De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
Gelet op richtlijn nr. 2012/10, Verordening 428/2009, artikel 2.26, eerste lid, van
de Douane- en Accijnswet BES en de artikelen 4b, 10, 20 van het Besluit strategische
goederen;
Besluit:
ARTIKEL I
De Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1 komt de definitie van gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen
als volgt te luiden: de lijst van goederen waarop het Gemeenschappelijk standpunt
2008/944/GBVB van de Raad van 8 december 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke
voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie
van toepassing is;
B
Na paragraaf 3 wordt de volgende paragraaf ingevoegd:
§ 3a. Voorwaarden
Artikel 5a
Voorwaarde voor gebruik van een vergunning als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van
verordening 428/2009, is dat ten minste twee weken voorafgaand aan het gebruik ervan
een schriftelijk verzoek om registratie wordt ingediend bij de Centrale dienst voor
in- en uitvoer (CDIU), Postbus 30003, 9700 RD Groningen. Het verzoek tot registratie
bevat in ieder geval de naam- en adresgegevens van de exporteur en indien de exporteur
daarover beschikt, het nummer, bedoeld in artikel 1, onderdeel 16 van de toepassingsverordening
Communautair douanewetboek (EORI-nummer).
C
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt`artikel 10, 16 of 24, van het besluit’ vervangen door: artikel
10 van het besluit.
2. Het vierde lid komt te luiden:
3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
-
6. Een consent tot binnenkomen en uitgaan als bedoeld in artikel 14, eerste lid, van
de Wet wapens en munitie geldt als een individuele doorvoervergunning als bedoeld
in artikel 5, eerste lid, van het besluit, indien de doorvoerzending niet is bestemd
voor commerciële doeleinden.
D
In artikel 10, aanhef, wordt `na afloop van half jaar binnen twee maanden’ vervangen
door:
binnen twee maanden na afloop van elk half kalenderjaar.
ARTIKEL II
De Nationale Algemene Uitvoervergunning NL002 wordt als volgt gewijzigd:
A
Onderdeel 4 van paragraaf 3 komt te luiden:
-
4. Voorwaarde voor gebruik van deze algemene vergunning is dat ten minste twee weken
voorafgaand aan het gebruik ervan een schriftelijk verzoek om registratie wordt ingediend
bij de Centrale dienst voor in- en uitvoer (CDIU), Postbus 30003, 9700 RD Groningen.
Het verzoek tot registratie bevat in ieder geval de naam- en adresgegevens van de
exporteur en indien de exporteur daarover beschikt, het nummer, bedoeld in artikel
1, onderdeel 16 van de toepassingsverordening Communautair douanewetboek (EORI-nummer).
B
Na paragraaf 4 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
§ 4a. Grondslag
Deze uitvoervergunning berust op artikel 4b van het Besluit strategische goederen.
ARTIKEL III
In artikel 1 van de Regeling algemene overdrachtsvergunning NL003, de Regeling algemene
overdrachtsvergunning NL004, de Regeling algemene overdrachtsvergunning NL005 en de
Regeling algemene overdrachtsvergunning NL006 komt de definitie van gemeenschappelijke
EU-lijst van militaire goederen als volgt te luiden: de lijst van goederen waarop
het Gemeenschappelijk standpunt 2008/944/GBVB van de Raad van 8 december 2008 tot
vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van
militaire goederen en technologie van toepassing is.
ARTIKEL IV
Artikel 2.82 van de Uitvoeringsregeling Douane- en Accijnswet BES komt als volgt te
luiden:
Artikel 2.82
Als militaire goederen worden aangewezen de goederen, opgenomen in de lijst van goederen
waarop het Gemeenschappelijk standpunt 2008/944/GBVB van de Raad van 8 december 2008
tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer
van militaire goederen en technologie van toepassing is.
ARTIKEL V
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2012, met uitzondering van artikelen
I, onder A en C, II, onder B, III en IV, welke in werking treden met ingang van 30 juni
2012.
TOELICHTING
I. ALGEMEEN
1. Inleiding
In verband met de wijziging van het Besluit strategische goederen en de publicatie
van verschillende nieuwe ministeriële regelingen die per 1 juli 2012 in werking treden,
wordt door middel van deze regeling een aantal regelingen op het gebied van strategische
goederen gewijzigd. Het betreft de wijziging of toevoeging van een aantal bepalingen
in verschillende regelingen op het terrein van exportcontrole, de verwijzing naar
de militaire goederenlijst en de registratievoorwaarden verbonden aan algemene vergunningen
voor goederen voor tweeërlei gebruik.
2. Administratieve lasten
De regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten. De wijzigingen betreffen
met name verduidelijkingen, verbeteringen en een formalisering van de bestaande praktijk.
Zo wordt de registratieverplichting voor het gebruik van een algemene vergunningen
geformaliseerd, maar deze registratie vond in de praktijk al plaats.
3. Vaste verandermomenten
Deze wijzigingsregeling treedt deels op 30 juni 2012 en deels op 1 juli 2012 in werking.
Daarmee wordt in zoverre afgeweken van het kabinetsbeleid inzake vaste verandermomenten
dat de regeling niet ten minste twee maanden voorafgaand aan die tijdstippen is gepubliceerd.
Dat is in dit geval deels gerechtvaardigd door Europese implementatietermijnen, ter
voorkoming van het vervallen van de Nationale Algemene Uitvoervergunning NL 002 en
teneinde aan te sluiten in de tijd bij de wijzigingen van het Besluit strategische
goederen van 1 juli 2012.
II. Artikelsgewijs
Artikel I, onderdeel A
De verwijzing naar de gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen is aangepast.
Voorheen werd verwezen naar de meest recente lijst zoals aangenomen in de EU. De lijst
diende daardoor in de verschillende regelingen waarin naar werd verwezen jaarlijks
te worden gewijzigd. Door te verwijzen naar de goederen waarop het 2008/844/GBVB van
de Raad van 8 december 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften
voor de controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie van toepassing
is, is die jaarlijkse aanpassing niet langer nodig. Hiermee wordt tevens aangesloten
bij de definitie zoals opgenomen in de Uitvoeringsregeling strategische diensten.
Artikel I, onderdeel B
Op grond van het gewijzigde Besluit strategische goederen kunnen bij ministeriële
regeling rapportageverplichtingen en registratievoorschriften worden gesteld voor
een vergunning als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van verordening 428/2009. Door
middel van dit artikel wordt van die mogelijkheid gebruik gemaakt en specifiek van
de mogelijkheid om registratievoorschriften op te nemen. De registratie dient minimaal
twee weken voorafgaand aan het eerste gebruik te worden gedaan bij de inspecteur.
Artikel I, onderdel C
De verwijzing in artikel 6 van de Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012 naar
een aantal artikelen in het besluit wordt aangepast doordat deze artikelen in het
besluit zijn komen te vervallen. Dit betreft de meldplicht in het geval een overdracht
of uitvoer niet vergunningplichtig is. Het moment voor het doen van de melding wordt
hierop aangepast.
Door de toevoeging van een zesde lid aan artikel 6 van de Uitvoeringsregeling strategische
goederen 2012 wordt een deel van de samenloop tussen de regelgeving op het terrein
van de Wet wapens en munitie en de exportcontroleregelgeving weggenomen. Deze samenloop
betreft wapens en munitie. Voor het doen binnenkomen en doen uitgaan van een aantal
soorten wapens en munitie is een consent op grond van de Wet wapens en munitie vereist.
Dit consent is niet verplicht indien er een vergunning op grond van het Besluit strategische
goederen is afgegeven. In de Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012 wordt
nu opgenomen dat ook een consent op grond van de Wet wapens en munitie kan volstaan
in plaats van een vergunning op grond van het Besluit strategische goederen. Hierdoor
kan worden volstaan met één van de documenten en is hier een keuze over welk document
wordt aangevraagd. Een uitzondering hierop vormen commerciële zendingen. Dat betreft
onder meer zendingen van wapens en munitie voor een verkoop, een demonstratie of een
reparatie. Voor deze zendingen zal een individuele doorvoervergunning moeten worden
aangevraagd. In tegenstelling tot artikel 6, vijfde lid, van de Uitvoeringsregeling
strategische goederen 2012 inzake het doen van een doorvoermelding, volstaat hier
niet de aanvraag voor een consent, maar moet het consent daadwerkelijk zijn afgegeven.
Artikel I, onderdeel D
De aanhef van artikel 10 van de Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012 wordt
geherformuleerd. De rapportage inzake het gebruik van individuele en globale vergunningen
voor militaire goederen dient na afloop van elk half kalenderjaar binnen twee maanden
plaats te vinden.
Artikel II, onderdeel A
In lijn met de registratievoorwaarden voor de uniale algemene vergunningen genoemd
in artikel 5a van de Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012, worden deze voorwaarden
ook opgenomen in de nationale algemene uitvoervergunning NL002.
Artikel II, onderdeel B
De grondslag van de Nationale Algemene Uitvoervergunning NL002 wordt expliciet opgenomen
in de regeling. De grondslag lag voorheen in artikel 8 van het Besluit strategische
goederen. Door wijziging van dat besluit is de grondslag voor deze regeling komen
te vervallen. De nieuwe grondslag ligt in artikel 4b van het Besluit strategische
goederen.
Artikel III
De verwijzing naar de gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen wordt aangepast
in de vier regelingen waarin algemene overdrachtsvergunningen voor militaire goederen
zijn opgenomen. Voorheen werd verwezen naar de meest recente lijst zoals aangenomen
in de EU. De jaarlijkse aanpassing van de lijst diende in de verschillende regelingen
waarin wordt verwezen naar de lijst te worden gewijzigd. Door te verwijzen naar de
goederen waarop het 2008/844/GBVB van de Raad van 8 december 2008 tot vaststelling
van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire
goederen en technologie van toepassing is, is die jaarlijkse aanpassing niet langer
nodig. Hierdoor wordt aangesloten bij de definitie zoals opgenomen in de Uitvoeringsregeling
strategische diensten.
Artikel IV
De verwijzing naar de gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen wordt in
de Uitvoeringsregeling Douane- en Accijnswet BES aangepast. Door te verwijzen naar
de goederen waarop het 2008/844/GBVB van de Raad van 8 december 2008 tot vaststelling
van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire
goederen en technologie van toepassing is, is een jaarlijkse aanpassing van de lijst
niet langer nodig.
Artikel V
Dit artikel bepaalt dat de regeling in werking treedt met ingang van 1 juli 2012,
met uitzondering van artikelen I, onder A en C, II, onder B, III en IV. Deze bepalingen
treden in werking met ingang van 30 juni 2012. De uitzonderingen op het Kabinetsbeleid
inzake Vaste Verandermomenten worden gerechtvaardigd enerzijds door de implementatieverplichting
die voortvloeit uit Richtlijn 2012/10 en anderzijds teneinde te voorkomen dat de Uitvoeringsregeling
Douane- en Accijnswet BES per 30 juni 2012 vervalt.
De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
H. Bleker.