Verordening op de kostenvergoedingen 2013

Het bestuur van de Orde Nederlands Instituut van Registeraccountants maakt, gelet op artikel 23, tweede lid, van de Wet op de Registeraccountants, onderstaande verordening bekend, welke door de ledenvergadering van de Orde op 28 juni 2012 is vastgesteld.

De ledenvergadering van het Nederlands Instituut van Registeraccountants,

Gelet op de artikelen 4 en 19, eerste lid, van de Wet op de Registeraccountants;

Stelt de volgende verordening vast:

Artikel 1

  • 1. De leden van het bestuur ontvangen jaarlijks een vaste vergoeding.

  • 2. De vergoeding, bedoeld in het eerste lid, bedraagt op jaarbasis voor:

    • de voorzitter van het bestuur € 30.815,–;

    • de plaatsvervangend voorzitter van het bestuur € 12.820,–; bij vervanging van de voorzitter voor een langere termijn dan één maand ontvangt de plaatsvervangend voorzitter voor de volledige vervangingsperiode naar rato de vergoeding toekomende aan de voorzitter in plaats van de vergoeding voor de plaatsvervangend voorzitter;

    • de overige leden van het bestuur € 4.045,–.

  • 3. Het bestuur kan aan de voorzitters, de plaatsvervangend voorzitters of de leden van commissies of overige gremia een jaarlijkse vaste vergoeding toekennen.

Artikel 2

  • 1. De leden van het bestuur hebben voor het bijwonen van hun vergaderingen of bijeenkomsten recht op presentiegeld, een vergoeding van reis- en verblijfkosten en een vergoeding van reistijdkosten.

  • 2. Het bestuur kan aan de voorzitters, de plaatsvervangend voorzitters of de leden van commissies of overige gremia voor het bijwonen van hun vergaderingen of bijeenkomsten het recht op presentiegeld, een vergoeding van reis- en verblijfkosten en een vergoeding van reistijdkosten toekennen.

  • 3. Het presentiegeld bedraagt € 235,– per dagdeel en ten hoogste € 470,– per dag.

  • 4. Een dagdeel omvat een tijdsperiode van vier uur.

  • 5. De reiskostenvergoeding bedraagt € 0,28 per kilometer.

  • 6. De reistijdkostenvergoeding bedraagt € 0,75 per kilometer boven een totale reisafstand van honderd kilometer.

  • 7. Parkeer-, tol- en veergelden worden geacht te zijn begrepen in de reiskostenvergoeding bedoeld in het vijfde lid.

Artikel 3

  • 1. Als reiskosten en reistijdkosten worden ten hoogste vergoed de kosten voor de reiziger om langs de kortste weg van zijn woon- of verblijfplaats te komen naar zijn plaats van bestemming en terug, voor zover zij werkelijk zijn gemaakt.

  • 2. Voor buitenlandse reizen met vervoermiddelen anders dan de personenauto, worden de vervoerbewijzen verzorgd door het bureau van het NIVRA.

  • 3. Het bestuur stelt vast met welk vervoermiddel buitenlandse reizen plaatsvinden.

Artikel 4

Als verblijfkosten worden vergoed de werkelijk gemaakte kosten voor consumpties, maaltijden en overnachting, voor zover deze kosten binnen de grenzen van de redelijkheid zijn gebleven en naar het oordeel van het bestuur noodzakelijk waren.

Artikel 5

  • 1. Declaraties voor vergoedingen als bedoeld in artikel 2 en artikel 4 moeten uiterlijk binnen één maand na afloop van het kwartaal waarin deze kosten zijn gemaakt bij het bureau van het NIVRA worden ingediend.

  • 2. Het bestuur kan verlangen dat aan hem bewijsstukken worden overgelegd waaruit de juistheid van de ingediende declaratie blijkt.

  • 3. Door anderen voor hetzelfde doel of dezelfde activiteit uitgekeerde vergoedingen, worden in mindering gebracht op de vergoeding die het NIVRA toekent.

Artikel 6

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2013.

  • 2. De Verordening kostenvergoedingen van 16 december 1967 (Stcrt. 1968, 56), laatstelijk gewijzigd op 27 december 2007 (Stcrt. 2007, 250) wordt ingetrokken.

Artikel 7

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op de kostenvergoedingen 2013.

TOELICHTING

In het fusievoorstel is vastgelegd dat de NBA voor een door het bestuur aangewezen aantal bestuurscommissies, adviesraden en commissiefuncties het vacatiegelden- en vergoedingensysteem van de NOvAA hanteert. Dit vergoedingensysteem maakt een onderscheid tussen vaste vergoedingen en vergoedingen van presentiegeld, reis- en verblijfkosten en reistijdkosten.

Met deze ontwerpverordening worden alleen nog de vaste vergoedingen die aan bestuursleden worden toegekend door de ledenvergadering vastgesteld. De toekenning van de overige vergoedingen wordt aan het bestuur overgelaten overeenkomstig het fusievoorstel. Ook de toekenning van presentiegeld, reis- en verblijfkosten en reistijdkosten wordt aan het bestuur gedelegeerd.

Naar boven