Besluit uitoefening taken ex artikel 10a, eerste lid, onderdeel h, van de Gaswet, Ministerie van Economische Zaken

10 december 2012

Nr. DGETM/EM/12371579

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 10a, eerste lid, onderdeel h, van de Gaswet;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. De netbeheerder van het landelijk gastransportnet wordt belast met het verrichten van werkzaamheden ter uitvoering van de volgende taken:

    • a. het opstellen van de risico evaluatie conform artikel 9, eerste lid, van verordening 994/2010;

    • b. het actualiseren van de risico evaluatie conform artikel 9, vierde lid, van verordening 994/2010;

    • c. het opstellen van het preventieve actieplan conform artikel 4 van verordening 994/2010;

    • d. het actualiseren van het preventieve actieplan conform artikel 5, vierde lid, van verordening 994/2010.

  • 2. De Minister van Economische Zaken stelt de netbeheerder, bedoeld in het eerste lid, alle bij hem berustende gegevens ter beschikking die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taak waarmee die netbeheerder op grond van het eerste lid is belast.

  • 3. De netbeheerder van het landelijk gastransportnet levert in de oneven jaren uiterlijk op 1 september de resultaten van de risico evaluatie als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, aan de Minister van Economische Zaken.

  • 4. De netbeheerder van het landelijk gastransportnet levert in de even jaren uiterlijk op 1 oktober het preventieve actieplan als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, aan de Minister van Economische Zaken.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2012.

’s-Gravenhage, 10 december 2012

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag waarop dit besluit bekend is gemaakt, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, Directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK Den Haag.

TOELICHTING

Op 1 december 2011 is de wijziging van de Gaswet, uitvoering van een verordening op het gebied van leveringszekerheid gas (Stb. 2011, 580), in werking getreden. Deze wet strekt tot uitvoering in de Gaswet van verordening nr. 994/2010 van het Europees parlement en de Raad van 20 oktober 2010 betreffende maatregelen tot veiligstellen van de gaslevering en houdende intrekking van Richtlijn 2004/67/EG (PbEU 2010, L 295) (hierna: verordening 994/2010). Het doel van de verordening is de veiligstelling van de aardgasvoorziening naar aanleiding van de gascrises in januari 2009 toen de gaslevering vanuit Rusland via de Oekraïne naar de Europese Unie tot stilstand kwam.

Ter uitvoering van verordening 994/2010 is het noodzakelijk om een nationale bevoegde instantie aan te wijzen voor de gasleveringszekerheid en het regelen van toezicht op de naleving en handhaving van de verordening. De nationale bevoegde instantie is onder meer belast met het (laten) opstellen van de in de verordening voorgeschreven risico-evaluaties, preventieve actieplannen en noodplannen. Tevens heeft de bevoegde instantie de taak om daarbij de aardgasbedrijven en relevante organisaties te raadplegen en te zorgen voor afstemming met aangrenzende lidstaten en met de Europese Commissie. In artikel 52ab van de Gaswet is de Minister aangewezen als bevoegde instantie. Daarbij bestaat de mogelijkheid om de landelijke gastransportnetbeheerder taken op te dragen ter uitvoering van enkele taken genoemd in verordening 994/2010.

Aan de netbeheerder van het landelijk gastransportnet zijn reeds enkele taken opgedragen met betrekking tot de leverings- en voorzieningszekerheid van gas. Deze netbeheerder beschikt daardoor over veel expertise op het gebied van gastransport, inkoop en opslag van aardgas. Met het oog op de totstandkoming van een goed en samenhangend risico-evaluatieplan conform artikel 9, eerste en vierde lid van verordening 994/2010 en het opstellen van het preventieve actieplan conform artikel 4 van dezelfde verordening die iedere lidstaat jaarlijks dient op te maken draagt de Minister door middel van het onderhavige besluit daarom, op grond van artikel 10a, eerste lid, onderdeel h, van de Gaswet, de werkzaamheden ter uitvoering van de taken, bedoeld in artikelen 4, 5 en 9 van verordening 994/2010, op aan de netbeheerder van het landelijk gastransportnet. In het onderhavig besluit is tevens bepaald dat de Minister de beheerder van het landelijk gastransportnet alle gegevens en inlichtingen ter beschikking zal stellen die deze nodig heeft ter uitvoering van de hem opgedragen taken. Het derde lid van artikel 1 van het onderhavig besluit bepaalt dat de landelijke netbeheerder in de oneven jaren uiterlijk op 1 september de resultaten van de risico evaluatie en in de even jaren uiterlijk op 1 oktober het preventieve actieplan aan de Minister levert. Dit is van belang voor de Minister om te kunnen voldoen aan de verplichting voortvloeiende uit verordening 994/2010 om op basis van deze gegevens het verslag van bevindingen op te stellen en dit aan de Europese Commissie toe te zenden.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven