De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op artikel 10 van het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag;
Besluit:
Artikel 1. Aanpassing bedragen Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag
De bedragen, genoemd in de artikelen 3 tot en met 7 van het Besluit onderhoudsvoorwaarden
kinderbijslag, worden als volgt aangepast:
€ 408,– wordt telkens vervangen door: € 416,–;
€ 813,– wordt vervangen door: € 830,–;
€ 1.081,– wordt telkens vervangen door: € 1.103,–;
€ 1.240,– wordt vervangen door: € 1.266,–;
€ 1.754,– wordt telkens vervangen door: € 1.790,–.
Artikel 2. Intrekking Regeling forfaitaire bedragen onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag
2008
De Regeling forfaitaire bedragen onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag 2008 wordt ingetrokken.
Artikel 3. Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2012.
Artikel 4. Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling forfaitaire bedragen onderhoudsvoorwaarden
kinderbijslag 2012.
TOELICHTING
Sinds 1 oktober 1995 is het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag van kracht.
Dit besluit bevat bedragen voor het inkomen van het kind aan de hand waarvan wordt
vastgesteld of de verzekerde wel of geen recht heeft op kinderbijslag. Tevens bevat
dit besluit bedragen voor de onderhoudsbijdrage van de ouder aan de hand waarvan wordt
vastgesteld of het kind ‘in belangrijke mate’ of ‘grotendeels’ door de verzekerde
wordt onderhouden (conform artikel 7 van de Algemene Kinderbijslagwet (AKW)).
In artikel 10 van het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag is geregeld dat
de in dat besluit genoemde forfaitaire bedragen ieder jaar kunnen worden aangepast
per 1 oktober. De bedragen worden in dat geval aangepast aan de ontwikkeling van de
kinderbijslagbedragen op grond van artikel 13, tweede lid, van de AKW die in de periode
van 2 juli tot en met 1 juli direct daaraan voorafgaand heeft plaatsgevonden.
Deze ministeriële regeling voorziet in aanpassing van de forfaitaire bedragen per
1 oktober 2012. De aanpassing heeft plaatsgevonden aan de hand van de ontwikkeling
van de kinderbijslagbedragen zoals die op grond van de wettelijke indexering heeft
plaatsgevonden. De bedragen zijn geïndexeerd met een percentage van 2,06%.
Forfaitaire bedragen met ingang van 1 oktober 2012
Enkelvoudige kinderbijslag (artikel 7, eerste lid, van de AKW):
Verzekerden hebben in beginsel recht op enkelvoudige kinderbijslag voor een kind dat:
-
– jonger is dan 16 jaar en tot het huishouden van de verzekerde behoort (hier geldt
het zogeheten verzorgingsbeginsel waarbij geen sprake is van een grens voor inkomen
uit arbeid);
-
– 16 of 17 jaar is, tot het huishouden van de verzekerde behoort en geen inkomen uit
arbeid heeft dat hoger is dan € 1.266,– per kwartaal (artikel 3, onderdeel b, onder
1°, van het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag);
-
– jonger is dan 18 jaar, niet tot het huishouden van de verzekerde behoort, maar ‘in
belangrijke mate’ door de verzekerde wordt onderhouden (inkomen uit arbeid van het
kind mag niet hoger zijn dan € 1.790,– per kwartaal en de onderhoudsbijdrage van de
verzekerde moet ten minste € 416,– per kwartaal per kind bedragen (artikel 3, onderdeel
b, onder 2°, jo. artikel 5, derde lid, van het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag)).
Tweevoudige kinderbijslag (artikel 7, derde lid, van de AKW):
Voor een kind jonger dan 18 jaar dat niet tot het huishouden van de verzekerde behoort
noch tot het huishouden van een ander, heeft de verzekerde in beginsel recht op tweevoudige
kinderbijslag als het kind ‘grotendeels’ door de verzekerde wordt onderhouden (inkomen
uit arbeid van het kind mag ten hoogste € 1.103,– per kwartaal bedragen en de onderhoudsbijdrage
van de verzekerde moet meer dan € 1.103,– per kwartaal per kind bedragen (artikel
4 jo. artikel 5, eerste lid, onder b en vierde lid van het Besluit onderhoudsvoorwaarden
kinderbijslag of artikel 4 jo. artikel 6, onder b, van het Besluit onderhoudsvoorwaarden
kinderbijslag).
Voor kinderen jonger dan 16 jaar geldt bovendien op grond van artikel 7, derde lid,
van de AKW dat zij, wil er recht op tweevoudige kinderbijslag bestaan, uitwonend dienen
te zijn in verband met ziekte of gebreken of in verband met het volgen van onderwijs
of een beroepsopleiding.
Voor gehandicapte kinderen die al sedert een datum gelegen vóór 1 oktober 1995 in
een instelling verblijven, geldt een onderhoudsbijdrage van ten minste € 830,– per
kwartaal (artikel 7 van het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag).
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
H.G.J. Kamp.