Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 19 september 2012, Z-3129792,houdende wijziging van de Regeling zorgverzekering in verband met aanpassing van de indicaties voor brillenglazen en filterglazen

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 2.9, eerste lid, van het Besluit zorgverzekering;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling zorgverzekering wordt gewijzigd als volgt:

A

Artikel 2.13, vierde lid, komt te luiden:

  • 4. In afwijking van het tweede lid, onderdeel a, omvat de zorg brillenglazen en filterglazen voor verzekerden tot achttien jaar, indien:

    • a. er sprake is van indicatie voor lenzen als bedoeld in het derde lid, maar het dragen van lenzen niet de voorkeur heeft,

    • b. de verzekerde aan een of beide ogen geopereerd is vanwege een lensafwijking, of

    • c. de verzekerde lijdt aan zuivere accommodatieve esotropie.

B

Het opschrift van bijlage 3 komt te luiden:

Bijlage 3 van de Regeling zorgverzekering

Bijlage, horende bij artikel 2.23, eerste lid, onderdeel a, van de Regeling zorgverzekering.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2013.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers.

TOELICHTING

Met de Regeling van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 12 juli 2012, houdende wijziging van de Regeling zorgverzekering in verband met maatregelen 2013 in het zorgpakket (Stcrt. 2012, 14946) zijn de te verzekeren prestaties voor verzekerden tot de leeftijd van achttien jaar uitgebreid met brillenglazen of filterglazen omdat bij jonge kinderen met een medische indicatie voor lenzen, vaak om praktische redenen de voorkeur wordt gegeven aan een bril. In zijn advies hierover van 31 mei 2012 (uitgave CVZ 2012, volgnummer: 2012032062) heeft het CVZ echter voorgesteld brillenglazen of filterglazen ook voor rekening van de zorgverzekering te laten komen voor kinderen die geopereerd zijn vanwege lensafwijkingen en voor kinderen waarbij sprake is van zuivere accommodatieve esotropie.

Bij de eerste groep kinderen gaat het om:

  • a. zeer jonge kinderen die worden geopereerd maar geen of nog geen implantlens krijgen vanwege de progressieve groei in de eerste achttien maanden. Zij krijgen een uitwendige contactlens. Vanaf drie jaar hebben deze kinderen ook een bifocale leesbril nodig.

  • b. kinderen van achttien maanden en ouder die bij operatie wel een implantlens krijgen. Dan is ook een bifocale bril nodig omdat de implantlens een sterkte heeft die anticipeert op de nog te verwachten groei van het oog.

Bijkomend probleem is dat deze brillen regelmatig moeten worden vervangen vanwege de groei van het oog.

Bij de groep kinderen die lijden aan zuivere accomodatieve esotropie wordt de aandoening in het algemeen gecorrigeerd met een bifocale bril en niet met contactlenzen. Bij deze aandoening gaan de ogen zonder bril scheel naar binnen staan. Dit is te corrigeren met een bifocale hypermetrope correctie. Ook hier speelt dat deze glazen regelmatig moeten worden vervangen vanwege de ontwikkeling van het oog.

Blijkens de toelichting op de regeling van 12 juli 2012 was het voornemen om brillenglazen of filterglazen per 1 januari 2013 ook voor rekening van de zorgverzekering te laten komen indien er sprake is van de hiervoor genoemde situaties. Abusievelijk is dat niet geregeld. Dit is met de onderhavige regeling door wijziging van artikel 2.13, vierde lid, gecorrigeerd.

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt het opschrift van bijlage 3 aan te passen. Deze bijlage heeft met ingang van 1 januari 2013 alleen nog maar betrekking op de zorginhoudelijke criteria voor verbandschoenen en hoort derhalve alleen nog maar bij artikel 2.23, eerste lid, onderdeel a, van de Regeling zorgverzekering.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers.

Naar boven