Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 29 november 2012, kenmerk Z-3139020, houdende wijziging van de Regeling zorgverzekering in verband met het vaststellen van de woonlandfactoren voor het jaar 2013 ten behoeve van de gedifferentieerde berekening van de bijdrage voor verdragsgerechtigden

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 69, tweede lid van de Zorgverzekeringswet;

Besluit:

ARTIKEL I

Bijlage 4 van de Regeling zorgverzekering komt te luiden als volgt:

BIJLAGE 4 VAN DE REGELING ZORGVERZEKERING

Bijlage behorend bij artikel 6.3.1 van de Regeling zorgverzekering

Het in artikel 6.3.1, eerste lid, bedoelde verhoudingsgetal voor het jaar 2013, de gemiddelde uitgaven voor zorg in het woonland en de gemiddelde uitgaven voor zorg voor Nederland voor het jaar dat overeenkomt met het jaar waarvoor de kosten in het woonland zijn berekend, zijn in onderstaande tabel opgenomen in respectievelijk de kolom Woonlandfactor, de kolom Gemiddelde zorgkosten woonland en de kolom Gemiddelde zorgkosten Nederland en luiden als volgt:

Land

Berekeningsjaar

Gemiddelde zorgkosten woonland

Gemiddelde zorgkosten Nederland1

Woonlandfactor

België

2009

2.205,28

3.262,21

0,6760

Bosnië-Herzegovina

2010

202,28

3.418,65

0,0592

Bulgarije

2009

136,59

3.262,21

0,0419

Cyprus

2009

554,65

3.262,21

0,1700

Denemarken

2009

2.322,16

3.262,21

0,7118

Duitsland

2010

2.419,40

3.418,65

0,7077

Estland

2009

506,70

3.262,21

0,1553

Finland

2010

1.974,52

3.418,65

0,5776

Frankrijk

2010

2.475,61

3.418,65

0,7241

Griekenland

2010

1.453,93

3.418,65

0,4253

Hongarije

2009

398,91

3.262,21

0,1223

Ierland

2004

2.747,78

2.700,19

1,0176

IJsland

2010

2.560,32

3.418,65

0,7489

Italië

2010

1.841,29

3.418,65

0,5386

Kaapverdië

2009

87,51

3.262,21

0,0268

Kroatië

2010

625,87

3.418,65

0,1831

Letland

2008

336,56

3.099,98

0,1086

Liechtenstein

2010

2.493,76

3.418,65

0,7295

Litouwen

2009

362,87

3.262,21

0,1112

Luxemburg

2010

2.593,12

3.418,65

0,7585

Macedonië

2010

152,21

3.418,65

0,0445

Malta

2007

629,21

2.890,21

0,2177

Marokko

2002

30,56

2.448,29

0,0125

Montenegro

2008

241,11

3.099,98

0,0778

Noorwegen

2010

4.330,23

3.418,65

1,2666

Oostenrijk

2010

2.064,40

3.418,65

0,6039

Polen

2009

355,39

3.262,21

0,1089

Portugal

2009

1.037,30

3.262,21

0,3180

Roemenië

2005

128,34

2.939,58

0,0437

Servië

2010

243,85

3.418,65

0,0713

Slovenië

2010

986,46

3.418,65

0,2886

Slowakije

2010

654,54

3.418,65

0,1915

Spanje

2010

1.382,09

3.418,65

0,4043

Tsjechië

2010

817,76

3.418,65

0,2392

Tunesië

2006

62,02

2.874,25

0,0216

Turkije

2007

246,17

2.890,21

0,0852

Verenigd Koninkrijk

2009

1.961,54

3.262,21

0,6013

Zweden

2009

2.233,13

3.262,21

0,6845

Zwitserland

2010

1.940,80

3.418,65

0,5677

X Noot
1

De gemiddelde zorgkosten van Nederland komen telkens overeen met het jaar waarvoor de gemiddelde zorgkosten van het woonland zijn berekend.

Bronvermelding gegevens (voor het genoemde berekeningsjaar):

België

Nota rekencommissie EU – A.C.171/11 – 31-03-2011

Bosnië-Herzegovina

Info Hauptverband der Österreichischen Sozialversicherungsträger – 21-09-2012

Bulgarije

Nota rekencommissie EU – A.C. 196/12 – 12-04-2012

Cyprus

Nota rekencommissie EU – A.C.581/11 – 14-10-2011

Denemarken

Brief Patienombuddet – International Sygesikring – 16 augustus 2011

Duitsland

Nota rekencommissie EU – A.C. 592/11 – 24-10-2011

Estland

Nota rekencommissie EU – A.C. 389/10 – 29-10-2010

Finland

Nota rekencommissie EU – A.C. 221/12 – 20-04-2012

Frankrijk

Nota rekencommissie EU – A.C. 402/12 – 28-09-2012

Griekenland

Nota rekencommissie EU – A.C. 403/12 – 02-10-2012

Hongarije

Nota rekencommissie EU – A.C. 388/10 – 29-10-2010

Ierland

Nota rekencommissie EU – CA.SS.TM. 397/08 – 01-10-2008

IJsland

http://www.statice.is/Statistics/Health,-social-affairs-and-justi/Social-protection-expenditure

Italië

Nota rekencommissie EU – A.C. 251/11REV2 – 10-05-2011

Kaapverdië

Info Instituto Nacional de Previdência Social – 28 september 2011

Kroatië

Brief Croatian Instute for Health Insurande in Zagreb – 9 mei 2011

Letland

Nota rekencommissie EU – A.C. 393/10 – 02-11-2010

Liechtenstein

Nota rekencommissie EU – A.C. 595/11 – 12-10-2011

Litouwen

Nota rekencommissie EU – A.C. 033/11 – 19-01-2011

Luxemburg

Nota rekencommissie EU – A.C. 331/12 – 31-07-2012

Macedonië

Brief Fond Za Zdravestveno Osiguruvanje Na Makedonija, Skopje – 11-05-2011

Malta

Nota rekencommissie EU – A.C. 499/11REV3 – 30-11-2011

Marokko

Rapport Royaume de Maroc 'CNSS' – 30 december 2005

Montenegro

Brief Fond Za Zdravestveno Osiguruvanje, Podgorica – 03-10-2011

Noorwegen

Nota rekencommissie EU – A.C. 652/11 – 24-11-2011

Oostenrijk

Nota rekencommissie EU – A.C. 556/11 – 03-10-2011

Polen

Nota rekencommissie EU – A.C. 684/11 – 28-12-2011

Portugal

Nota rekencommissie EU – A.C. 680/11 – 29-12-2011

Roemenië

National House of Health Insurance – 22-10-2007

Servië

Brief Republic Fund For Health Insurance of Serbia, Beograd – 08-12-2011

Slovenië

Nota rekencommissie EU – A.C. 557/11REV2 – 06-10-2011

Slowakije

Nota rekencommissie EU – A.C. 212/12 – 09-03-2012

Spanje

Nota rekencommissie EU – A.C. 588/11REV – 08-11-2011

Tsjechië

Nota rekencommissie EU – A.C. 582/11 – 14-10-2011

Tunesië

Caisse Nationale de Securite Sociale – 05-04-2011

Turkije

Brief Directorate of Social Security Institution 'SGK' – 29-04-2010

Verenigd Koninkrijk

Nota rekencommissie EU – A.C. 591/11 – 19-10-2011

Zweden

Nota rekencommissie EU – A.C. 209/11 – 18-04-2011

Zwitserland

Nota rekencommissie EU – A.C. 448/11 – 02-09-2011

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2013.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers.

TOELICHTING

Artikel 6.3.1, eerste lid, van de Regeling zorgverzekering bepaalt dat de voor een persoon, bedoeld in artikel 69, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet verschuldigde bijdrage wordt berekend door de grondslag van de bijdrage te vermenigvuldigen met een verhoudingsgetal dat wordt berekend uit de verhouding tussen de gemiddelde uitgaven voor zorg voor een persoon ten laste van de sociale ziektekostenverzekering (hierna te noemen: zorgkosten) in het woonland van deze persoon en de gemiddelde uitgaven voor zorg voor een persoon ten laste van de sociale zorgverzekeringen in Nederland. Dit verhoudingsgetal, de woonlandfactor, wordt berekend door het College voor zorgverzekeringen (CVZ). Op 16 oktober 2012 heeft het CVZ het advies over de woonlandfactoren voor 2013 aan mij uitgebracht. In deze toelichting is aangegeven op welke wijze het CVZ de woonlandfactor van de verschillende woonlanden voor het jaar 2013 heeft berekend en welke uitgangspunten daarbij in aanmerking zijn genomen.

De woonlandfactoren die in de tabel zijn opgenomen , gelden voor de bijdrage die verdragsgerechtigden in het jaar 2013 verschuldigd zijn en worden jaarlijks uiterlijk in november opnieuw vastgesteld en gepubliceerd.

De gegevens die aan de woonlandfactoren ten grondslag liggen, zijnde de gegevens over de kosten van de gemiddelde uitgaven voor zorg voor een persoon ten laste van de sociale verzekering in het woonland en in Nederland, kunnen jaarlijks fluctueren. Als het aansprakenpakket van een land wordt aangepast, heeft dat immers gevolgen voor de kosten van dat pakket. Daarnaast kunnen demografische ontwikkelingen van invloed zijn

De berekening van de woonlandfactor vindt plaats volgens de formule:

Woonlandfactor = gemiddelde zorgkosten woonland / gemiddelde zorgkosten Nederland

De gemiddelde zorgkosten in een woonland worden bepaald door het totaalbedrag van zorgkosten in het woonland te delen door het aantal rechthebbenden in het woonland. Op basis van beide bestanddelen komt een vast bedrag aan kosten per persoon tot stand.

De zorgkosten zijn de kosten voor die geneeskundige verstrekkingen waarop aanspraak bestaat op grond van de wetgeving inzake de sociale ziektekostenverzekering van het woonland, voor zover deze kosten door het woonland gebruikt worden bij de berekening van de gemiddelde kostenbedragen, die dit land in het kader van de toepassing van de betreffende verdragsregeling en de Europese sociale zekerheidsverordening aan andere landen in rekening brengt.

De modaliteiten van de berekening zijn vastgelegd in deze Europese verordening of in een bilateraal verdrag inzake sociale zekerheid.

Rechthebbenden zijn zij die recht hebben op geneeskundige verzorging op grond van de wetgeving over de sociale ziektekostenverzekering voor geneeskundige zorg van het woonland. Overeenkomstig de regeling is uitgegaan van alle rechthebbenden van het betreffende verdragsland, ongeacht hun status of leeftijd. Voor het bepalen van het aantal rechthebbenden zijn waar mogelijk dezelfde brongegevens gebruikt als voor de zorgkosten.

De gemiddelde zorgkosten in Nederland zijn op dezelfde wijze bepaald en resulteren eveneens in een vast bedrag aan kosten per persoon. De Nederlandse zorgkosten bestaan uit de kosten voor geneeskundige verstrekkingen waarop aanspraak bestaat op grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en de Zorgverzekeringswet, voor zover deze kosten gebruikt worden door Nederland bij de berekening van de gemiddelde kostenbedragen die Nederland aan andere landen in rekening brengt.

Voor de (historische) cijfers van vóór 2006 zijn de kosten en de respectievelijke kring van verzekerden voor de verzekeringen ingevolge de Ziekenfondswet (Zfw) en de AWBZ bepalend. Voor latere jaren is uitgegaan van cijfers op grond van de Zorgverzekeringswet en de AWBZ.

Het bedrag van gemiddelde zorgkosten per rechthebbende wordt voor deze jaren bepaald volgens de formule:

Gemiddelde zorgkosten per rechthebbende =

(totale AWBZ-kosten/rechthebbenden AWBZ) + (totale Zfw (resp. Zvw)-kosten/ rechthebbenden Zfw (resp. Zvw))

Gegevensbronnen

De gemiddelde zorgkosten voor Nederland zijn bepaald op basis van de nota’s die Nederland bij de Rekencommissie van de Europese Unie heeft ingediend (als bedoeld in artikel 101, derde lid, van Verordening (EEG) nr. 574/72 resp. artikel 74 van Verordening (EG) nr. 883/2004). Op basis van deze gegevens wordt per jaar de noemer van de factorbepaling bepaald: de gemiddelde kosten voor zorg per rechthebbende in Nederland.

De gemiddelde zorgkosten per rechthebbende in de diverse woonlanden is bepaald op basis van verschillende bronnen. Niet voor al deze landen zijn dezelfde gegevensbronnen beschikbaar.

Het berekeningsjaar

De gemiddelde zorgkosten woonland van een bepaald jaar zijn gebaseerd op de laatst bekende documenten, dan wel op informatie die door het betreffende land aan het CVZ bekend is gemaakt. De bepaling van de factor geschiedt hiermee op basis van historische cijfers van verdragslanden.

Het beschikbaar stellen van benodigde cijfers wordt door verschillende landen op verschillende momenten en op verschillende manieren gedaan. Voor de vaststelling van de woonlandfactoren 2013 heeft het CVZ de meest actuele gegevens als uitgangspunt genomen. Voor een juiste verhouding worden tegenover de buitenlandse gemiddelde zorgkosten in een bepaald jaar de gemiddelde zorgkosten voor Nederland van het overeenkomende jaar gebruikt.

Afrondingen

De verschillende benodigde componenten voor de berekening van de landenfactoren zijn exact overgenomen uit de gebruikte bronnen. Er zijn geen afrondingen voor de komma uitgevoerd; cijfers achter de komma zijn wel afgerond.

De woonlandfactor is als volgt afgerond tot vier cijfers achter de komma (bijvoorbeeld 0,3543):

  • indien het vijfde cijfer achter de komma 0 tot en met 4 is, is afgerond naar beneden; indien het vijfde cijfer achter de komma 5 tot en met 9 is, is afgerond naar boven.

Rekenen met vreemde valuta

Bij de bepaling van de woonlandfactor voor de niet-euro landen dienen bedragen in vreemde valuta omgerekend te worden naar euro’s. Doordat deze woonlandfactoren worden bepaald op basis van historische cijfers, is gebruik gemaakt van gemiddelde valutakoersen naar de euro over het berekeningsjaar.

Voor de jaarkoersen is (op basis van beschikbaarheid) in de aangegeven volgorde gebruik gemaakt van de volgende bronnen:

  • 1. Gegevens van De Nederlandsche Bank;

  • 2. Gegevens van de Europese Centrale Bank;

  • 3. Gegevens OANDA online valuta berekening (volgens www.oanda.com).

Gebruik van gegevens uit bronnen

Zoals aangegeven kunnen de bronnen voor het bepalen van de gemiddelde zorgkosten per land verschillen. Gebruikte documenten hebben niet altijd een uniforme indeling en opgenomen cijfers zijn niet altijd rechtstreeks vergelijkbaar. Onderstaand zijn de randvoorwaarden genoemd, waarmee bewaakt wordt dat uit de diverse documenten zo zuiver en zo vergelijkbaar mogelijke cijfers zijn overgenomen voor de bepaling van de woonlandfactoren. Uiteraard gelden de voorwaarden zowel voor de Nederlandse bronnen als voor de bronnen van de diverse landen.

  • 1. Gespecificeerde posten die niet zijn meegenomen bij het bepalen van de woonlandfactor:

    • a. kosten voor arbeidsongevallen;

    • b. posten die opgenomen zijn voor de kosten van niet-verzekerden. Alleen kosten die gemaakt zijn door ‘rechthebbenden’ (verzekerden) zijn opgenomen. De groep ‘niet-verzekerden’ is in de populatie ook niet opgenomen;

    • c. eventuele eigen betalingen (van rechthebbenden) voor zorg.

  • 2. Bepaalde verdragslanden werken met een voorgerekend bedrag voor gemiddelde zorgkosten per rechthebbende in het land. Indien er geen verdere gegevens beschikbaar zijn, is er gebruikt gemaakt van deze gegevens.

  • 3. Bepaalde verdragslanden werken met steekproeven voor bepaling van de componenten. Indien er geen verdere gegevens beschikbaar zijn, is gebruik gemaakt van de gegevens uit de steekproef.

  • 4. Bepaalde verdragslanden werken met (toekomstige) schattingen voor bepaling van de componenten. Indien er geen verdere gegevens beschikbaar zijn, is er gebruikt gemaakt van deze gegevens.

Bijzonderheden

Bij de vaststelling van de woonlandfactoren voor 2013 zijn de volgende bijzonderheden van belang.

Er is besloten met ingang van de woonlandfactoren 2011 de landenindeling van de Belastingdienst te volgen. Dit heeft in 2012 geleid tot enkele wijzigingen in de naamgeving van landen.

De uitgangspunten voor de berekening van de woonlandfactoren 2013 zijn dezelfde als die voor de voorafgaande jaren. Zo zijn de gemiddelde zorgkosten voor Nederland gebaseerd op de laatst bekende nota die Nederland bij de Rekencommissie van de Europese Unie heeft ingediend. Voor de woonlandfactoren 2013 zijn dit de gemiddelde zorgkosten voor het jaar 2010.

Nieuwe gegevens zijn bekend van de landen Bosnië-Herzegovina, Bulgarije, Cyprus, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, IJsland, Italië, Kroatië, Liechtenstein, Luxemburg, Macedonië, Malta, Montenegro, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Portugal, Servië, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk en Zwitserland. Als gevolg hiervan wijzigen voor deze zesentwintig landen de woonlandfactoren 2013.

Uit de analyse van de woonlandfactoren blijkt dat de woonlandfactor van een aantal landen in sterkere mate is toe- of afgenomen. De voornaamste oorzaken hiervoor zijn een aanzienlijke wijziging in de hoogte van de gemiddelde zorgkosten in de betreffende landen, het feit dat sommige landen in het afgelopen jaar hun gemiddelde zorgkosten over meerdere jaren hebben bekendgemaakt en koersverschillen.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers.

Naar boven