Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie, van 13 augustus 2012, nr. 289921, tot wijziging van de Regeling Onderzoeksraad voor veiligheid

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelet op de artikelen 29 en 44 van de Rijkswet Onderzoeksraad voor veiligheid;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling Onderzoeksraad voor veiligheid wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het slot van het eerste lid, onderdeel f, worden de woorden ‘of een vliegtuig met straalmotoren’ ingevoegd.

2. In het derde lid, onderdeel d, wordt ‘de naam’ vervangen door: het bewijs van bevoegdheid.

B

In artikel 7 worden aan het slot van het eerste lid, onderdeel d, de woorden ‘of een vliegtuig met straalmotoren’ ingevoegd.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 13 augustus 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

TOELICHTING

De onderhavige wijziging van de Regeling Onderzoeksraad voor veiligheid voorziet in de implementatie van internationale regelgeving op het gebied van luchtvaartveiligheid. Bijlage 13 bij het op 7 december 1944 te Chicago tot stand gekomen Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart (Trb. 1973, 109) (hierna Verdrag) bevat regels ter zake van onderzoek naar luchtvaartongelukken en ernstige incidenten. De Rijkswet Onderzoeksraad voor veiligheid en de daaronder liggende regelgeving voorzien mede in de uitvoering van Bijlage 13.

De dertiende wijziging van Bijlage 13 vereist op twee punten aanpassing van de Regeling Onderzoeksraad voor veiligheid.

De eerste wijziging betreft een uitbreiding van de gevallen waarin de Internationale Organisatie voor Burgerluchtvaart (ICAO) door de Onderzoeksraad op de hoogte gebracht moet worden van een ongeval of ernstig incident en van het besluit tot het instellen van een onderzoek naar een ongeval of een ernstig incident. Daartoe strekken de onderdelen A, onder 1, en B.

De tweede wijziging (onderdeel A, onder 2), voorziet in een aanpassing van de te notificeren gegevens.

Bedrijfseffecten

Aan de wijziging van de onderhavige regeling zijn geen nalevingskosten zoals financiële kosten, ‘inhoudelijke nalevingkosten’ of ‘administratieve lasten’ verbonden. De aanpassingen betreffen geen verplichtingen voor burgers of bedrijven, maar louter voor de Onderzoeksraad voor veiligheid.

Vaste verandermomenten

Aangezien deze wijziging plaatsvindt ter implementatie van een besluit van een volkenrechtelijke organisatie, zijn de vaste verandermomenten niet van toepassing en volgt de inwerkingtreding van de wijziging zo spoedig als mogelijk na de bekendmaking.

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten