Logo Renkum
Kennisgeving voorbereiding bestemmingsplan Oosterbeek veegbestemmingsplan 2012

Het college van burgemeester en wethouders maakt op grond van artikel 1.3.1 van het Besluit ruimtelijke ordening bekend dat een bestemmingsplan wordt voorbereid het enkele delen van het grondgebied van het dorp Oosterbeek en zijn directe omgeving. Het bestemmingsplan betreft de herziening en de actualisatie van ter plaatse geldende en zeer oude bestemmingsplannen en het vertalen in een nieuw bestemmingsplan van in het verleden met vrijstelling mogelijk gemaakte bouwontwikkelingen. Een gedeeltelijke uitzondering hierop betreft de bouwontwikkeling op het terrein van Hotel Dreyeroord. Voor deze bouwontwikkeling zijn bouwvergunningen met vrijstelling verleend. Deze vergunningen zijn echter dit jaar op procedurele gronden en dus niet op inhoudelijke gronden vernietigd door de rechtbank en worden nu door gebruikmaking van een andere procedure, dat wil zeggen dit bestemmingsplan, alsnog mogelijk gemaakt.

Voor het overige grondgebied van de kern van Oosterbeek gelden nog actuele bestemmingsplannen, waardoor het bestemmingsplan daar nu niet geactualiseerd dient te worden.

Het bestemmingsplan heeft grofweg betrekking op de volgende plangebieden:

  • 1. Een stuk van de tuin bij de woning aan de Schelmseweg 101 in het noordoosten van Oosterbeek;

  • 2. Het terrein van het Leo Kannerhuis gelegen tussen de Julianaweg (nummer 21), Jhr. Nedermeijer van Rosenthalweg (nummers 16 en 20), Prins Bernhardweg en de Mariënbergweg in het zuidoosten van Oosterbeek;

  • 3. Een klein deel van de Jacobaweg, nabij de aansluiting op de Toulon van der Koogweg in het centrum van de kern van Oosterbeek;

  • 4. Het terrein bekend als het voormalige GAWAR-terrein aan de Benedendorpsweg, naast nummer 186, en de Benedendorpsweg zelf ter plaatse van de woningen 190 t/m 208 in het zuidwesten van Oosterbeek;

  • 5. Het terrein De Sonnenberg van Stichting Woonzorg Nederland aan de Sonnenberglaan 4 t/m 108 inclusief de nieuwbouw van gebouw ’t Sprengerhof, in het westen van Oosterbeek;

  • 6. Het terrein bekend als Oosterbeek Hoog dan wel villapark Van Pelt in het centrum van Oosterbeek. Het betreft de woningen met percelen aan de Raanhuisstraat, Muntendamstraat, Peltstraat, Spanjaardstraat, Oosterhoogte, Hubertushoeve, de te bouwen appartementen aan de Utrechtseweg tussen nummer 85 en 101 en de bestaande woningen aan de Utrechtseweg 81 en 85;

  • 7. Het terrein van de Stichting Overdal aan de Lebretweg 2 en de Utrechtseweg 119 in het centrum van Oosterbeek;

  • 8. Een klein gedeelte van de spoorlijn Arnhem-Utrecht en zijn directe omgeving in het noordwesten en buiten de kern van Oosterbeek, ter hoogte en ten noorden van de Nico Bovenweg, nabij de kruising met de Valkenburglaan;

  • 9. Het terrein voorheen bekend als Dreijerheide, voormalig AZC, aan de Graaf van Rechterenweg 51 in het noordwesten van Oosterbeek. Het betreft de percelen met de woningen aan de Graaf van Rechterenweg 51, 51 a t/m h en de appartementen met nummers 53 1-32;

  • 10. Het terrein van Hotel Dreijeroord aan de Graaf van Rechterenweg 12 in het noordwesten van Oosterbeek;

  • 11. Het terrein in het centrum van Oosterbeek rondom het gemeentehuis waaronder het pand aan de Pastoor Bruggemanlaan 2 en de Utrechtseweg 147, de bibliotheek, het park De Dennenkamp, de brede school De Dennenborch, de ZOED en de woningen aan de A. Weeninklaan. Specifiek gaat het om de wegen het Raadhuisplein, de Generaal Urquhartlaan en de A. Weeninklaan.

    Het plangebied wordt globaal omsloten door: De Pastoor Bruggemanlaan en de Munninghofflaan in het oosten. De percelen aan de Wouter Klaassenlaan 20 t/m 40 en de Generaal Urquhartlaan 23 in het noorden. De percelen aan de Generaal Urquhartlaan 20 t/m 26, de A. Weeninklaan en de percelen aan de A. Weeninklaan 1 t/m 11 en het perceel aan de Utrechtseweg 149 in het westen.

    Het perceel van het voormalige Neder Veluwe College, kadastraal bekend als gemeente Oosterbeek, sectie C, nummer 4749, is buiten het plangebied gelaten. Dit omdat hier nieuwe bouwontwikkelingen zijn voorzien waarvan de planontwikkeling nog niet voldoende duidelijk is en omdat volledig nieuwe ontwikkelingen niet in dit hoofdzakelijke beheersbestemmingsplan worden opgenomen. Te zijner tijd zal voor deze nieuwe ontwikkeling een apart bestemmingsplan worden opgesteld.

Het daadwerkelijk starten van het bestemmingsplantraject zal naar verwachting binnen anderhalve maand plaatsvinden. Er liggen nu geen stukken ter inzage. U kunt ook geen zienswijze indienen ten aanzien van het voornemen het bestemmingsplan te gaan wijzigen.

Naar boven