De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken;
Gelet op de artikelen 35, derde lid, onderdeel b, van de Algemene Ouderdomswet, 63a,
derde lid, onderdeel b, van de Algemene nabestaandenwet en 1, onderdeel b, van het
Besluit afwijkende regels beperking export uitkeringen;
Besluit:
TOELICHTING
Op 1 januari 2000 is de Wet beperking export uitkeringen (Wet BEU) in werking getreden.
Op grond van de Wet BEU is in de betreffende materiewetten de bepaling opgenomen dat
bij of krachtens algemene maatregel van bestuur van de exportbeperking afwijkende
regels kunnen worden gesteld ten gunste van de verzekerde die werkzaamheden verricht
in het algemeen belang en buiten Nederland woont. Dit is in het Besluit afwijkende
regels beperking export uitkeringen nader uitgewerkt. Krachtens artikel 1, onderdeel
b, van dat besluit wordt onder ‘werkzaamheden verricht in het algemeen belang’ verstaan
werkzaamheden verricht door degene die is uitgezonden om werkzaamheden te verrichten
voor door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in overeenstemming met
de Staatssecretaris voor Buitenlandse Zaken aan te wijzen organisaties voor ontwikkelingssamenwerking.
De aanwijzing van deze organisaties in onderhavige Regeling zijn tevens van belang
voor de vrijwillige verzekering Algemene Ouderdomswet en Algemene Nabestaandenwet
van ontwikkelingswerkers. In de AOW (artikel 34 e.v.) en de Anw (artikel 63 e.v.)
is bepaald dat een vrijwillige verzekering voor maximaal tien jaar kan worden afgesloten.
De Wet herziening vrijwillige verzekering AOW en Anw regelt dat voor ontwikkelingswerkers
deze beperking niet geldt. Zij kunnen zich langer dan tien jaar vrijwillig verzekeren
voor de AOW en/of Anw indien zij werkzaam zijn bij een ontwikkelingsorganisatie welke
wordt genoemd in deze ministeriële regeling.
Gelet op een aantal nieuwe vermeldingen en naamswijzigingen van ontwikkelingsorganisaties
in artikel 1 is thans actualisering van de Regeling uit 2005 aangewezen. De onderhavige
Regeling vervangt de Regeling uit 2005 in zijn geheel. In de Regeling zijn zowel lidorganisaties
van de Vereniging voor Personele Samenwerking met Ontwikkelingslanden gevestigd te
’s-Gravenhage (PSO), vermeld als overige organisaties, die door de Staatssecretaris
van Buitenlandse Zaken zijn aangewezen als organisaties voor ontwikkelingssamenwerking.
Het betreft een limitatieve opsomming.
In artikel 1, onderdeel a, onder 1°, zijn de lidorganisaties van PSO opgenomen die
zonder nadere voorwaarde als ontwikkelingsorganisaties zijn aangewezen. Indien een
organisatie haar lidmaatschap van PSO beëindigd ziet, blijft zij echter op grond van
de onderhavige Regeling aangewezen als organisatie voor ontwikkelingssamenwerking
totdat deze Regeling wordt aangepast. Aldus wordt voorkomen dat in een dergelijke
situatie de uitkering onmiddellijk beëindigd zou dienen te worden.
PSO kent ook lidorganisaties die ontwikkelingssamenwerking niet als hoofdtaak hebben.
Deze organisaties zijn opgenomen in artikel 1, onderdeel a, onder 2° van de onderhavige
Regeling. Voor deze organisaties zal per geval door de Staatssecretaris van Buitenlandse
Zaken beoordeeld moeten worden of sprake is van een uitzending in het kader van ontwikkelingssamenwerking.
In artikel 1, onderdeel b, zijn de overige organisaties opgenomen die zijn aangewezen
als organisaties voor ontwikkelingssamenwerking maar die geen lid zijn van PSO. Dit
zijn met name organisaties die op levensbeschouwelijke grondslag werkzaam zijn op
het gebied van de ontwikkelingssamenwerking. Om als organisatie aan de lijst ‘overige
uitzendende organisaties’ te kunnen worden toegevoegd, zal aan de hierna volgende
richtlijnen moeten zijn voldaan:
-
• De organisatie is een in Nederland gevestigde niet-overheidsorganisatie (NGO) zonder
winstoogmerk.
-
• De organisatie heeft aantoonbaar draagvlak in Nederland.
-
• De organisatie bezit rechtspersoonlijkheid naar Nederlands recht.
-
• De organisatie zet zich in voor ontwikkelingssamenwerking in landen die voorkomen
op de OESO/DAC-lijst.
-
• De organisatie bestaat tenminste twee jaar.
-
• De organisatie brengt een jaarverslag uit, vergezeld door een geldige accountantsverklaring.
Concreet zijn in verband met actualisering van de Regeling 2005 de volgende wijzigingen
doorgevoerd.
In artikel 1, onderdeel a, onder 1°, van de lijst zijn de organisaties opgenomen die
lid zijn van PSO. De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken heeft ingestemd met toevoeging
van de volgende organisaties aan onderdeel 1°: Agriterra, AMREF Flying Doctors Nederland,
Both Ends, Connect International, Dance4life International, Dark & Light Blind Care,
Edukans, ETC Foundation, Fair Trade Original, Global Initiative on Psychiatry (GIP),
International Child Support (ICS), International Institute for Communication and Development
(IICD), International Water and Sanitation Centre (IRC), Milieukontakt International,
Nederlands Instituut voor Meerpartijen Democratie (NIMD), Press Now, SIMAVI, SOLIDARIDAD,
SOS-Kinderdorpen, Theatre Embassy, Transnational Information Exchange (TIE), War Trauma
Foundation, WASTE, WEMOS en de organisatie WPF/My Body, waarvan de naam per 31 december
2010 is gewijzigd in Rutgers WPF. Andere organisaties die tussen 2005 en 2011 een
naamswijziging hebben ondergaan, zijn: IKV Pax Christi (was: Pax Christi Nederland),
Mensen met een Missie (was: Centraal Missie Commissariaat), Oxfam Novib (was: Nederlandse
Organisatie voor Internationale Ontwikkelingssamenwerking (Novib)), Social Trade Organisation
(STRO) (was: stichting Aktie Strohalm), Mill Hill (MHM) (was: MHM) en Leprastichting
(was: Leprastichting (NSL)).
De volgende organisaties zijn uit onderdeel 1° verwijderd: het Centrum ontmoeting
der Volkeren bestaat niet meer, de organisatie Green Development Foundation (GDF)
is opgegaan in SOLIDARIDAD en het Humanistisch Overleg Mensenrechten (HOM) tenslotte
is doorgegaan onder de naam Aim for human rights, tot deze organisatie per 31 december
2010 haar activiteiten beëindigde.
Aan artikel 1, onderdeel a, onder 2°, zijn toegevoegd de Schorer Stichting, de Stichting
SOMO en VluchtelingenWerk Nederland. ). Het Nederlandse Olympisch comité - Nedelrandse
Sport Federatie (NOC/NSF) is uit dat onderdeel overgeheveld naar artikel 1, onderdeel
b.
Aan artikel 1, onderdeel b, is de Stichting Kinderhulp Mondiaal (Kimon) toegevoegd.
Vereniging De Verre Naasten (DVN) wijzigde haar naam in: De Verre Naasten (DVN).
In artikel 2 wordt geregeld dat de Regeling aanwijzing ontwikkelingsorganisaties 2005
wordt ingetrokken.
Op grond van artikel 3 geldt als hoofdregel dat aan het inwerkingtreden van de Regeling
aanwijzing ontwikkelingsorganisaties 2011 terugwerkende kracht wordt verleend tot
1 januari 2011, voor zover het organisaties betreft die niet in de vorige regeling
uit 2005 voorkwamen.
Voor ontwikkelingsorganisaties die lid zijn geworden van PSO op een datum die ligt
vóór 1 januari 2011 geldt een terugwerkende kracht tot en met de datum waarop dat
lidmaatschap ingang heeft gevonden.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
H.G.J. Kamp.