Instelling bijzonder luchtverkeersgebied Zundert tevens vrijstelling minimum vlieghoogte (Oefening Rhino Dragonder)

17 januari 2012

Nr. MLA/012/2012

De Minister van Defensie,

Gelezen het verzoek van de commandant van 13 Gemechaniseerde Brigade van 21 november 2011;

Gelet op artikel 8 van het Luchtverkeersreglement en artikel 6 van de Regeling VFR-nachtvluchten en minimum vlieghoogten voor militaire luchtvaartuigen;

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Ten behoeve van oefening Rhino Dragonder wordt als oefengebied het volgende bijzondere luchtverkeersgebied (BVG) aangewezen:

    BVG Zundert, een gebied begrensd door de volgende coördinaten en hoogten: van 51°29'58.64"N 004°47'51.84"E langs de rand van de GIlze-Rijen Control Zone (CTR) met de wijzers van de klok naar 51°33'11.22"N 004°45'43.01"E, naar 51°30'41.82"N 004°31'48.39"E, langs de rand van de Woensdrecht Control Zone (CTR) met de wijzers van de klok naar 51°28'36.45"N 004°33'00.54"E, naar 51°28'35.62"N 004°36'39.09"E, naar 51°27'30.09"N 004°37'36.43"E, naar 51°27'34.94"N 004°41'59.45"E en langs de Nederlands-Belgische grens terug naar 51°29'58.64"N 004°47'51.84"E, van grondniveau tot 1000 voet AMSL (zie figuur 1).

    Figuur 1: BVG Zundert

    Figuur 1: BVG Zundert

  • 2. Het BVG Zundert, genoemd in het eerste lid, wordt ingesteld op dinsdag 31 januari 2012 van 9:15 uur lokale tijd tot 13:00 uur lokale tijd.

Artikel 2

Voor het gebruik van het BVG Zundert gelden de volgende regels:

  • a. het uitvoeren van andere dan bij de oefening betrokken vluchten in het BVG Zundert is niet toegestaan, met uitzondering van gecoördineerde vluchten door luchtvaartuigen die vooraf toestemming hebben verkregen van AOCS NM LVL;

  • b. aan de oefening deelnemende gezagvoerders, niet-deelnemende militaire gezagvoerders en gezagvoerders van vluchten als genoemd in onderdeel a dienen radiocontact te hebben met met AOCS NM LVL voor het binnenvliegen van het BVG Zundert en dienen te voldoen aan de voorwaarden, gesteld door de desbetreffende LVL-instantie;

  • c. tijdens het vliegen binnen het BVG Zundert dienen de deelnemende gezagvoerders gebruik te maken van een SSR-transponder met mode S of modes A en C;

  • d. binnen het BVG Zundert bedraagt de toegestane minimum vlieghoogte 100 voet boven grond of water of incidenteel zoveel lager als in verband met de opdracht noodzakelijk is;

  • e. laagvliegen is alleen toegestaan voor helikopters van het Commando Luchtstrijdkrachten;

  • f. met betrekking tot het vliegzicht en de wolkenbasis gelden de eisen voor VFR-vluchten;

  • g. de vrijstelling van de minimum vlieghoogte geldt alleen voor die delen van de vlucht die voor het doel van de vlucht noodzakelijk zijn, waarbij aaneengesloten bebouwing, ziekenhuizen, sanatoria en dergelijke moeten worden vermeden.

Artikel 3

Handelen in strijd met artikel 2, onderdeel a, van deze beschikking is een strafbaar feit.

Artikel 4

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de eerste dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt op 1 februari 2012.

Deze beschikking zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en zal tevens bekend worden gemaakt door middel van een NOTAM.

De minister van Defensie, voor deze: de Directeur Militaire Luchtvaart Autoriteit, C.J. Lorraine, Commodore.

Tegen deze beschikking kunnen belanghebbenden op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), binnen 6 weken na de dag waarop deze beschikking is bekendgemaakt een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan de Minister van Defensie, ter attentie van de Commissie advisering bezwaarschriften Defensie, Directie Juridische Zaken, Postbus 20701, 2500 ES ‘s-Gravenhage. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en moet ten minste bevatten: de naam en het adres van de indiener; de dagtekening; een omschrijving van de beschikking waartegen het bezwaar is gericht; de gronden van het bezwaar. Indien onverwijlde spoed dat vereist, is het mogelijk een voorlopige voorziening te vragen bij de president van de rechtbank die bevoegd is. In dat geval is griffierecht verschuldigd. Voorwaarde is dat een bezwaarschrift is ingediend.

TOELICHTING

Gedurende geïntegreerde oefeningen van het Commando Landstrijdkrachten en het Commando Luchtstrijdkrachten wordt veelal gebruik gemaakt van de inzet van helikopters van het Defensie Helikopter Commando. De oefening Rhino Dragonder omvat onder andere het verkennen en beveiligen van een doelobject. Er dient te worden gevlogen overeenkomstig een zo realistisch mogelijk scenario. Om dit te kunnen simuleren is het omschreven oefengebied onontbeerlijk. Om de vluchten niet onnodig te verstoren en te beschermen tegen overig luchtverkeer wordt een bijzonder luchtverkeersgebied ingesteld waarin tevens een vrijstelling van de minimum vlieghoogte van kracht is.

In zijn algemeenheid kan worden gesteld dat militaire helikopters boven gebieden met aaneengesloten bebouwing, industrie- en havengebieden daaronder begrepen dan wel boven mensenverzamelingen een hoogte van ten minste 210 meter (700 voet) boven de hoogste hindernis binnen 600 meter van het luchtvaartuig dienen aan te houden en elders ten minste 50 meter (150 voet) boven grond of water. In het kader van deze oefening kan in het aangewezen oefengebied zo laag worden gevolgen als voor het doel van de vlucht noodzakelijk is. Dit betekent niet dat er continu laag wordt gevlogen, doch alleen wanneer dat uitdrukkelijk noodzakelijk is.

Naar boven