Besluit van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 26 april 2011, nr. WJZ/11030551, instellingsbesluit topteams

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Minister en Staatssecretaris van Financiën, de Minister van Infrastructuur en Milieu en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Gelet op artikel 2, eerste lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de minister:

de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;

b. de commissie:

een topteam als genoemd in artikel 2, eerste tot en met negende lid, en artikel 3, eerste lid.

Artikel 2

  • 1. Er is een Topteam Agro-Food.

  • 2. Er is een Topteam Chemie.

  • 3. Er is een Topteam Creatieve Industrie.

  • 4. Er is een Topteam Energie.

  • 5. Er is een Topteam High Tech Materialen en Systemen.

  • 6. Er is een Topteam Life Sciences.

  • 7. Er is een Topteam Logistiek.

  • 8. Er is een Topteam Tuinbouw en Uitgangsmaterialen.

  • 9. Er is een Topteam Water.

  • 10. Een topteam als genoemd in het eerste tot en met negende lid, heeft tot taak om voor de betreffende sector met concrete voorstellen te komen voor het oplossen van knelpunten en het benoemen van speerpunten. Daartoe stelt een topteam in ieder geval een plan van aanpak op gericht op het versterken van de Nederlandse concurrentiekracht in de betreffende sector.

Artikel 3

  • 1. Er is een Topteam Hoofdkantoren.

  • 2. Het Topteam Hoofdkantoren heeft tot taak om met concrete voorstellen te komen voor het oplossen van knelpunten en het verbeteren van het vestigings- en investeringsklimaat voor hoofdkantoren in Nederland, waarbij onder meer aandacht wordt besteed aan de invloed van de financiële sector op dit vestigings- en investeringsklimaat.

Artikel 4

De commissie brengt uiterlijk 14 juni 2011 haar schriftelijke eindrapport uit aan de minister.

Artikel 5

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee en ten hoogste vier andere leden.

  • 2. De voorzitter en de andere leden worden door de minister benoemd. De voorzitter en de andere leden kunnen door de minister worden geschorst en ontslagen. Schorsing en ontslag van de leden, bedoeld in artikel 8, eerste tot en met vierde lid, onderdeel d, vijfde lid, onderdelen b en c, zesde tot en met negende lid, onderdeel d, en tiende lid, onderdelen d en e, geschiedt in overeenstemming met de minister die het mede aangaat.

  • 3. De leden, bedoeld in artikel 8, eerste tot en met vierde lid, onderdelen a, b en c, vijfde lid, onderdeel a, onder 1, 2 en 3, zesde tot en met tiende lid, onderdelen a, b en c, brengen op persoonlijke titel hun kennis en ervaring in en treden niet op als vertegenwoordiger van een specifieke belangengroep.

Artikel 6

  • 1. De commissie stelt haar eigen werkwijze schriftelijk vast.

  • 2. De minister voorziet in een ambtelijk secretaris voor de commissie.

  • 3. Het beheer van de bescheiden betreffende de werkzaamheden van de commissie geschiedt op overeenkomstige wijze als bij het Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. De bescheiden worden na beëindiging van de werkzaamheden van de commissie bewaard in het archief van dat ministerie.

  • 4. De commissie verstrekt desgevraagd aan de minister de voor de uitoefening van zijn taak benodigde inlichtingen. De minister kan inzage vorderen van zakelijke gegevens en bescheiden, voor zover dat voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig is.

Artikel 7

  • 1. Aan de voorzitter van de commissie wordt een vaste vergoeding per maand toegekend, waarbij de salarisschaal wordt vastgesteld op het maximum van schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit burgerlijke rijksambtenaren 1984 en de arbeidsduurfactor op 0,111.

  • 2. Aan de leden van de commissie, bedoeld in artikel 8, eerste tot en met vierde lid, onderdelen b en c, vijfde lid, onderdeel a, onder 2 en 3, en zesde tot en met tiende lid, onderdelen b en c, wordt een vaste vergoeding per maand toegekend, waarbij de salarisschaal wordt vastgesteld op het maximum van schaal 16 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit burgerlijke rijksambtenaren 1984 en de arbeidsduurfactor op 0,083.

Artikel 8

  • 1. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam Agro-Food worden voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011 tot lid van het Topteam Agro-Food benoemd:

    • a. dhr. drs. C.C. ’t Hart te Wassenaar, tevens voorzitter;

    • b. dhr. prof. dr. M.J. Kropff te Wageningen;

    • c. dhr. ir. A.J.M. Janssen te Meerlo;

    • d. dhr. mr. dr. J.P. Hoogeveen te Wassenaar.

  • 2. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam Chemie worden voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011 tot lid van het Topteam Chemie benoemd:

    • a. dhr. ir. R. Willems te Den Haag, tevens voorzitter;

    • b. dhr. prof. dr. ir. B.M. Weckhuysen te Houten;

    • c. dhr. dr. ir. B.J. Lommerts te Heerhugowaard;

    • d. mw. mr. R.M. Bergkamp te Heemstede.

  • 3. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam Creatieve Industrie worden voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011 tot lid van het Topteam Creatieve Industrie benoemd:

    • a. dhr. mr. V. van der Chijs te Joure, tevens voorzitter;

    • b. mw. prof. dr. V.A.J. Frissen te Haarlem;

    • c. dhr. Y.A.A. van Geest Msc. te Rotterdam;

    • d. mw. drs. J.A. van Kranendonk te Amsterdam.

  • 4. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam Energie worden voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011 tot lid van het Topteam Energie benoemd:

    • a. dhr. drs. ir. J. van der Veer te Wassenaar, tevens voorzitter;

    • b. dhr. prof. dr. ir. T.H.J.J. van der Hagen te Delft;

    • c. dhr. F. Pentinga te Arnhem;

    • d. dhr. mr. E.J. de Vries te Snelrewaard.

  • 5. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam High Tech Materialen en Systemen worden tot lid van het Topteam High Tech Materialen en Systemen benoemd:

    • a. voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011:

      • 1°. dhr. ing. A.H. Lundqvist te Gilze, tevens voorzitter;

      • 2°. dhr. prof. dr. ir. D.H.A. Blank te Enschede;

      • 3°. dhr. ir. M.H. Hendrikse te Nuenen.

    • b. voor de periode van 18 februari tot en met 30 april 2011:

      dhr. drs. J.H. de Groene te Voorburg;

    • c. voor de periode van 1 mei tot en met 30 juni 2011:

      dhr. ir. W Zwalve te Zoetermeer.

  • 6. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam Life Sciences worden voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011 tot lid van het Topteam Life Sciences benoemd:

    • a. dhr. drs. R.M.M. Fonville te Wijchen, tevens voorzitter;

    • b. dhr. prof. dr. D.D. Breimer te Oegstgeest;

    • c. dhr. dr. R. Lageveen te Groningen;

    • d. dhr. drs. P.H.A.M. Huijts te Zoetermeer.

  • 7. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam Logistiek worden voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011 tot lid van het Topteam Logistiek benoemd:

    • a. dhr. L. van Wijk te Aerdenhout, tevens voorzitter;

    • b. mw. prof. dr. E. Hagdorn-van der Meijden te Rotterdam;

    • c. dhr. W.G.A. Versteijnen te Tilburg;

    • d. dhr. drs. M.E.P. Dierikx te Leidschendam.

  • 8. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam Tuinbouw en Uitgangsmaterialen worden voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011 tot lid van het Topteam Tuinbouw en Uitgangsmaterialen benoemd:

    • a. dhr. drs. T.H. Huges te Blaricum, tevens voorzitter;

    • b. dhr. dr. ir. J.E. van den Ende te Haarlem;

    • c. dhr. ing. J.W. Breukink te Venhuizen;

    • d. dhr. mr. dr. J.P. Hoogeveen te Wassenaar.

  • 9. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam Water worden voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011 tot lid van het Topteam Water benoemd:

    • a. dhr. J.G. van Oord te Doorn, tevens voorzitter;

    • b. dhr. prof. dr. ir. N.C. van der Giesen te Delft;

    • c. mw. M.M.C. Prins te Maassluis;

    • d. mw. ir. A.G. Nijhof MBA te Haastrecht.

  • 10. Ter gelegenheid van de instelling van het Topteam Hoofdkantoren worden voor de periode van 18 februari tot en met 30 juni 2011 tot lid van het Team hoofdkantoren benoemd:

    • a. dhr. drs. S. van Keulen te Laren, tevens voorzitter;

    • b. dhr. prof. dr. H.W. Volberda te Zeist;

    • c. dhr. R.A.J. Swaak RA te Halsteren;

    • d. dhr. drs. S.J.H. Smits te Den Haag;

    • e. dhr. mr. E.A. Visser te Angerlo.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 18 februari 2011.

Artikel 10

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit topteams.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan betrokkenen.

Den Haag, 26 april 2011

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M.J.M. Verhagen.

TOELICHTING

In de recente kabinetsbrief ‘Naar de top’ (Kamerstukken II 2010/11, 32 637, nr. 1) zijn de hoofdlijnen van het nieuwe bedrijfslevenbeleid, zoals aangekondigd in het regeerakkoord, beschreven. Centraal element van dit bedrijfslevenbeleid is de stimulering van economische topsectoren. Het kabinet heeft negen topsectoren benoemd, te weten agro-food, tuinbouw en uitgangsmaterialen, high tech materialen en systemen, energie, logistiek, creatieve industrie, life sciences, chemie en water. In de brief ‘Naar de top’ is aangekondigd dat voor elk van deze sectoren een zogenaamd topteam zal worden ingesteld. Daarnaast is het sectordoorsnijdende thema ‘hoofdkantoren’ als tiende onderwerp aan de negen topsectoren toegevoegd, omdat het van belang is dat Nederland zijn positie als aantrekkelijk vestigings- en investeringsland voor met name hoofdkantoren van internationaal opererende bedrijven verder uitbouwt. Dit besluit voorziet in de instelling van topteams voor de bovengenoemde topsectoren en voor het thema ‘hoofdkantoren’.

De topteams hebben tot taak om voor de betreffende sector met concrete voorstellen te komen voor het oplossen van knelpunten en het benoemen van speerpunten. Daartoe wordt in ieder geval een plan van aanpak opgesteld dat is gericht op het versterken van de Nederlandse concurrentiekracht. In het plan van aanpak dient verder ten minste aandacht te worden besteed aan de onderwerpen kennis, innovatie en onderzoek, buitenlandbeleid, sectorale randvoorwaarden, de aansluiting van onderwijs op de arbeidsmarkt en duurzaamheid in de sector waarover het betreffende topteam adviseert.

Daarnaast regelt dit instellingsbesluit betreffende de topteams onder meer de benoeming van de leden en hun vergoeding. Elk topteam bestaat in beginsel uit vier leden met hun eigen expertise, te weten een voorzitter uit het bedrijfsleven, een vooraanstaand wetenschapper, een innovatief MKB-er en een topambtenaar. Het Topteam hoofdkantoren heeft twee ambtelijke leden. De niet-ambtelijke leden van de topteams brengen op persoonlijke titel hun kennis en ervaring in en treden niet op als vertegenwoordiger van een belangengroep. Alle topteams worden ondersteund door een secretariaat, waarvoor de minister een ambtelijk secretaris ter beschikking stelt.

Nadat elk topteam zijn schriftelijke eindrapport heeft uitgebracht, zal de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie namens het kabinet één integrale reactie geven op de voorstellen voor de negen topsectoren en daarbij samen met de bewindspersonen van Financiën een plan van aanpak presenteren naar aanleiding van de voorstellen voor het sectordoorsnijdende thema ‘hoofdkantoren’.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M.J.M. Verhagen.

Naar boven