Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 21 juni 2012, nr. VGP 3118079, houdende wijziging van diverse regelingen gezien de overdracht van taken van CPE naar COKZ

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 25a, eerste, derde en vierde lid, van de Warenwet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Warenwetregeling aanwijzing en werkwijze toezichthouders COKZ en CPE wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel b vervalt.

2. De onderdelen c en d worden geletterd b en c.

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt de zinsnede ‘en het CPE’.

2. In het tweede lid wordt ‘Het COKZ en het CPE zorgen ervoor’ vervangen door: Het COKZ zorgt ervoor.

C

Artikel 3, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

• 1. De zinsnede ‘De directeuren van het COKZ en het CPE dienen jaarlijks’ wordt vervangen door: De directeur van het COKZ dient jaarlijks.

• 2. De zinsnede ‘onderscheidenlijk het CPE’ vervalt.

D

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. De zinsnede ‘de directeuren van het COKZ en het CPE’ wordt vervangen door: de directeur van het COKZ.

2. De zinsnede ‘onderscheidenlijk het CPE’ vervalt.

E

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. De zinsnede ‘De directeuren van het COKZ en het CPE zenden jaarlijks’ wordt vervangen door: De directeur van het COKZ zendt jaarlijks.

2. De zinsnede ‘onderscheidenlijk het CPE’ vervalt.

F

In artikel 7 vervalt de zinsnede ‘en CPE’.

ARTIKEL II

De Warenwetregeling procedures registratie en erkenning van levensmiddelenbedrijven wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De puntkomma aan het slot van onderdeel j wordt vervangen door een punt.

2. Onderdeel k vervalt.

B

In artikel 3, eerste lid, onder l, wordt de zinsnede ‘Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit’ vervangen door: Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.

C

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

• a. in onderdeel a wordt de zinsnede ‘bijlage III, sectie IX, van verordening (EG) 853/2004’ vervangen door: bijlage III, sectie IX of X, van verordening (EG) 853/2004;

• b. onderdeel b vervalt;

• c. de onderdelen c en d worden geletterd b en c;

• d. in onderdeel c (nieuw) wordt de zinsnede: ‘waarop zowel de onderdelen a en b, b en c, of a en c van toepassing zijn’ vervangen door: waarop de onderdelen a en b van toepassing zijn.

2. In het tweede lid vervalt de zinsnede ‘het CPE of’.

ARTIKEL III

De Warenwetregeling taakverdeling toezichthouders Warenwet voor levensmiddelen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De onderdelen d en f vervallen.

2. Onderdeel e wordt geletterd d.

3. De onderdelen g tot en met j worden geletterd f tot en met i.

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. Onderdeel a komt te luiden:

• a. controleurs van het COKZ bij uitsluitend zuivelinrichtingen en ei- en eiproducteninrichtingen;.

b. Onderdeel b vervalt.

c. De onderdelen c tot en met e worden geletterd b tot en met d.

d. Onderdeel b (nieuw) komt te luiden:

• b. controleurs van hetzij de NVWA, hetzij het COKZ bij gemengde bedrijven;.

2. Het derde lid wordt als volgt gewijzigd:

• a. De zinsnede ‘en het CPE’ vervalt.

• b. De zinsnede ‘tweede lid, onder c’ wordt vervangen door: tweede lid, onder b.

ARTIKEL IV

De Regeling mandaat aan IG-NVWA inzake het verlenen, schorsen en intrekken van bepaalde erkenningen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3, tweede lid, komt te luiden:

• 2. De inspecteur-generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit is toegestaan ter zake van het verlenen van erkenningen, bedoeld in het eerste lid, onder a, ondermandaat te verlenen aan de directeur van de Stichting Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel, wat betreft inrichtingen die:

  • a. rauwe melk of zuivelproducten; of

  • b. eieren of eiproducten;

    produceren, bereiden, verpakken of etiketteren.

B

Artikel 4, tweede lid, komt te luiden:

• 2. De in artikel 3, tweede lid, bedoelde besluiten worden als volgt ondertekend:

  ‘De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

  namens deze,

  de directeur van het Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel,’.

ARTIKEL V

Het recht zoals dat gold onmiddellijk voor 1 juli 2012 blijft van toepassing op bezwaar- en beroepsprocedures naar aanleiding van voor 1 juli 2012 genomen besluiten op grond van:

• a. artikel 2, eerste lid, van de Warenwetregeling aanwijzing en werkwijze toezichthouders COKZ en CPE;

• b. artikel 3 van de Regeling mandaat aan IG-VWA inzake het verlenen, schorsen en intrekken van bepaalde erkenningen;

zoals de desbetreffende bepaling luidde onmiddellijk voor 1 juli 2012.

ARTIKEL VI

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers.

TOELICHTING

Tot 1 juli 2012 waren zowel de stichting Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel (verder: het COKZ) als de stichting Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (verder: het CPE) belast met enkele taken en bevoegdheden in het kader van de Warenwet. Controleurs van beide organisaties waren belast met het toezicht op de naleving van warenwettelijke voorschriften inzake zuivelproducten (COKZ) onderscheidenlijk eieren en eiproducten (het CPE). Daarnaast was aan de directeuren van zowel het COKZ als het CPE (onder)mandaat verleend om namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bepaalde erkenningen te verlenen.

Doordat het aantal bedrijven in de sector eieren/eiproducten en daarmee de omvang van de werkzaamheden van het CPE de afgelopen jaren is afgenomen, is ook de omvang van het apparaat van het CPE afgenomen. Een gevolg van deze afnemende omvang is een toenemende kwetsbaarheid van het CPE in organisatorische en financiële zin. Het bestuur van de Stichting CPE heeft naar aanleiding van deze ontwikkelingen aangegeven dat een blijvend goede en efficiënte uitvoering van de wettelijke taken door het CPE voor de toekomst onvoldoende kan worden gewaarborgd. Mede op advies van het CPE en met instemming van het COKZ is daarom gekozen voor het onderbrengen van de taken bij het COKZ. Dat geldt ook voor taken die het CPE uitvoerde voor de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Hierdoor wordt voorkómen dat het aantal controleurs op één erf toeneemt.

Gezien het voorgaande is besloten de warenwettelijke taken en bevoegdheden van het CPE met ingang van 1 juli 2012 te laten uitvoeren door het COKZ. In verband daarmee dienden drie warenwetregelingen en een aan de IG-NVWA verleend mandaat te worden gewijzigd. Deze regeling zorgt daarvoor. In die regelingen komen sinds 1 juli 2012 geen verwijzingen naar het CPE meer voor.

Artikel V van dit besluit regelt het overgangsrecht. Lopende zaken met betrekking tot besluiten die het CPE voor 1 juli 2012 heeft genomen, worden afgehandeld op de wijze die voor 1 juli 2012 gevolgd werd.

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger of het bedrijfsleven, en heeft ook verder geen bedrijfseffecten.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers.