Tijdelijke Regeling Ontheffing verplichte vermelding diagnose-informatie op DBC-factuur

Vastgesteld op 3 april 2012

Regeling Nr/CU-518

Ingevolge artikel 37 en 38 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), is de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) bevoegd tot het stellen van regels op het gebied van de wijze waarop het declaratieverkeer tussen zorgaanbieder en patiënt, respectievelijk zorgverzekeraar plaatsvindt. Meer in het bijzonder is de NZa op grond van artikel 38, derde lid, onder b, Wmg, bevoegd tot het stellen van nadere regels betreffende het door zorgaanbieders specificeren van op verrichte prestaties betrekking hebbende rekeningen.

1. Reikwijdte

Deze regeling is uitsluitend van toepassing op de appellanten, sub 2 en sub 3, genoemd in de uitspraak1 van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) van 8 maart 2012, voor zover deze appellanten handelen als vrijgevestigde psychiater of psychotherapeut en zorg leveren als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw).

2. Doel van de regeling

Deze regeling heeft ten doel uitvoering te geven aan de voorlopige voorziening die het CBb in de in artikel 1 bedoelde uitspraak van 8 maart 2012 heeft getroffen ten behoeve van de appellanten sub 2 en 3 genoemd in deze uitspraak.

3. Schorsing verplichtingen

  • 1. De verplichting om de in artikel 6.6 en 6.8 van de Regeling Declaratiebepalingen DBC GGZ (NR/CU-513) bedoelde diagnose-informatie te vermelden op declaraties en aan zorgverzekeraars te verstrekken, wordt geschorst tot zes weken na de datum waarop de NZa een nieuw besluit op bezwaar, als bedoeld in de in artikel 1 genoemde uitspraak van het CBb van 8 maart 2012, heeft genomen.

  • 2. Ook de verplichting om andere in de prestatieomschrijving of in het declaratiebedrag tot diagnose-informatie te herleiden gegevens op declaraties te vermelden en aan zorgverzekeraars te verstrekken, wordt geschorst tot zes weken na de datum waarop de NZa een besluit, als bedoeld in het vorige lid, heeft genomen.

4. Toepasselijkheid Regeling Declaratiebepalingen DBC GGZ

Met uitzondering van de geschorste verplichtingen, genoemd in artikel 3, blijft de Regeling Declaratiebepalingen DBC GGZ (NR/CU-513) onverkort van toepassing.

5. Inwerkingtreding en citeerregel

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin de regeling ingevolge artikel 20, tweede lid, onderdeel a, van de Wet marktordening gezondheidszorg wordt geplaatst, werkt terug tot 8 maart 2012 en vervalt zes weken na de datum waarop de NZa een nieuw besluit op bezwaar, als bedoeld in de in artikel 1 genoemde uitspraak van het CBb van 8 maart 2012, heeft genomen.

Deze regeling kan worden aangehaald als: ‘Tijdelijke Regeling Ontheffing verplichte vermelding diagnose-informatie op DBC-factuur’.

De Raad van Bestuur van de Nederlandse Zorgautoriteit, T.W. Langejan, voorzitter.

TOELICHTING

Algemeen

Zoals de naam al aangeeft, betreft het hier een regeling met een tijdelijk karakter. Zo’n tijdelijke regeling is noodzakelijk, omdat het CBb in haar uitspraak van 8 maart 2012 een voorlopige voorziening trof die de NZa opdraagt om, totdat zij een nieuwe beslissing op bezwaar heeft genomen, de in het gelijk gestelde appellanten vrij te stellen van de verplichting om diagnose-informatie, dan wel tot de diagnose herleidbare gegevens, op de factuur te vermelden. Met deze regeling geeft de NZa uitvoering aan die voorlopige voorziening.

Deze (tijdelijke) regeling vervalt op de datum waarop de nieuwe beslissing op bezwaar een onherroepelijk karakter heeft gekregen, oftewel zes weken na de datum waarop de nieuwe beslissing op bezwaar wordt bekend gemaakt.

Artikelsgewijs

Artikel 1

Uit de voorlopige voorziening van het CBb volgt expliciet dat de reikwijdte c.q. werkingssfeer van deze regeling beperkt dient te worden tot de in het gelijk gestelde appellanten, d.w.z. de appellanten die op pagina 1 van de uitspraak van 8 maart 2012 worden genoemd onder 2 en 3.

Artikel 2

Met deze tijdelijke regeling wordt beoogd – in lijn met de voorlopige voorziening van het CBb – een oplossing voor de privacykwestie te bieden voor de periode tussen de uitspraak van het CBb (8 maart 2012) en de datum waarop de nieuwe beslissing op bezwaar, die de NZa moet nemen naar aanleiding van genoemde CBb-uitspraak, onherroepelijk is geworden (d.w.z. uiterlijk zes weken na 8 juni 2012).

Artikel 3

Geheel conform de voorlopige voorziening van het CBb regelt artikel 3 dat zowel de verplichting om de diagnose-informatie, bedoeld in artikel 6.6 en 6.8 van de Regeling Declaratiebepalingen DBC GGZ, als alle overige, naar de diagnose herleidbare gegevens (zoals het maximumtarief of de code die de productgroep voor behandeling weergeeft), op de factuur te vermelden, wordt geschorst.

Artikel 5

In dit artikel komt tot uitdrukking dat de regeling daadwerkelijk een tijdelijk karakter heeft. Zij treedt (met terugwerkende kracht) in werking op 8 maart 2012 (= datum uitspraak van het CBb) en zal komen te vervallen zes weken na de bekendmaking van de nieuwe beslissing op bezwaar.


X Noot
1

Uitspraak CBb d.d. 8 maart 2012, AWB 11/317, 11/358 en 11/372.

Naar boven