Burgemeester en wethouders van Vlissingen maken, ter voldoening aan het bepaalde in artikel 3.8, lid 3 van de Wet ruimtelijke
ordening, bekend, dat de gemeenteraad in zijn vergadering van 21 april 2011 het bestemmingsplan ‘Kenniswerf-Oost, gedeelte
Prins Hendrikweg/Hoek Oostsouburgseweg’ heeft vastgesteld. Gelijktijdig met de vaststelling van het bestemmingsplan heeft
zij besloten hiervoor geen exploitatieplan vast te stellen. Bij de vaststelling van het bestemmingsplan zijn geen wijzigingen
aangebracht ten opzichte van het ter visie gelegen ontwerp.
Het vastgestelde bestemmingsplan, het raadsbesluit en de bijlagen liggen met ingang van 9 mei 2011 ter inzage in het stadhuis,
Paul Krugerstraat 1, Vlissingen.
Deze publicatie en het raadsbesluit tot het vaststellen van het bestemmingsplan en tot het niet vaststellen van een exploitatieplan
zijn digitaal raadpleegbaar op de website van de gemeente: www.vlissingen.nl/bestemmingsplannen (rubriek ‘vastgestelde bestemmingsplannen’).
De digitale versie van het bestemmingsplan en de bijlagen zijn raadpleegbaar via de wettelijk verplicht gestelde website www.ruimtelijkeplannen.nl.
Door het tabblad bestemmingsplannen en vervolgens het tabblad ID te selecteren en daar in te vullen: NL.IMRO.0718.BPKO02-VG01,
kunt u het bestemmingsplan raadplegen. Deze website is ook te bereiken via het hiervoor genoemde webadres van de gemeente,
waar een link staat aangegeven naar genoemde landelijke website.
Tegen het vastgestelde bestemmingsplan staat, op grond van artikel 8.2., lid 1, sub a, van de Wet ruimtelijke ordening, voor
een belanghebbende met ingang van 10 mei 2011, gedurende een periode van zes weken (tot en met 20 juni 2011) beroep open bij
de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 AE ’s Gravenhage. Geen beroep kan worden ingesteld
door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten, dat hij geen zienswijze naar voren heeft gebracht bij
de gemeenteraad.
Het besluit tot vaststelling treedt in werking met ingang van de dag, na die, waarop de beroepstermijn is verstreken, dus
op 21 juni 2011. Een beroepschrift heeft geen schorsende werking. Indien binnen de beroepstermijn tevens een verzoek om voorlopige
voorziening is ingediend bij de Voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, treedt het besluit niet
in werking voordat op het verzoek is beslist.