Mandaatbesluit 2012 Bureau Financieel Toezicht

16 mei 2012

Het bestuur van het Bureau Financieel Toezicht (BFT), c.q. de voorzitter van het bestuur BFT,

Gelet op afdeling 10.1.1 Algemene wet bestuursrecht (Awb);

Gelet op artikel 110 Wet op het notarisambt;

Gelet op artikel 30 Gerechtsdeurwaarderswet;

Gelet op artikel 24 en 31 Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

Gelet op artikel 5 Uitvoeringsbesluit Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

Gelet op het artikel 1 Besluit aanwijzing toezichthouders Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

Overwegende dat het noodzakelijk is dat de volgende besluiten worden genomen met betrekking tot de uitvoering van de taken van het BFT;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • 1. Beslissingsmandaat: de bevoegdheid om in naam van de voorzitter van het bestuur BFT besluiten te nemen.

  • 2. Ondertekeningsmandaat: de bevoegdheid om in naam van de voorzitter van het bestuur BFT besluiten, correspondentie (en overige documenten) te ondertekenen.

  • 3. Vertegenwoordigingsmandaat: de bevoegdheid om namens de voorzitter van het bestuur BFT het BFT (in rechte) te vertegenwoordigen.

  • 4. Ondermandaat: een door een gemandateerde verleend mandaat (als bedoeld in artikel 10:9 Awb).

Artikel 2. Beslissingsmandaat

Het beslissingsmandaat wordt opgedragen aan iedere functionaris die is aangesteld in de functie van directeur BFT.

Artikel 3. Ondertekeningsmandaat

Het ondertekeningsmandaat wordt opgedragen aan iedere functionaris die is aangesteld in de functie van directeur BFT.

Artikel 4. Vertegenwoordigingsmandaat

Het vertegenwoordigingsmandaat wordt opgedragen aan iedere functionaris die is aangesteld in de functie van directeur BFT.

Artikel 5. Ondermandaat

De bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat aan een medewerker van het BFT wordt opgedragen aan iedere functionaris die is aangesteld in de functie van directeur BFT.

Artikel 6. Uitvoering (onder)mandaat

  • 1. Een krachtens (onder)mandaat genomen besluit vermeldt dat het namens de voorzitter van het bestuur BFT is genomen.

  • 2. De ondertekening van een krachtens (onder)mandaat genomen besluit alsmede van de op de gemandateerde bevoegdheden betrekking hebbende brieven geschiedt als volgt:

    Bureau Financieel Toezicht,

    de voorzitter van het bestuur,

    voor deze:

    [Handtekening gemandateerde]

    [Naam gemandateerde]

    [Functie gemandateerde]

Artikel 7. Intrekking

Overeenkomstig artikel 10:8 van de Awb kan het bestuur BFT c.q. de voorzitter daarvan het (onder)mandaat intrekken.

Artikel 8. Mandaat inzake dagelijkse gang van zaken

In het kader van de dagelijkse gang van zaken hebben de directeuren BFT (passend binnen de begroting en taakstelling van het BFT) de volgende bevoegdheden:

  • a. Het individueel (per directielid) aangaan van verplichtingen en het doen van (individuele) betalingen tot een maximum bedrag van € 100.000,–;

  • b. Het gezamenlijk (beide directieleden) aangaan van verplichtingen en het doen van (individuele) betalingen tot een maximum bedrag van € 250.000,–;

  • c. Het aanstellen of inhuren van tijdelijk personeel (binnen de grenzen genoemd onder a en b).

Artikel 9. Slotbepalingen

  • 1. Dit besluit wordt aangehaald als: ‘Mandaatbesluit 2012 Bureau Financieel Toezicht’.

  • 2. Het Mandaatbesluit BFT, vastgesteld door het bestuur BFT op 5 maart 2008, en de aanvulling hierop, vastgesteld door het bestuur BFT op 6 februari 2008, worden hierbij ingetrokken.

  • 3. Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

  • 4. Dit besluit treedt in werking de dag na plaatsing in de Staatscourant.

  • 5. Dit besluit ligt ter inzage op het kantoor van het BFT en zal op de website van het BFT (www.bureauft.nl) worden geplaatst.

Utrecht, 16 mei 2012

Bureau Financieel Toezicht, de voorzitter van het bestuur, A. Hammerstein.

Naar boven