Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 2 maart 2012, nr. DJZ/BR/0200-2012, tot instelling en bezoldiging van de Adviescommissie Modernisering Diplomatie (Groep van Wijzen) (Besluit Adviescommissie Modernisering Diplomatie)

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Gelet op artikel 2 van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;

Gelet op artikel 4 van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Er is een Adviescommissie Modernisering Diplomatie.

  • 2. De adviescommissie adviseert gedurende een periode van twee jaar de Minister van Buitenlandse Zaken inzake de modernisering van de Nederlandse diplomatie.

Artikel 2

In de adviescommissie hebben zitting:

  • a. als voorzitter, tevens lid, mr. A.W.H. Docters van Leeuwen;

  • b. als leden: mr. P.C. Lodders-Elfferich, prof. dr. J. Colijn en drs. P.J.Th. Marres.

Artikel 3

  • 1. Aan de voorzitter van de adviescommissie wordt een vaste vergoeding per maand toegekend, ter hoogte van 10% van het maximumbedrag van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984. Voor de voorzitter geldt een arbeidsduurfactor van 3,6/36.

  • 2. Aan de leden van de adviescommissie wordt een vaste vergoeding per maand toegekend, ter hoogte van 7% van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984. Voor de leden geldt een arbeidsduurfactor van 2,52/36.

  • 3. Reis- en verblijfkosten en overige onkosten worden naar redelijkheid vergoed door de Minister van Buitenlandse Zaken, met toepassing van de regelingen die gelden voor personeel werkzaam bij de sector Rijk.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt twee jaar na inwerkingtreding.

Dit besluit wordt in de Staatscourant geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, U. Rosenthal.

Naar boven