen et cetera zijn aan eventuele werkzaamheden extra kosten verbonden. Dit heeft uiteraard niet de voorkeur om de maatschappelijke kosten voor de drinkwatervoorziening te kunnen beperken.

    • 6. Optie A heeft landschappelijk niet de voorkeur, omdat deze aan het beboste gebied ligt. Daarnaast valt het uitzicht op de watertoren weg.’

  • 2. In paragraaf 4.3.2 ‘Verkeer, vervoer en parkeren’ is nu aangegeven hoe de verkeersafwikkeling van de vrachtauto’s zal gaan plaatsvinden en wordt deze keuze toegelicht. De tekst luidt nu als volgt:

    Er zal een extra ontsluitingsweg worden gemaakt op de Parallelweg. Dit is bedoeld voor het laden en lossen. De aanrijdroute zal langs de Parallelweg via de Irisstraat en Geindijk gaan. Indien noodzakelijk zal een aanpassing aan de weg plaatsvinden. Voor deze route is gekozen, omdat langs de Parallelweg minder fietsverkeer gaat dan de route IJsselstein en Hooglandse Jaagpad. Daarnaast zal ter hoogte van de A2 na de werkzaamheden van Rijkswaterstaat weer de wegversmalling terugkomen, waarmee het sluipverkeer van vrachtwagens wordt voorkomen. Parkeren van personeel gebeurt op eigen terrein aan de voorzijde via een ontsluitingsweg op het Hooglandse Jaagpad

  • 3. Er is aanvullend akoestisch onderzoek uitgevoerd. Een verwijzing naar dit onderzoek is toegevoegd in paragraaf 4.4.1 ‘Geluid’ (conclusie is onveranderd). Met het aanvullende onderzoek is de eerdere rapportage vervallen. Het akoestisch onderzoek is als bijlage (inclusief de aanvullingen) is als bijlage 10 opgenomen in het bestemmingsplan.

B. Verbeelding

  • 1. Op basis van een recentere versie van het inrichtingsplan is de begrenzing tussen de bestemming ‘Water’ en ‘Natuur’ (ter plaatse van de calamiteitenvijver) op de verbeelding aangepast.

Het bestemmingsplan is vanaf donderdag 3 mei 2012 in te zien op www.ruimtelijkeplannen.nl of bij de receptie van het Stadshuis tijdens openingstijden (Stadsplein 1).

Tegen het bestemmingsplan kan door:

  • Een belanghebbende die tijdig een zienswijze bij de raad naar voren hebben gebracht;

  • een belanghebbende die aantoont dat hij redelijkerwijs niet in staat is geweest zijn zienswijze bij de gemeenteraad kenbaar te maken;

  • een belanghebbende tegen de bovengenoemde wijzigingen die de gemeenteraad bij de vaststelling in het plan heeft aangebracht.

beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag. De beroepstermijn start op de dag nadat het bestemmingsplan ter inzage is gelegd en bedraagt 6 weken.

Het beroepschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

  • a. de naam en het adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht;

  • d. de gronden van het beroep (de motivering).

Als binnen bovenvermelde termijn geen beroep wordt ingesteld, verkrijgt het bestemmingsplan onherroepelijke status.

Tevens kan door diegene die beroep heeft ingesteld, binnen de beroepstermijn, een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag. Wanneer binnen de beroepstermijn, een verzoek om voorlopige voorziening is ingediend bij voornoemde Afdeling, treedt het besluit niet in werking voordat op dat verzoek is beslist.

Nieuwegein, 2 mei 2012

Burgemeester en wethouders van Nieuwegein.

Naar boven