Ontheffing op grond van artikel 33, tweede lid, van de Luchtvaartwet van de bepaling in artikel 2, tweede lid, van het aanwijzingsbesluit luchtvaartterrein Lelystad van 9 november 2001

Nr. IenM\ILT-2012\5150

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Gelezen het verzoek van de N.V. Luchthaven Lelystad van 5 maart 2012;

Gelet op artikel 33, tweede lid van de Luchtvaartwet, in samenhang met artikel IX, tweede lid, van de Wet van 18 december 2008, houdende wijziging van de Wet luchtvaart inzake vernieuwing van de regelgeving voor burgerluchthavens en militaire luchthavens en de decentralisatie van bevoegdheden voor burgerluchthavens naar het provinciaal bestuur (Regelgeving burgerluchthavens en militaire luchthavens) (Stb. 561).

Besluit:

Artikel 1 Algemeen

Aan de exploitant van de luchthaven Lelystad wordt, onder de in artikel 2 en 3 genoemde voorwaarden, op grond van artikel 33, tweede lid, van de Luchtvaartwet ontheffing verleend van de bepaling in artikel 2, tweede lid, van het aanwijzingsbesluit luchtvaartterrein Lelystad van 9 november 2001 ten behoeve van vluchten voor de ANWB-Medical Air Assistance, Heli Holland en de luchtvaartpolitie onder ‘VFR by night’ condities.

Artikel 2 Voorwaarden

  • 1. De ontheffing is uitsluitend van toepassing op door de ANWB-Medical Air Assistance, Heli Holland en de luchtvaartpolitie uit te voeren vluchten onder condities ‘VFR by night’ in het kader van het opleidingsprogramma JAR-FCL 2;

  • 2. De in het eerste lid genoemde vluchten vinden uitsluitend plaats aan het einde van de uniforme daglichtperiode en uitsluitend tijdens doordeweekse dagen tussen 08.00 uur en 22.00 uur;

  • 3. Het maximaal aantal vluchten op jaarbasis bedraagt voor de luchtvaartpolitie 106, voor de ANWB-Medical Air Assistance 100 en voor Heli Holland 55;

  • 4. Uitgevoerde vluchten worden meegeteld in de berekening van de geluidbelasting (Ke-verkeer);

  • 5. Voor de uitgevoerde vluchten wordt de geldende nachtstraffactor gehanteerd;

  • 6. Zodra op de luchthaven sprake is van IFR-vluchten, worden vluchten onder ‘VFR by night’ condities stilgelegd. Dit met inachtname van een afdoende tijdseparatie;

  • 7. De exploitant van de luchthaven rapporteert over de uitgevoerde ‘VFR by night’ vluchten vóór 15 juli van elk kalenderjaar over de eerste 6 maanden, vóór 15 oktober over de periode van 9 maanden en vóór 15 januari over 12 maanden. Rapportage geschiedt aan de Inspectie Leefomgeving en Transport, Handhaving Service-Providers.

Artikel 3 Inwerkingtreding en geldigheidsduur

Dit besluit treedt één dag na de datum waarop dit besluit gepubliceerd is in de Staatscourant in werking en is geldig voor de duur tot november 2014.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, namens deze: De Senior Inspecteur ILT/Luchtvaart, A.L. Goedbloed.

Bezwaar en voorlopige voorziening

Indien u het niet eens bent met deze beslissing kunt u hiertegen, op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht, binnen zes weken na de datum waarop deze beslissing is verzonden schriftelijk bezwaar aantekenen.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

  • de naam en het adres van de indiener;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

  • de gronden van het bezwaar.

Het bezwaarschrift kunt u richten aan:

Inspectie Leefomgeving en Transport

Team Juridische Zaken

Postbus 16191

2500 BD  Den Haag

Voor de behandeling van het bezwaarschrift bij het Rijk is geen griffierecht verschuldigd.

Indien onverwijlde spoed dat vereist, is het mogelijk een voorlopige voorziening te vragen bij de President van de rechtbank die bevoegd is. In dat geval is griffierecht verschuldigd. Voorwaarde is dat een bezwaarschrift is ingediend. Ingevolge artikel 8:81, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht kan, indien bezwaar is gemaakt, de president van de bevoegde rechtbank op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

TOELICHTING

De ontheffing heeft betrekking op artikel 2, tweede lid, van het aanwijzingsbesluit van het luchtvaartterrein Lelystad, van 9 november 2001, nummer DGL/L01.421860. In het tweede lid van het artikel is het gebruik van het luchtvaartterrein vastgelegd: ‘het gebruik is overeenkomstig de zichtvliegvoorschriften binnen de daglichtperiode onder de ter plaatse geldende zichtweersomstandigheden en overeenkomstig de instrumentvliegvoorschriften, tussen 07.00 uur en 23.00 uur plaatselijke tijd, voorzover deze periode valt buiten de daglichtperiode, uitsluitend voor incidentele IFR-overlandvluchten, niet zijnde les- en oefenvluchten’.

Deze ontheffing is aan de exploitant van de luchthaven verleend op grond van artikel 33 Luchtvaartwet voor een bepaalde categorie luchtvaartverkeer, alsmede voor het uitvoeren van vluchten onder speciale condities ‘VFR by night’ gedurende de periode tussen 08.00 uur en 22.00 uur lokale tijd. Het verzoek betreft een afwijkend gebruik ten behoeve van vluchten onder ‘VFR by night’ condities, binnen de gestelde openingstijden van 07.00 uur en 23.00 uur voor specifieke trainingen.

In de uitspraak van de Raad van State van 7 december 2011 is de voorlopige voorziening getroffen dat de luchthaven Lelystad, totdat een nieuw besluit op de aanvraag is genomen en in werking treedt dan wel een luchthavenbesluit op grond van de Wet luchtvaart is vastgesteld en in werking treedt, in werking mag zijn als ware het aanwijzingsbesluit van 9 november 2011 van kracht.

Tot het moment van de voorlopige voorziening, op 7 december 2011, vonden vluchten onder ‘VFR by night’ condities van de ANWB-Medical Assistance, Heli Holland en de luchtvaartpolitie op de luchthaven al plaats.

De onderhavige vluchten zijn noodzakelijk ten behoeve van het adequaat kunnen uitvoeren van zogenaamde maatschappelijke Helikopter Emergency Medical Services (HEMS) operaties. Hierdoor is het gewenst dat vliegers hun verplichte opleidingen en trainingen onder ‘VFR by night’ condities kunnen beoefenen.

Voor de ANWB in het verlengde van Helikopter Emergency Medical Services -HEMS-operaties, voor de luchtvaartpolitie voor vluchten in verband met directe uitvoering van maatschappelijke taken en voor Heli Holland voor het geldig houden van de bevoegdheden van vliegers alsmede voor opleidingen.

De landelijke mogelijkheden om op andere luchthavens deze trainingen uit te voeren zijn zeer beperkt.

Naar boven