Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) | Staatscourant 2012, 12588 | Overig |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) | Staatscourant 2012, 12588 | Overig |
De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie heeft de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (hierna: de Raad) gevraagd te adviseren over het conceptwetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking. De voorgestelde wijzigingen in het Wetboek van Strafrecht betreffen a) aanpassingen van de proeftijden bij de voorwaardelijke invrijheidstelling (wijziging artikel 15c), b) het schrappen van de maximale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de tbs met dwangverpleging (wijziging artikel 38j) en c) de introductie van een nieuwe gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel voor zedendelinquenten uit detentie en ter beschikking gestelden (artikel 38z nieuw). Deze maatregel kan in beginsel levenslang duren.
De Raad onderschrijft het uitgangspunt in de memorie van toelichting, namelijk dat de terugkeer van zedendelinquenten geleidelijk, zorgvuldig en onder voorwaarden dient plaats te vinden. Hij kan zich daarom vinden in de voorstellen om de proeftijden van de voorwaardelijke invrijheidstelling te verlengen.
De Raad acht de noodzaak van het schrappen van de maximumduur van de voorwaardelijke beëindiging van de tbs met dwangverpleging vooralsnog niet aangetoond. De effecten van recent genomen maatregelen zijn nog niet zichtbaar. De Raad beveelt aan eerst de in 2008 ingevoerde verlenging van de voorwaardelijke beëindiging van de tbs met dwangverpleging van drie naar negen jaar te evalueren, alvorens het schrappen van de maximumtermijn te overwegen. De Raad wijst verder op WODC-onderzoek waarin wordt gesteld dat de langetermijn-recidive van recente uitstroomcohorten op een veel lager niveau uitkomt dan de terbeschikkinggestelden die uitstroomden in jaren ’80 en begin jaren ’90 (maar die wel zijn verdisconteerd bij de in de memorie van toelichting gepresenteerde cijfers).
Met betrekking tot de voorgestelde gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel concludeert de Raad dat de maatregel aansluitend op de definitieve beëindiging van een tbs-maatregel niet vereist is, gelet op de huidige mogelijkheden. De Raad concludeert dat de noodzaak van deze voorgestelde maatregel na een gevangenisstraf vooralsnog onvoldoende onderbouwd en prematuur is, gelet op de recente aanpassingen in de toezichtmogelijkheden op het terrein van het gevangeniswezen. De Raad adviseert de ontwikkelingen en resultaten van de recente verruiming van de toezichtmogelijkheden binnen het gevangeniswezen af te wachten voordat wordt overwogen een nieuwe, vergaande en ingrijpende maatregel na een straf in te voeren. De Raad beveelt daarnaast aan nader te onderbouwen of de voorgestelde maatregel en de toepassing ervan in de praktijk wel steeds de toets aan het EVRM zullen kunnen doorstaan. Tot slot geeft de Raad in overweging om nader te onderzoeken of een verruiming van de mogelijkheid tot oplegging van een deels voorwaardelijke straf tot de opties behoort (artikel 14a Sr).
Het advies kan worden opgevraagd bij het secretariaat van de Raad
postbus 30 137
2500 GC Den Haag
070-36 19 300,
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2012-12588.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.