Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 18 januari 2012, nr. IENM/BSK-2011/172088, houdende wijziging van de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 in verband met de aanpassing van de definitie van beginnende bestuurder en een enkele andere wijziging

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 130, derde lid, van de Wegenverkeerswet 1994;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 komt de definitie van beginnende bestuurder als volgt te luiden:

beginnende bestuurder:

bestuurder als bedoeld in artikel 8, derde lid, van de wet;.

B

In artikel 5 wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel o door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • p. betrokkene, die voor zijn achttiende verjaardag in het kader van begeleid rijden een rijbewijs voor de categorie B heeft behaald, heeft in de periode tot zijn achttiende verjaardag een motorrijtuig bestuurd zonder een op de begeleiderspas geregistreerde begeleider, dan wel met een begeleider van wie hij weet dat deze onder zodanige invloed verkeert van een stof, waarvan het gebruik - al dan niet in combinatie met het gebruik van een andere stof - de rijvaardigheid kan verminderen, dat deze niet tot behoorlijk begeleiden in staat moet worden geacht.

ARTIKEL II

Indien het bij koninklijke boodschap van 7 juni 2010ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 op een aantal punten van uiteenlopende aard, van de Wet personenvervoer 2000 ten aanzien van het openbaarvervoersverbod en enkele technische wijzigingen, van de Wet advies en Overleg Verkeer en Waterstaat in verband met wijzigingen in de vorm waarin betrokkenen en organisaties bij het beleidsproces worden betrokken, wijziging van de Wet op de economische delicten, de Wet luchtvaart, de Binnenvaartwet, de Wet capaciteitsbeheersing binnenvaartvloot, de Wet belastingen op milieugrondslag, de Waterschapswet en de Crisis- en Herstelwet op enkele punten van technische aard, alsmede van de Telecommunicatiewet ter herstel van een abuis (Verzamelwet Verkeer en Waterstaat 2010) (32 403) tot wet is of wordt verheven en artikel I, onderdeel A0, van die wet in werking is getreden, treedt deze regeling op hetzelfde tijdstip in werking en werkt deze regeling terug tot en met 1 november 2011.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.

TOELICHTING

Artikel I, onderdeel A0, van het bij koninklijke boodschap van 7 juni 2010ingediende voorstel van wet Verzamelwet Verkeer en Waterstaat 2010 voorziet in een aanpassing van de definitie van het begrip beginnende bestuurder die is opgenomen in artikel 8, derde lid, van de Wegenverkeerswet 1994 (verder: de wet). Als gevolg van de voorgestelde aanpassing van die definitie zal de jongere die in het kader van begeleid rijden zijn B-rijbewijs haalt, net zoals de jongere die zijn bromfietsrijbewijs haalt als hij nog geen 18 jaar is, gedurende een periode van 7 jaar te rekenen vanaf de datum van eerste afgifte van het rijbewijs als beginner worden aangemerkt. Op deze wijze wordt rechtsongelijkheid tussen beide categorieën jongeren voorkomen (in de nu bestaande definitie van beginnende bestuurder geldt deze termijn van 7 jaar alleen als het eerste rijbewijs een rijbewijs AM (bromfietsrijbewijs) is).

In de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 is een op artikel 8, derde lid, van de wet gebaseerde definitie opgenomen. Onderhavige wijzigingsregeling brengt de in de regeling opgenomen definitie in overeenstemming met de in artikel 8, derde lid, van de wet opgenomen definitie door naar dat artikellid te verwijzen. Door deze verwijzing wordt derhalve als beginnende bestuurder aangemerkt de bestuurder van een motorrijtuig, voor het besturen waarvan een rijbewijs vereist is, indien sedert de datum waarop aan hem voor het eerst een rijbewijs is afgegeven nog geen vijf jaren zijn verstreken, dan wel indien het voor het eerst afgegeven rijbewijs een rijbewijs betreft dat is afgegeven aan een persoon die op het ogenblik van die afgifte de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt, indien nog geen zeven jaren zijn verstreken sedert de datum waarop aan hem voor de eerste maal een rijbewijs is afgegeven en de eerste afgegeven en de eerste afgifte van het rijbewijs op of na 30 maart 2002 heeft plaatsgevonden.

Verder is van de gelegenheid gebruik gemaakt om een omissie te herstellen. Abusievelijk is in de tekst van artikel 5 niet de grond opgenomen om het rijbewijs te kunnen invorderen vaneen rijbewijshouder, die voor zijn achttiende verjaardag in het kader van begeleid rijden een rijbewijs voor de categorie B heeft behaald, maar die in de periode tot zijn achttiende verjaardag een motorrijtuig heeft bestuurd zonder een op de begeleiderspas geregistreerde begeleider, dan wel met een begeleider van wie hij weet dat deze onder zodanige invloed verkeert van een stof, waarvan het gebruik – al dan niet in combinatie met het gebruik van een andere stof – de rijvaardigheid kan verminderen, dat deze niet tot behoorlijk begeleiden in staat moet worden geacht (de gevallen, bedoeld in artikel 173aa, eerste en tweede lid, van het Reglement rijbewijzen). Deze gevallen zijn wel al opgenomen in bijlage 2 bij die regeling.

Er is geen sprake van administratieve lasten voor burgers of het bedrijfsleven, noch van nalevingskosten.

Afgeweken wordt van de vaste verandermomenten omdat het hier reparatieregelgeving betreft: door onvoorziene omstandigheden heeft de parlementaire behandeling van bovengenoemde wet langer geduurd dan was voorzien, zodat deze wijziging niet meer tijdig kon worden meegenomen in de regelgeving met betrekking tot begeleid rijden of de invoering van het alcoholslotprogramma. Het tijdstip van inwerkingtreding is gekoppeld aan het tijdstip van inwerkingtreding van het aan het begin van de toelichting genoemde artikel A0 van de Verzamelwet Verkeer en Waterstaat 2010. Voorzien is in terugwerkende kracht tot en met 1 november 2011, omdat het altijd de bedoeling is geweest alle deelnemers aan begeleid rijden gedurende dezelfde periode als beginnende bestuurder aan te merken als thans het geval is voor bestuurders van bromfietsen die op een jongere leeftijd dan achttien jaar hun eerste rijbewijs behalen en om in de in artikel 173aa, eerste en tweede lid, van het Reglement rijbewijzen bedoelde gevallen het rijbewijs te laten invorderen door de politie.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.

Naar boven