Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 14 november 2012, nr. 2012-652544, houdende tijdelijke verlening van mandaat, volmacht en machtiging op het terrein van rijksvastgoed (Tijdelijke regeling mandaat, volmacht en machtiging Rijksvastgoed)

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Besluit:

Artikel 1

Mandaten, ondermandaten, volmachten en machtigingen die op 4 november 2012 van kracht waren ten behoeve van functionarissen van het Ministerie van Financiën ten aanzien van de aangelegenheden die de hieronder onder b tot en met f bedoelde dienstonderdelen van het Ministerie van Financiën betroffen, worden aangemerkt als mandaten, volmachten en machtigingen die zijn verleend door de Minister voor Wonen en Rijksdienst aan:

  • a. de secretaris-generaal van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

  • b. de algemeen directeur Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf;

  • c. de directeur van de directie Ontwikkeling;

  • d. de directeur van de directie Vastgoed;

  • e. de directeur van de directie Rijksvastgoed;

  • f. de functionarissen aan wie door of namens de algemeen directeur van het Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf ondermandaat, volmacht of machtiging is verleend;

ten aanzien van de aangelegenheden die hun dienstonderdelen betreffen.

Artikel 2

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 5 november 2012.

Artikel 3

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke regeling mandaat, volmacht en machtiging Rijksvastgoed.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok.

TOELICHTING

Met het aantreden van het nieuwe kabinet is een aantal beleidsonderwerpen herschikt. Bij Koninklijk besluit van 5 november 2012, Nr. 12.00258 (Stcrt. 8 november 2012, nr. 23045) is de minister van

Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties belast met de behartiging van de aangelegenheden op het terrein van rijksvastgoed, met inbegrip van het Rijksvastgoed- en Ontwikkelingsbedrijf. Ook de taken en organisatie van de directie Rijksvastgoed van het ministerie van Financiën worden overgeheveld naar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. In de portefeuilleverdeling die in het constituerend beraad is overeengekomen, is het rijksvastgoed opgenomen onder de minister voor Wonen en Rijksdienst.

In verband met deze departementale herindeling zullen de mandaat- en organisatiebesluiten van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op korte termijn dienovereenkomstig worden aangepast. In de tussentijd moet een voorziening worden getroffen die strekt tot het vermijden van bevoegdheidsgebreken. Daartoe dient deze tijdelijke regeling op grond waarvan de door de minister van Financiën vóór 5 november 2012 verleende mandaten, volmachten en machtigingen worden aangemerkt als met ingang van genoemde datum te zijn verleend door de minister voor Wonen en Rijksdienst.

Deze aanpak geeft meer tijd om het Organisatiebesluit BZK en het Mandaatbesluit BZK aan te passen, rekening houdend met de uitkomst van het overleg tussen de betrokken ministers omtrent organisatorische, personele en rechtspositionele aspecten van de overgang van de verantwoordelijkheden op de diverse beleidsterreinen.

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok.

Naar boven