Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 12 maart 2012, nr. DJZ/BR/0168-2012, tot wijziging van de Regeling op de consulaire tarieven met het oog op wijziging van de valuta voor de vergoedingen in Iran

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Gelet op artikel 4, tweede lid, van het Rijksbesluit op de consulaire tarieven;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 3, eerste lid, tweede volzin, van de Regeling op de consulaire tarieven wordt ‘in Suriname’ vervangen door: in Suriname en in Iran.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, U. Rosenthal.

TOELICHTING

Vanwege de omstandigheid dat in Iran sprake is van ontwrichting van de financiële sector als gevolg van opgelegde EU-sancties die hebben geleid tot grote geldontwaarding, is het onmogelijk geworden de leges voor consulaire dienstverlening vast te stellen op een kostendekkend tarief in lokale valuta. Er is derhalve gebruik gemaakt van de mogelijkheid om voor Iran te bepalen dat de vergoeding voor consulaire dienstverlening in euro’s wordt betaald in plaats van in Iraanse Rial (IRR).

De Minister van Buitenlandse Zaken, U. Rosenthal.