Regeling van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 9 juli 2012, nr. WJZ / 12079119, tot wijziging van de Subsidieregeling sterktes in innovatie en de Regeling openstelling en subsidieplafonds EZ 2012 in verband met het openen van tenders voor CATRENE en ITEA2

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Gelet op de artikelen 4, 5, 15, 16, 17, 23, aanhef en onder c, en 25 van het Kaderbesluit EZ-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling sterktes in innovatie wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 2.1 worden in de alfabetische volgorde twee definities ingevoegd, luidende:

CATRENE-innovatieproject:

een innovatieproject dat wordt uitgevoerd door een internationaal innovatiesamenwerkingsverband en is voorzien van een label van het EUREKA cluster CATRENE;

ITEA2-innovatieproject:

een innovatieproject dat wordt uitgevoerd door een internationaal innovatiesamenwerkingsverband en is voorzien van een label van het EUREKA cluster ITEA2;

B

In artikel 2.2. wordt ‘een EUREKA-innovatieproject, een geïndustrialiseerde landen innovatieproject’ vervangen door: een CATRENE-innovatieproject, een EUREKA-innovatieproject, een geïndustrialiseerde landen innovatieproject, een ITEA2-innovatieproject.

C

Aan artikel 2.4 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 5. Indien het totale subsidiebedrag voor de deelnemers in een internationaal samenwerkingsverband dat een CATRENE-innovatieproject of een ITEA2-innovatieproject uitvoert, meer bedraagt dan € 4.000.000, wordt het meerdere naar rato in mindering gebracht op de aan de betrokken aanvragers te verstrekken subsidie.

D

Artikel 2.5 komt te luiden:

Artikel 2.5

Geen subsidie wordt verstrekt indien de aanvrager vóór indiening van de aanvraag om subsidie, bedoeld in artikel 2.2, reeds gestart is met zijn deel van het CATRENE-innovatieproject, het EUREKA-innovatieproject, het geïndustrialiseerde landen innovatieproject, het ITEA2-innovatieproject of het opkomende landen innovatieproject.

E

In artikel 2.11 wordt ‘In afwijking van artikel 39 van het Kaderbesluit EZ-subsidies brengen de subsidie-ontvangers’ vervangen door: Met uitzondering van CATRENE- en ITEA2-innovatieprojecten, brengen de subsidie-ontvangers, in afwijking van artikel 39 van het Kaderbesluit EZ-subsidies.

ARTIKEL II

In de tabel van artikel 1, derde lid, van de Regeling openstelling en subsidieplafonds EZ 2012 worden bij nummer 3.1, Subsidieregeling sterktes in innovatie (internationaal innoveren) na de huidige tekst twee regels toegevoegd:

Subsidieregeling sterktes in innovatie (internationaal innoveren)

2.2.

CATRENE-innovatieprojecten

27-08 t/m 21-09

5.000.000

         

Subsidieregeling sterktes in innovatie (internationaal innoveren)

2.2.

ITEA2-innovatieprojecten

30-07 t/m 31-08

13.000.000

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 9 juli 2012

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, M.J.M. Verhagen.

TOELICHTING

Algemeen

Met deze wijziging van de Subsidieregeling sterktes in innovatie worden de aanvraagperiodes en de bijbehorende subsidieplafonds voor 2012 gepubliceerd voor de ondersteuning van CATRENE- en ITEA2-innovatieprojecten. Hierbij wordt de ondersteuning van deze projecten overgebracht van Hoofdstuk 9 naar Hoofdstuk 2 van de Subsidieregeling sterktes in innovatie

Achtergrond

Het kabinet wil topsectoren waarin Nederland wereldwijd uitblinkt, nog sterker maken. Om dat te bereiken werken de overheid, het bedrijfsleven, universiteiten en onderzoekscentra samen aan kennis en innovatie. De afspraken hierover zijn vastgelegd in zogeheten innovatiecontracten.

De topsector ‘High Tech Systemen en Materialen’ (HTSM) ontwikkelt en produceert eindproducten, halffabricaten, componenten en materialen voor afnemers over de hele wereld, variërend, van gezondheidszorg, verlichting, chips en chipsproductie tot laboratorium- en kantoorapparatuur, van auto’s en logistieke systemen, vliegtuigen en satellieten tot energieopwekking, voedselverwerking en veiligheid. Zij ontwikkelt toepassingen voor andere topsectoren en sleuteloplossingen voor tal van maatschappelijke uitdagingen, zoals duurzame energie, gezondheidszorg, mobiliteit en veiligheid.

De topsector HTSM heeft forse groeiambities, waaronder een verdubbeling van de export in 2020. De betekenis van deze uitdaging is uitgewerkt in een Innovatiecontract met een agenda voor publiekprivate samenwerking voor speur- en ontwikkelingswerk (R&D) binnen de topsector. Aan de basis liggen 15 ‘roadmaps’, die een beeld geven van de prioritaire onderzoeksvragen op de belangrijkste technologiegebieden en toepassingsdomeinen. De roadmaps benoemen nadrukkelijk de relevantie van de onderzoeksagenda’s voor maatschappelijke uitdagingen.

Het economische succes van de topsector HTSM is in toenemende mate afhankelijk van de R&D-samenwerking met toonaangevende bedrijven en kennisinstellingen in andere landen. De ondernemingen opereren in een mondiale en zeer dynamische markt. Samenwerking met internationale partners in een vroeg stadium van productontwikkeling is daarbij van groot belang. De kern van deze samenwerking ligt in door de industrie zélf aangestuurde Europese onderzoeksprogramma’s. Twee programma’s, de EUREKA-clusters CATRENE en ITEA2, zijn met name relevant voor deze topsector.

EUREKA is een intergouvernementeel initiatief van 17 landen, waaronder Nederland, en de Europese Commissie. Sinds de oprichting in 1985 heeft EUREKA omvangrijke publieke en private budgetten kunnen mobiliseren voor ondersteuning van industriële R&D uitgevoerd in internationale consortia. De belangrijkste ambitie is het bevorderen van productiviteit en concurrentiekracht van de industrie door technologische R&D-samenwerking en innovatie. Deze samenwerking vindt plaats tussen bedrijven, onderzoeksinstellingen en universiteiten.

CATRENE en ITEA2 en hun respectievelijke voorgangers (JESSI, MEDEA+ en ITEA) zijn specifieke EUREKA-onderzoeksprogramma’s die al sinds decennia industrieel onderzoek in internationale samenwerkingsverbanden faciliteren en daardoor hebben bijgedragen aan de totstandkoming van effectieve en duurzame netwerken van industrie en kennisinfrastructuur over geheel Europa.

CATRENE betreft onderzoek op het gebied van de micro- en nano-elektronica; ITEA2 is gericht op embedded software systemen.

Mede door het succes van deze programma’s is de Europese HTSM-sector in staat gebleken de felle concurrentie vanuit Azië het hoofd te blijven bieden, terwijl op een aantal terreinen zelfs een leidende positie op de wereldmarkt is verworven.

CATRENE en ITEA2 projecten worden geselecteerd op basis van internationale calls. De realisatie van de geselecteerde projecten geschiedt via zogenaamde in kind bijdragen van de projectdeelnemers en bijdragen van nationale overheden uit de in het project betrokken landen. De bijdragen van de nationale overheden geschieden op basis van nationale procedures en regels.

Binnen het Innovatiecontract HTSM ligt een zwaar accent op de internationale R&D-samenwerking. Meer dan 40% van de voorgenomen bijdrage van bedrijven is bestemd voor programma’s op dit gebied. Naast de hiervoor genoemde EUREKA-clusters CATRENE en ITEA2 gaat het daarbij ook om de Joint Technology Initiatives (JTIs) en Eurostars. De financiering van deze programma’s valt echter buiten het bestek van deze regeling.

Vermeld zij dat reeds voor de start van het Topsectorenbeleid en de opstelling van het Innovatiecontract HTSM Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen een belangrijk aandeel hadden in CATRENE- en ITEA2-projecten. In veel gevallen zijn dergelijke projecten ook financieel ondersteund met overheidsbijdragen.

De Nederlandse positie in de internationale kennisnetwerken is dan ook nog steeds prominent en deze doet niet onder voor de positie van grote landen als Duitsland en Frankrijk. Voor de topsector HTSM is het cruciaal dat deze positie behouden blijft en bij voorkeur verder wordt versterkt. Door een voortgezette participatie in deze programma’s verzekeren Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen zich van een blijvende toegang tot belangrijke internationale kennisbronnen, hetgeen essentieel is om de ambities uit het Innovatiecontract waar te kunnen maken.

In het verleden verliep de ondersteuning van de Nederlandse deelnemers aan de EUREKA clusterprogramma’s ITEA2 en CATRENE projecten via hoofdstuk 9 van de Subsidieregeling sterktes in innovatie (internationale R&D-projecten binnen het Point One innovatieprogramma). Gezien de beëindiging van het innovatieprogramma Point One, verloopt de ondersteuning nu via hoofdstuk 2 (Internationaal Innoveren). Daarmee wordt de ondersteuning van alle EUREKA-programma’s onder één gemeenschappelijk hoofdstuk gebracht, hetgeen het overzicht en de samenhang bevordert. De projecten, die uit hoofde van ITEA2 en CATRENE worden gerealiseerd, wijken echter qua grootte en inhoud zodanig af van de andere innovatieprojecten die onder dit hoofdstuk vallen, dat een aantal afwijkende subsidievoorwaarden van toepassing is.

Zie voor de specifieke wijzigingen het artikelsgewijze deel van deze toelichting.

Het budget voor 2012 is in totaal € 18 miljoen, waarvan specifiek voor ITEA2: € 13 miljoen en specifiek voor CATRENE: € 5 miljoen.

Vaste verandermomenten

De inwerkingtredingsbepaling wijkt af van het in aanwijzing 174 van de Aanwijzingen voor de regelgeving inzake vaste verandermomenten neergelegde uitgangspunt. Het betreft de bekendmaking van een subsidieplafond waarvoor afwijking op grond van de uitzonderingsgrond, genoemd in het vierde lid, onderdeel a, (de regelgeving heeft een directe relatie met andere jaarindelingen, zoals het subsidiejaar, en het voorkomt nadelen voor de doelgroepen) in dit geval is toegestaan.

Administratieve lasten

De ITEA2- en CATRENE-innovatieprojecten vallen onder de Subsidieregeling sterktes in innovatie. De Subsidieregeling sterktes in innovatie is zo vormgegeven dat de administratieve lasten zo laag mogelijk worden gehouden. Bij de wijziging in het hoofdstuk 2 Internationaal Innoveren worden geen extra of afwijkende informatieverplichtingen voor de aanvrager toegevoegd.

ITEA2-innovatieprojecten

Bij een verwacht aantal van 9 aanvragen bedragen de administratieve lasten € 105.630 bij een budget van € 13 miljoen, dat is 0,81%.

CATRENE-innovatieprojecten

Bij een verwacht aantal van 10 aanvragen bedragen de administratieve lasten € 85.780 bij een budget van € 5 miljoen, dat is 1,72%.

Artikelsgewijs

Artikel I

A en B

Om subsidiëring van projecten met een ITEA2- en CATRENE label onder hoofdstuk 2 van de Subsidieregeling sterktes in innovatie mogelijk te maken wordt een tweetal definities opgenomen. Omdat ITEA2- en CATRENE ook EUREKA clusters zijn, vallen deze projecten ook onder de bredere definitie van EUREKA-innovatieproject. Voor ITEA2 en CATRENE innovatieprojecten gelden echter enkele afwijkende voorwaarden, zoals een hoger subsidiemaximum, en afgescheiden subsidieplafonds (zie artikel III) waardoor een aparte definitie en een aparte vermelding in artikel 2.2 noodzakelijk is.

C

Voor ITEA2- en CATRENE-innovatieprojecten geldt een hogere maximumsubsidie dan de overige innovatieprojecten van hoofdstuk 2. Het maximum subsidiebedrag is gesteld op € 4 miljoen om het mogelijk te maken dat meerdere projecten kunnen worden ondersteund, in het geval van zeer omvangrijke projecten. Het subsidiemaximum onder hoofdstuk 9 (Point-One) van de Subsidieregeling sterktes in innovatie bedroeg eveneens € 4 miljoen.

D

Subsidie op grond van hoofdstuk 2 van de Subsidieregeling sterktes in innovatie wordt verstrekt aan een in Nederland gevestigde deelnemer in een internationaal samenwerkingsverband. Dat alleen de ‘Nederlandse deelnemer’ subsidie ontvangt volgt rechtstreeks uit artikel 3, eerste lid, van het Kaderbesluit EZ-subsidies.

Uit het eerste lid van het herziene artikel 2.5 volgt dat geen subsidie wordt verstrekt als de aanvrager vóór de datum van de indiening van de aanvraag met zijn deel van het bredere internationale project is begonnen. Dit versterkt het ‘incentive effect’ van de subsidie.

Door het opnemen van deze bepaling kan de situatie van het oude artikel 2.5 zich niet meer voordoen, nu de activiteiten pas na indiening van de aanvraag subsidiabel zijn.

E

Voor CATRENE- en ITEA2-innovatieprojecten geldt niet de eis dat de subsidieontvanger elke 6maanden verslag uitbrengt. In de subsidieverleningsbeschikking zal, conform de standaard van artikel 39 van het Kaderbesluit EZ-subsidies, een verplichting tot jaarlijkse verslaglegging worden opgenomen.

ARTIKEL II

De aanvraagperiode voor CATRENE-innovatieprojecten opent en sluit iets later dan die voor ITEA2-innovatieprojecten om ook deelnemers aan de lopende Europese call nog de gelegenheid te geven een aanvraag in te dienen.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, M.J.M. Verhagen.

Naar boven