Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 2 maart 2012, nr. VO/OK/375034, tot wijziging van de Regeling regionaal zorgbudget, subsidie regionale verwijzingscommissies voortgezet onderwijs en reboundvoorzieningen in verband met de vaststelling van het regionaal zorgbudget en de subsidie voor RVC’s voor 2012, en tot vaststelling van de aanvullende bekostiging van reboundvoorzieningen voor 2012

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op artikel 5, eerste lid, en artikel 6 van het Besluit RVC’s en regionaal zorgbudget en artikel 5 van de Regeling regionaal zorgbudget, subsidie regionale verwijzingscommissies voortgezet onderwijs en reboundvoorzieningen;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling regionaal zorgbudget, subsidie regionale verwijzingscommissies voortgezet onderwijs en reboundvoorzieningen wordt als volgt gewijzigd:

A

In het opschrift van Hoofdstuk 1 wordt ‘2011’ vervangen door: 2012.

B

Artikel 2 komt te luiden:

De hoogte van het bedrag per leerling voor de berekening van het regionaal zorgbudget voor de periode 1-1-2012 tot en met 31-12-2012 is € 228,–.

C

1. In artikel 3 wordt ‘kalenderjaar 2011’ vervangen door: kalenderjaar 2012.

2. In artikel 3 wordt de tekst ‘Op de subsidie van € 150.000,– per RVC wordt een bedrag in mindering gebracht ter grootte van de niet bestede gelden van de subsidie die over 2009 aan dat RVC verstrekt is. De hoogte van het in mindering te brengen bedrag wordt door de minister vastgesteld op basis van de jaarrekening over 2009’ vervangen door: Op de subsidie van € 150.000,– per RVC wordt een bedrag in mindering gebracht ter grootte van de niet bestede gelden van de subsidie die over 2010 aan dat RVC verstrekt is. De hoogte van het in mindering te brengen bedrag wordt door de minister vastgesteld op basis van de jaarrekening over 2010.

ARTIKEL II

Het bedrag van de aanvullende bekostiging reboundvoorzieningen voor 2012 wordt als volgt vastgesteld:

De hoogte van het bedrag per leerling voor de berekening van de aanvullende bekostiging voor een reboundvoorziening voor de periode 1-1-2012 tot en met 31-12-2012 is € 94,–.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

TOELICHTING

Algemeen

Jaarlijks worden de bedragen voor het regionaal zorgbudget, de subsidie regionale verwijzingscommissies voortgezet onderwijs (RVC’s VO) en de reboundvoorzieningen bij ministeriële regeling vastgesteld.

Het regionaal zorgbudget wordt voornamelijk aangewend voor niet voor het praktijkonderwijs en het lwoo (vmbo) geïndiceerde leerlingen die toch extra zorg nodig hebben. Dit is vooral ontstaan door de wettelijke verplichte deelname van deze schoolsoorten aan het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs. In de praktijk blijken echter scholen voor havo/vwo zich in toenemende mate ook aan te sluiten bij de samenwerkingsverbanden voortgezet onderwijs en wordt het zorgbudget ook ten behoeve van (zorg-)leerlingen van deze scholen aangewend. Vooruitlopend op wetswijziging rondom passend onderwijs, is een paar jaar geleden het regionale zorgbudget al opgehoogd om meer leerlingen in havo/vwo met een extra zorgvraag middels het regionale zorgbudget te kunnen ondersteunen. Kern van passend onderwijs is de wettelijke verankering van de resultaatsverplichting voor schoolbesturen om alle aangemelde of ingeschreven zorgleerlingen passend onderwijszorgaanbod te bieden.

Administratieve lasten

De Regeling regionaal zorgbudget, subsidie regionale verwijzingscommissies voortgezet onderwijs en reboundvoorzieningen bundelt de toekenning van het regionaal zorgbudget, de subsidie voor de RVC’s en de middelen voor de reboundvoorzieningen en voorziet in één structuur voor planvorming en verantwoording. Daarmee worden de extra administratieve lasten tot een minimum beperkt. De wijziging van de regeling leidt niet tot wijziging van administratieve lasten in vergelijking met voorgaande jaren.

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdelen B en C

De artikelen 5 en 6, van het Besluit RVC’s en regionaal zorgbudget bepalen dat jaarlijks de bedragen voor de berekening van de hoogte van de subsidie aan de RVC’s VO en voor het regionaal zorgbudget bij ministeriële regeling worden vastgesteld. Dit zijn:

  • het vaste bedrag en het bedrag per leerling voor het subsidiëren van de werkzaamheden van de RVC’s VO in 2012 (onderdeel C);

  • het bedrag per leerling in het derde en vierde leerjaar van het v.b.o., m.a.v.o. of v.m.b.o. (inclusief het vmbo verbonden aan een AOC en het leerwegondersteunend onderwijs) voor de berekening van de hoogte van het regionaal zorgbudget 2012 (onderdeel B).

  • Het vaste bedrag per RVC wordt in 2012 gekoppeld aan eerder niet bestede gelden van een RVC. Indien uit de jaarrekening over 2010 blijkt dat de subsidie over dat jaar niet geheel besteed is, dan wordt dat verschil in mindering gebracht op de subsidie over 2012. Dit is in lijn met wat is vastgelegd in artikel 5, vijfde en zesde lid, van het Besluit RVC’s en regionaal zorgbudget.

Artikel II

Artikel 5, tweede lid, van de Regeling regionaal zorgbudget, subsidie regionale verwijzingscommissies voortgezet onderwijs en reboundvoorzieningen bepaalt dat de hoogte van het bedrag per leerling voor de berekening van de aanvullende bekostiging voor een reboundvoorziening jaarlijks bij ministeriële regeling wordt vastgesteld. De aanvullende bekostiging wordt berekend door het bedrag per leerling, genoemd in artikel II, te vermenigvuldigen met het aantal leerlingen, dat op 1 oktober voorafgaand aan het kalenderjaar waarvoor de aanvullende bekostiging wordt verstrekt, staat ingeschreven voor het derde en vierde leerjaar v.b.o., m.a.v.o. of v.m.b.o. (inclusief leerwegondersteunend onderwijs).

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

Naar boven