Voorpublicatie wijziging Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid brengt ter kennis aan belanghebbenden het navolgende ontwerp van een wijziging van een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in de artikelen 18, achtste lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, 2, zevende lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, 2:5, vijfde lid, en 3:1, achtste lid, van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten en 6, vierde lid, van de Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen.

Indien het ontwerpbesluit aanleiding geeft tot het maken van opmerkingen kunnen deze tot uiterlijk 1 september 2012 schriftelijk kenbaar worden gemaakt aan de directeur Inkomensverzekeringen en -voorzieningen, Postbus 90801, 2509 LV Den Haag.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, P. de Krom.

Ontwerpbesluit van ..... tot wijziging van het overgangsrecht bij artikel 10, zesde lid, van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van , nr. IVV/LZW/2012/8054;

Gelet op de artikelen 18, achtste lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, 2, zevende lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, 2:5, vijfde lid, en 3:1, achtste lid, van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten en 6, vierde lid, van de Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van .....);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van ,

HEBBEN GOEDGEVONDEN EN VERSTAAN:

Artikel I Wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten

Het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 12a, vierde lid, wordt ‘artikel 19’ vervangen door: artikel 3:21.

B

Aan artikel 12b, vierde lid, wordt toegevoegd: , dan wel indien de inkomsten uit arbeid op of na 1 januari 2013 wijzigen.

Artikel II Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2013.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Nota van toelichting

Met de wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten per 1 juli 2008 (Stb. 2008, 254) is geregeld dat de drie inkomensbegrippen bij de arbeidsdeskundige beoordeling van arbeidsongeschiktheid (te weten: het maatmaninkomen, het theoretisch mogelijke loon en de feitelijke inkomsten) geüniformeerd werden door deze inkomens gelijk te stellen aan het SV-loon. Daardoor is het mogelijk het maatmaninkomen en feitelijk verdiend inkomen uit de polisadministratie te halen, waardoor in beginsel geen uitvraag meer bij de werkgever en de werknemer nodig is.

In artikel 12b, vierde lid, werd om uitvoeringstechnische redenen een overgangsbepaling opgenomen. Dit overgangsrecht geldt onder meer voor situaties waarin de feitelijke inkomsten op de uitkering in mindering gebracht worden via de methode van fictieve schatting op grond van de artikelen 44 van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, 58 van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen en 3:48 van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten. De overgangsbepaling impliceert dat UWV voor degene, die voorafgaande aan 1 juli 2008 al een uitkering en inkomsten uit arbeid had, het feitelijk verdiende inkomen pas hoeft te herberekenen vanaf het moment waarop een nieuw arbeidsdeskundig onderzoek plaatsvindt. Inmiddels is het wenselijk gebleken deze overgangsperiode te verkorten, omdat UWV anders nog jarenlang moet werken met twee loonbegrippen naast elkaar.

Door een wijziging van het vierde lid van artikel 12b wordt geregeld dat artikel 10, zesde lid, waar wordt bepaald welke feitelijke inkomsten in aanmerking worden genomen, tevens direct van toepassing wordt, als de inkomsten wijzigen door bijvoorbeeld een uurloonwijziging of wijziging van de omvang van de arbeid. Het UWV zal bij een dergelijke wijziging dus meteen kunnen overgaan naar het hanteren van het SV loon. Hiermee zal worden bereikt dat sneller wordt gekomen tot een uniformering van het loonbegrip en dat het proces van de inkomstenverrekening op termijn meer gedigitaliseerd en geautomatiseerd zal kunnen worden. Dit levert voor UWV lastenverlichting op. Voor de uitkeringsgerechtigde zijn er in de meeste gevallen geen nadelige gevolgen, maar vaak juist (iets) positievere gevolgen, zij het marginaal. (Eerder) overgaan naar SV-loon betekent het hanteren van een iets lager loon en dus mogelijk een iets hogere uitkering. In zeer specifieke (incidentele) gevallen heeft het hanteren van SV loon een iets lagere uitkering tot gevolg.

In de uitvoeringstoets heeft het UWV aangegeven dat dit voorstel uitvoerbaar is. De IWI heeft de toezichtbaarheidstoets uitgebracht en geen opmerkingen gemaakt.

Van de gelegenheid wordt gebruikt gemaakt om een foutieve verwijzing in artikel 12a te corrigeren.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Naar boven