ARTIKEL I
De Regeling bestrijding maïswortelkever, boktor en kastanjegalwesp wordt als volgt
gewijzigd:
A
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. De onderdelen i en j komen te luiden:
-
i. gevoelige planten: voor opplant bestemde planten met een stam- of wortelhalsdiameter
van tenminste 1 centimeter op het dikste punt, met uitzondering van zaden, van Acer
spp., Aesculus hippocastanum, Alnus spp., Betula spp., Carpinus spp., Citrus spp.,
Cornus spp., Corylus spp., Cotoneaster spp., Crataegus spp., Fagus spp., Lagerstroemia
spp., Malus spp., Platanus spp., Populus spp., Prunus laurocerasus, Pyrus spp., Rosa
spp., Salix spp. en Ulmus spp.;
-
j. uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU: uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU van de Commissie
van 1 maart 2012 tot vaststelling van noodmaatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding
in de Unie van Anoplophora chinensis (Forster) te voorkomen (PbEU 2012 L 64);.
2. Onderdeel m komt te luiden:
3. In onderdeel n wordt ‘Europese Gemeenschappen’ vervangen door: Europese Unie.
B
Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid vervalt ‘en de besmette zones die zijn aangewezen voor 14 september
2011 en overeenkomstig het toen geldende artikel 11 van deze regeling, ter inzage
zijn gelegd’.
2. In het tweede lid vervalt ‘en de bufferzones die zijn aangewezen voor 14 september
2011 en overeenkomstig het toen geldende artikel 11 van deze regeling, ter inzage
zijn gelegd’.
C
Artikel 11a wordt als volgt gewijzigd:
1. ‘Gemeenschap’ wordt telkens vervangen door: Europese Unie.
2. In het eerste lid wordt ‘punt 1 van sectie II van bijlage I van beschikking nr. 2008/840/EG’
vervangen door: punt 1 van sectie 2 van bijlage I van uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU.
3. Onder vernummering van het tweede lid tot derde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:
-
2. Gevoelige planten die niet zijn geteeld in afgebakende gebieden, maar in een afgebakend
gebied zijn binnengebracht, mogen alleen binnen de Europese Unie worden vervoerd indien
zij voldoen aan de voorwaarden zoals gesteld in punt 2 van sectie 2 van bijlage I
van uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU.
4. In het derde lid (nieuw) wordt ‘punt 2 van sectie II van bijlage I van beschikking
nr. 2008/840/EG’ vervangen door: punt 3 van sectie 2 van bijlage I van uitvoeringsbesluit
nr. 2012/138/EU.
D
Na artikel 11a wordt aan paragraaf 3 een artikel toegevoegd, luidende:
Artikel 11ab
-
1. In een afgebakend gebied worden, in een zone met een straal van 100 meter rond planten
besmet met het schadelijke organisme, geen nieuwe gevoelige planten opgeplant in de
open lucht.
-
2. Het eerste lid is niet van toepassing op productieplaatsen als bedoeld in sectie
2 van bijlage I van uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU.
E
Bijlage II., behorende bij artikel 11, eerste en tweede lid, wordt vervangen door
de bijlage bij deze regeling.
Artikel II
Artikel 12i van de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten wordt als volgt
gewijzigd:
1. In het eerste lid komen de onderdelen b en c te luiden:
-
b. gevoelige planten: voor opplant bestemde planten met een stam- of wortelhalsdiameter
van tenminste 1 centimeter op het dikste punt, met uitzondering van zaden, van Acer
spp., Aesculus hippocastanum, Alnus spp., Betula spp., Carpinus spp., Citrus spp.,
Cornus spp., Corylus spp., Cotoneaster spp., Crataegus spp., Fagus spp., Lagerstroemia
spp., Malus spp., Platanus spp., Populus spp., Prunus laurocerasus, Pyrus spp., Rosa
spp., Salix spp. en Ulmus spp.;.
-
c. uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU: uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU van de Commissie
van 1 maart 2012 tot vaststelling van noodmaatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding
in de Unie van Anoplophora chinensis (Forster) te voorkomen (PbEU 2012 L 64);.
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
-
a. In onderdeel a wordt ‘bijlage I, onderdeel I, onder A, sub 1, bij beschikking nr.
2008/840/EG’ vervangen door: bijlage I, onderdeel 1, onder A, sub 1, bij uitvoeringsbesluit
nr. 2012/138/EU.
-
b. In onderdeel b wordt ‘bijlage I, onderdeel I, onder A, sub 2, bij beschikking nr.
2008/840/EG’ vervangen door: bijlage I, onderdeel 1, onder A, sub 2, bij uitvoeringsbesluit
nr. 2012/138/EU.
3. In het derde lid wordt ‘Acers spp’ vervangen door ‘Acer spp’ en wordt ‘tot de datum,
genoemd in artikel 2 bis, tweede lid, eerste alinea, van beschikking nr. 2008/840/EG’
vervangen door ‘tot en met de datum, genoemd in artikel 3, tweede lid, eerste alinea,
van uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU’.
4. Het vierde lid wordt als volgt gewijzigd:
-
a. In onderdeel a wordt ‘bijlage I, onderdeel I, onder B, sub 1, bij beschikking nr.
2008/840/EG’ telkens vervangen door: bijlage I, onderdeel 1, onder B, sub 1 bij uitvoeringsbesluit
nr. 2012/138/EU.
-
b. In onderdeel b wordt ‘bijlage I, onderdeel I, onder B, sub 2, bij beschikking nr.
2008/840/EG’ vervangen door: bijlage I, onderdeel 1, onder B, sub 2 bij uitvoeringsbesluit
nr. 2012/138/EU.
-
c. In onderdeel c wordt ‘artikel 2 bis, eerste lid, onderdeel c, van beschikking nr.
2008/840/EG’ vervangen door: artikel 3, eerste lid, onderdeel c, van uitvoeringsbesluit
nr. 2012/138/EU.
ARTIKEL III
De aanhef van artikel 21 van de Landbouwkwaliteitsregeling 2007 komt te luiden:
Als producten als bedoeld in artikel 16, eerste lid, onderdeel a, van het besluit
worden aangewezen:.
ARTIKEL IV
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
TOELICHTING
§ 1 Doel en inhoud van de regeling
Met deze regeling wordt uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU van de Commissie van 1
maart 2012 tot vaststelling van noodmaatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding
in de Unie van Anoplophora chinensis (Forster) te voorkomen (PbEU 2012 L 64) (hierna:
het uitvoeringsbesluit) geïmplementeerd. Daartoe worden de Regeling bestrijding maïswortelkever,
boktor en kastanjegalwesp en de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten gewijzigd.
De tabel in paragraaf 7 van deze toelichting geeft een overzicht van de artikelen
waarin het uitvoeringsbesluit wordt geïmplementeerd. Naast deze wijzigingen betreft
de onderhavige regeling een wetstechnische correctie in de Landbouwkwaliteitsregeling
2007.
Het uitvoeringsbesluit betreft maatregelen ter preventie en bestrijding van Anoplophora
chinensis (Forster) (de Oost-Aziatische boktor, hierna: de boktor) en vervangt beschikking
nr. 2008/840/EG. Met het uitvoeringsbesluit worden een aantal wijzigingen doorgevoerd
ten opzichte van de situatie onder de oude beschikking. De wijzigingen betreffen met
name de voorschriften over het afbakenen van gebieden en de maatregelen in de afgebakende
gebieden. Deze wijzigingen worden hieronder besproken bij de toelichting op de wijzigingen
in de desbetreffende nationale regelgeving.
In het uitvoeringsbesluit is een aantal nieuwe gevoelige planten aangewezen waarvoor
de maatregelen gelden. Daarbij wordt de reikwijdte van de bepalingen ten aanzien van
gevoelige planten beperkt tot planten waarvan de stam of wortelhals op het dikste
punt een diameter heeft van tenminste 1 centimeter. Die bepalingen zijn daardoor niet
langer van toepassing op dunnere planten van de aangewezen soorten. De definities
in de Regeling bestrijding maïswortelkever, boktor en kastanjegalwesp en de Regeling
invoer, uitvoer en verkeer van planten worden met de artikelen I, onderdeel A, en
II aangepast aan deze wijziging. Het verbod op invoer van planten van Acer spp. uit
China blijft wel van toepassing op planten waarvan de diameter van de stam of wortelhals
kleiner is dan 1 centimeter.
§ 2 Wijzigingen Regeling bestrijding maïswortelkever, boktor en kastanjegalwesp
Naast bovengenoemde wijziging door middel van artikel I, onderdeel A, betreffen de
wijzigingen van de Regeling bestrijding maïswortelkever, boktor en kastanjegalwesp
het volgende.
De wijzigingen in artikel I, onderdeel C, van de onderhavige regeling betreffen de
aanpassing van de verwijzingen naar specifieke voorwaarden voor vervoer van gevoelige
planten binnen de Unie. In het uitvoeringsbesluit zijn nieuwe regels opgenomen ten
aanzien van gevoelige planten, niet geteeld in een afgebakend gebieden, die naar een
productieplaats in een afgebakend gebied zijn gebracht. Deze planten mogen in de Europese
Unie worden vervoerd als de productieplaats in het afgebakende gebied voldoet aan
bepaalde voorwaarden en ze vergezeld gaan van een geldig plantenpaspoort. Daarnaast
zijn de voorwaarden voor het vervoer van gevoelige planten van oorsprong uit een afgebakend
gebied aangepast. Voor deze planten kan in plaats van preventieve behandeling nu ook
doelgerichte destructieve bemonstering worden toegepast.
Het uitvoeringsbesluit bepaalt dat lidstaten bij de vondst van een boktor gebieden
moeten afbakenen die bestaan uit een besmette zone en een bufferzone. In bepaalde
gevallen hoeft na een vondst echter geen gebied te worden afgebakend. Het moet dan
gaan om een vondst op planten die al besmet waren voordat ze het desbetreffende gebied
werden binnengebracht of het moet gaan om een geïsoleerde vondst waarvan niet wordt
verwacht dat die zal leiden tot vestiging van de boktor. Daarnaast moet verzekerd
zijn dat de boktor zich niet gevestigd heeft en dat de verspreiding en voorplanting
van de boktor niet mogelijk is door de biologie van het organisme en rekening houdend
met de resultaten van specifiek onderzoek en met uitroeiingsmaatregelen. Wanneer aan
deze voorwaarden is voldaan hoeven lidstaten geen gebied in te stellen. De lidstaten
moeten wel maatregelen nemen om de boktor uit te roeien en verspreiding te voorkomen,
maar deze maatregelen zijn minder ingrijpend dan de maatregelen die gelden in afgebakende
gebieden.
De afbakening van een gebied kan ingevolge het uitvoeringsbesluit worden opgeheven
wanneer na verder onderzoek blijkt te zijn voldaan aan de voorwaarden voor het niet
hoeven afbakenen van een gebied. In dat licht worden de afgebakende gebieden in Maasland,
Delft, Krimpen aan de IJssel, Hoofddorp en Boskoop ingetrokken. Met de wijziging van
bijlage II bij de Regeling bestrijding maïswortelkever, boktor en kastanjegalwesp,
in artikel I, onderdeel E van de onderhavige regeling, worden de gebiedskaarten van
het afgebakende gebied in de gemeente Westland opgenomen in die bijlage. Daarmee is
het enige gebied dat op dit moment is afgebakend voor de boktor opgenomen in de bijlage
en kan de verwijzing in artikel 11 van de Regeling bestrijding maïswortelkever, boktor
en kastanjegalwesp, naar eerder aangewezen en ter inzage gelegde gebieden, vervallen.
Daarin voorziet artikel I, onderdeel B. Daarnaast worden bij besluit parallel aan
deze regeling de besluiten waarbij de gebieden eerder zijn ingesteld, ingetrokken.
In een afgebakend gebied worden maatregelen genomen om de boktor uit te roeien. Eén
van deze maatregelen betreft het verbod op het opplanten van nieuwe gevoelige planten.
Dit verbod houdt in dat in een zone met een straal van 100 meter rond planten besmet
met het schadelijke organisme, geen nieuwe gevoelige planten in de open lucht mogen
worden geplant. Dit verbod wordt met artikel I, onderdeel D, opgenomen in een nieuw
artikel 11ab in de Regeling bestrijding maïswortelkever, boktor en kastanjegalwesp
en gaat ook gelden voor het reeds ingestelde gebied in de gemeente Westland. Het verbod
geldt niet voor productieplaatsen als bedoeld in deel 2 van bijlage I bij het uitvoeringsbesluit.
De overige maatregelen zijn bepaald in deel 2 van bijlage II bij het uitvoeringsbesluit
en kunnen worden genomen op grond van de Regeling bestrijding schadelijke organismen,
het Besluit bestrijding schadelijke organismen en de Plantenziektenwet.
§ 3 Wijzigingen Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten
Artikel II wijzigt de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten. Naast de aanpassing
van de definities worden de verwijzingen naar de oude beschikking geactualiseerd en
wordt een wetstechnische correctie gedaan.
§ 4 Wetstechnische correctie Landbouwkwaliteitsregeling
Bij de laatste wijziging van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 is voorzien in een
herformulering van artikel 16 van dat besluit. artikel 16 regelt de toedeling van
bevoegdheden inzake de controle op beschermde geografische aanduidingen en oorsprongbenamingen
en gegarandeerde traditionele specialiteiten. Nu in artikel 21 van de Landbouwkwaliteitsregeling
2007 een verwijzing is opgenomen naar artikel 16 van het besluit, actualiseert artikel III
van de onderhavige regeling die verwijzing.
§ 5 Regeldrukeffecten
Deze regeling heeft met betrekking tot het aspect regeldruk twee effecten. Ten eerste
worden nieuwe regels en voorschriften geïmplementeerd ten behoeve van de zogenaamde
’afgebakende gebieden’, die worden afgekondigd teneinde de verspreiding en voortplanting
van de boktor te voorkomen. Ten tweede wordt met deze regeling het huidige aantal
van zes afgebakende gebieden verminderd tot één. Het eerste deel heeft een regeldruk
verhogend effect voor bedrijven. Het tweede deel leidt tot een verlaging van de regeldruk
voor bedrijven. Omdat het hier de directie implementatie van een EU beschikking betreft
is een weging van alternatieven die wellicht minder belastend zijn niet aan de orde.
Nieuwe regels en voorschriften
Het regeldrukeffect kan hier slecht als indicatie per bedrijf worden aangegeven, omdat
pas na afkondiging van een afgebakend gebied duidelijk is hoeveel bedrijven, zolang
de situatie dat vereist, onder de maatregelen vallen.
-
• In de nieuwe beschikking wordt de plantenpaspoortplicht voor bedrijven in afgebakende
gebieden uitgebreid met 3 tot in totaal 20 geslachten en is voor het geslacht Prunus
de plantenpaspoortplicht nu beperkt tot Prunus lauriocerasus. Aangezien voor het geslacht
Crataegus al een algemene plantenpaspoortplicht van toepassing was heeft de opname
van dit geslacht in deze regeling geen effect op de regeldruk. De plantenpaspoortplicht
voor Rosa en Cornus voor bedrijven in afgebakende gebieden is nieuw. Hoewel dit theoretisch
leidt tot een toename van de administratieve lasten is dit moeilijk vaststelbaar en
in de praktijk verwaarloosbaar. Het is moeilijk vaststelbaar omdat niet centraal wordt
geregistreerd welke soorten planten op de welke bedrijven worden geteeld en verhandeld.
En de toename is verwaarloosbaar omdat de plantenpaspoortplicht is ingebed in een
bestaand systeem. Bedrijven die geregistreerd staan en waarvan de keuringsdienst heeft
vastgesteld dat zij aan de voorwaarden voldoen mogen zelf plantenpaspoorten afgeven
voor de paspoortplichtige planten die zij verhandelen. De eenmalige administratieve
lasten die uit een registratie voortvloeien zijn ca. € 75 per bedrijf. Gemiddeld zijn
de administratieve lasten per bedrijf voor het aanvragen, uitdraaien en aanbrengen
van plantenpaspoorten € 453,50 per jaar. Bedrijven die plantenpaspoortplichtige planten
verhandelen hanteren veelal een geautomatiseerd systeem om plantenpaspoorten af te
geven. Het feit dat voor bepaalde planten de paspoortplicht ontstaat of komt te vervallen
heeft tot gevolg dat, afhankelijk van het verhandelde sortiment, het aantal uit te
printen plantenpaspoorten in meer of mindere mate wijzigt. De effecten daarvan op
de administratieve lasten zijn zeer beperkt.
Na intrekking van vijf van de zes afgebakende gebieden resteert het afgebakende gebied
‘Westland’. Aangezien er in dit gebied voor zover bekend geen bedrijven zijn gevestigd
die gevoelige planten verhandelen heeft de regeling op dit punt geen effect op de
regeldruk.
-
• Op grond van de regeling zijn gevoelige planten waarvan de diameter van stam of wortelhals
minder dan 1 cm bedraagt uitgesloten van de voorschriften voor import van gevoelige
planten. De import van gevoelige planten is sinds het van kracht worden van beschikking
2008/840/EC en het importverbod van Acers uit China, sterk gedaald. Het is niet bekend
welk aandeel van de geïmporteerde zendingen bestaat uit gevoelige planten die onder
de uitzondering zouden vallen (afmeting van geïmporteerde planten wordt niet geregistreerd).
Mede gezien de sterk gedaalde import wordt het aantal zendingen dat onder de uitzondering
zal vallen als zeer beperkt ingeschat. De invloed op de administratieve lasten of
nalevingskosten zal dan ook beperkt zijn. Ook de tijdsduur van de importinspecties
zal in de praktijk niet veel wijzigen.
-
• Op grond van de regeling mogen in de afgebakende gebieden geen nieuwe gevoelige planten
worden opgeplant in de open lucht. Omdat het opplantverbod niet geldt voor bedrijven
heeft daar geen invloed op nalevingskosten en administratieve lasten. Voor burgers
is er geen effect in de administratieve lasten.
-
• Het toestaan van destructieve bemonstering in plaats van preventieve behandeling voordat
een bedrijf in een afgebakend gebied gevoelige planten in het verkeer mag brengen
heeft per saldo geen invloed op de lasten van regeldruk. Tegenover het toestaan van
het niet uitvoeren van preventieve behandeling, hetgeen kosten scheelt, staan kosten
die bij de betreffende bedrijven in rekening worden gebracht door de keuringsdienst
die de destructieve bemonstering uitvoert. De verwachting is dat deze kosten vergelijkbaar
zullen zijn.
-
• De overige wijzigingen van de voorschriften over de maatregelen ter preventie en bestrijding
van de boktor hebben geen effect voor bedrijven. Deze voorschriften regelen het handelen
van de overheid.
Intrekken afgebakende gebieden
Het intrekken van vijf afgebakende gebieden heeft een vermindering van de administratieve
lasten tot gevolg voor circa 166 bedrijven. Voor bedrijven in deze gebieden geldt
dat de plantenpaspoortplicht vervalt voor voor de boktor gevoelige planten. Echter
zal niet voor alle gevoelige planten de paspoortplicht vervallen, omdat voor 7 van
de 17 gevoelige planten om andere redenen een plantpaspoortplicht geldt en die blijft
gehandhaafd. Als wordt aangenomen dat door het opheffen van de afbakening de plantpaspoortplicht
voor alle ca. 166 bedrijven vervalt, dalen de administratieve lasten in totaal maximaal
met circa € 75.000. Omdat zoals hierboven geschetst echter moeilijk is vast te stellen
welke soorten planten op de desbetreffende bedrijven worden geteeld en verhandeld,
zal in de praktijk de daling van de administratieve lasten beduidend geringer zijn.
Het opheffen van vijf afgebakende gebieden heeft verder tot gevolg dat de verplichting
vervalt om gedurende twee jaar lang, 2 maal per jaar een controle op boktorsymptomen
te laten uitvoeren. Dit heeft vermindering van voor inspecties in rekening gebrachte
kosten tot gevolg voor 166 bedrijven. Administratieve lasten zijn hier niet aan de
orde.
§ 6 Afwijking Vaste Verandermomenten
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt gepubliceerd. Daarmee wordt afgeweken van de uitgangspunten
van vaste verandermomenten voor regelgeving die inhouden dat ministeriële regelingen
op 1 januari, 1 april, 1 juli ingaan of 1 oktober ingaan en tenminste 2 maanden daaraan
voorafgaand worden gepubliceerd. De reden voor deze afwijking is dat het implementatie
van Europese regelgeving betreft.
§ 7 Transponeringstabel
Uitvoeringsbesluit nr. 2012/138/EU
|
Regeling bestrijding maïswortelkever, boktor en kastanjegalwesp (Rbmbk) of Regeling
invoer uitvoer en verkeer van planten (Riuvp)
|
Artikel 1
|
Art. 1 Rbmbk en art. 12i Riuvp
|
Artikel 2
|
Reeds geïmplementeerd in art. 12i, tweede lid Riuvp
|
Artikel 3
|
Reeds geïmplementeerd in art. 12i, derde lid Riuvp
|
Artikel 4
|
Art. 11a Rbmbk
|
Artikel 5
|
Behoeft naar zijn aard geen implementatie
|
Artikel 6
|
Art. 11 en 11ab Rbmbk
|
Artikel 7 t/m 11
|
Behoeft naar zijn aard geen implementatie
|
De
Staatssecretaris
van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker.