Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, van 22 april, nr. 203037, strekkende tot wijziging van de Regeling technische maatregelen 2000 ten behoeve van de pulsvisserij

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Gelet op artikel 3 van het Reglement zee- en kustvisserij 1977;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 8 van de Regeling technische maatregelen 2000 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het tweede lid, onder b, wordt ‘onderdeel 3.2 van bijlage III’ vervangen door: onderdeel 3.2, onderdelen b tot en met e, van bijlage III.

2. Het derde lid komt te luiden:

  • 3. De minister rangschikt de aanvragen tot toestemmingverlening, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, in volgorde van ontvangst, waarbij aanvragen met dezelfde ontvangstdatum worden gerangschikt door loting voor zover op die datum het maximum van 42 kotters met de boomkor met elektrische stroom wordt overschreden.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 28 maart 2011.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 22 april 2011

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker.

TOELICHTING

In artikel 8, tweede en derde lid, van de Regeling technische maatregelen 2000 is aangegeven onder welke voorwaarden het mogelijk is toestemming te verlenen voor het vissen met elektrische stroom.

De wijziging van het tweede lid is een verduidelijking dat de voorwaarden waaraan het vistuig moet voldoen alleen betrekking heeft op de onderdelen b tot en met e van onderdeel 3.2 van bijlage III van Verordening (EG) nr. 43/2009 van de Raad van 16 januari 2009 tot vaststelling, voor 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PbEU L 22).

Ingevolge het derde lid kan voor 42 boomkorkotters toestemming worden verleend om te vissen met pulskor. Op grond van het reeds bestaand artikel 8, vierde lid, worden aan de toestemmingen voorwaarden voor deelname aan monitoring en onderzoek gesteld. Daarbij gaat het met name om het in beeld krijgen van vangstkarakteristieken (zoals bijvangsten, impact op kabeljauw), maar ook de impact van gewijzigde technische specificaties op het ecosysteem en de vangstefficiency. In het belang van de monitoring en onderzoek treedt de regeling met terugwerkende kracht in werking.

Er is geen sprake van een toename van de administratieve lasten.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker.

Naar boven