Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Verkeer en Waterstaat | Staatscourant 2011, 7314 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Verkeer en Waterstaat | Staatscourant 2011, 7314 | Besluiten van algemene strekking |
19 april 2011
Nr. IENM/BSK-2011-36701
Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken i.o.
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Toerisme, Vervoer en Arbeid van Aruba, de Minister van Verkeer en Vervoer en Ruimtelijke Planning van Curaçao en de Minister van Toerisme, Economische Zaken, Verkeer en Telecommunicatie van Sint Maarten;
Gelet op richtlijn nr. 2009/17/EG van 23 april 2009 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie tot wijziging van richtlijn 2002/59/EG betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart (PbEU L 131) , artikel 3 van de Wet buitenlandse schepen, artikel 58 van de Schepenwet en de artikelen 1.12, vierde lid, en 1.15 van het Visssersvaartuigenbesluit 2002;
Besluit:
De Regeling vissersvaartuigen wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 4a.1, tweede lid, komt te luiden:
2. Het eerste lid is slechts van toepassing op Nederlandse vissersvaartuigen als bedoeld in het Vissersvaartuigenbesluit 2002.
B
Na paragraaf 4b wordt een nieuwe paragraaf ingevoegd, luidende:
Deze paragraaf is slechts van toepassing op Nederlandse vissersvaartuigen en vissersvaartuigen die dienstdoen in de binnenwateren of territoriale wateren van het Europese deel van Nederland, of hun vangst aan land brengen in een haven in het Europese deel van Nederland.
Vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 15 meter zijn volgens het volgende tijdschema uitgerust met een automatisch identificatiesysteem (klasse A) dat voldoet aan de door de IMO ontwikkelde prestatienormen:
– pasgebouwde vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 15 meter en alle vissersvaartuigen met een lengte over alles van 45 meter of meer: met ingang van het tijdstip waarop dit artikel in werking treedt;
– vissersvaartuigen met een lengte over alles van 24 meter of meer, doch minder dan 45 meter: uiterlijk op 31 mei 2012;
– vissersvaartuigen met een lengte over alles van 18 meter of meer, doch minder dan 24 meter: uiterlijk op 31 mei 2013;
– vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 15 meter, doch minder dan 18 meter: uiterlijk op 31 mei 2014.
De schipper van een vaartuig dat is uitgerust met een automatisch identificatiesysteem is verplicht dat systeem te allen tijde operationeel te houden, tenzij dit in uitzonderlijke omstandigheden naar het oordeel van de schipper gevaar oplevert voor de veiligheid of de beveiliging van het vissersvaartuig.
Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop het Rijksbesluit van de Minister van Infrastructuur en Milieu, houdende wijziging van het Vissersvaartuigenbesluit 2002 in verband met het opnemen van een grondslag voor uitvoering van Europese besluiten met betrekking tot de veiligheid van vissersvaartuigen, het opnemen van een grondslag voor voorschriften voor vissersvaartuigen met een lengte van minder dan 24 meter alsmede wijziging van het Schepenbesluit 2004 in verband met enige noodzakelijke aanpassingen in werking treedt.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant, in het Afkondigingsblad van Aruba, in het Publicatieblad van Curaçao en in het Afkondigingsblad van Sint Maarten worden geplaatst.
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.
Deze regeling wijzigt de Regeling vissersvaartuigen. De onderhavige wijzigingen vloeien voort uit de implementatie van richtlijn nr. 2009/17/EG van 23 april 2009 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie tot wijziging van richtlijn 2002/59/EG betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart (PbEU L 131).
Tevens is van het moment gebruik gemaakt om de redactionele wijziging van de beperking van de reikwijdte van artikel 4a.1 gelijk te laten lopen met een vergelijkbare wijziging van het Vissersvaartuigenbesluit 2002 welke wordt bewerkstelligd door middel van het Rijksbesluit van de Minister van Infrastructuur en Milieu, houdende wijziging van het Vissersvaartuigenbesluit 2002 in verband met het opnemen van een grondslag voor uitvoering van Europese besluiten met betrekking tot de veiligheid van vissersvaartuigen, het opnemen van een grondslag voor voorschriften voor vissersvaartuigen met een lengte van minder dan 24 meter alsmede wijziging van het Schepenbesluit 2004 in verband met enige noodzakelijke aanpassingen. Voor verdere inhoudelijke uitleg wordt verwezen naar de nota van toelichting bij het Rijksbesluit.
Het betreft hier de implementatie van een verplichting voor vissersvaartuigen met een lengte van meer dan 15 meter. Deze dienen gefaseerd over de periode tot 31 mei 2014 uitgerust te worden met een zogenaamd automatisch identificatiesysteem (AIS). Deze vissersvaartuigen zijn dan voorts verplicht het AIS te allen tijde operationeel te houden, behoudens uitzonderlijke omstandigheden waarin dit naar oordeel van de schipper gevaar oplevert voor de veiligheid of de beveiliging van het vissersvaartuig. Overtreding van deze verplichting wordt strafbaar gesteld.
Met deze verplichtingen wordt beoogd de veiligheid van vissersvaartuigen alsmede de veiligheid van het scheepvaartverkeer in het algemeen te vergroten.
De hierboven beschreven verplichting geldt zowel voor Nederlandse vissersvaartuigen, als voor buitenlandse vissersvaartuigen die dienstdoen in de binnenwateren of territoriale wateren van het Europese deel van Nederland, of hun vangst aan land brengen in een haven in het Europese deel van Nederland.
Aan deze wijzigingsregeling zijn geen administratieve lasten voor de burger of het bedrijfsleven verbonden. Derhalve is het concept van deze wijzigingsregeling niet aan het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal) voorgelegd.
Als gevolg van deze regeling dienen vissersvaatuigen met een lengte van meer dan 15 meter uitgerust te worden met een automatisch indentificatiesysteem, een zogeheten AIS-transponder. In totaal treft het circa 335 Nederlandse vissersvaartuigen. De kosten van een AIS-transponder, inclusief installatie, bedragen gemiddeld € 3.500,–. De totale invoeringslasten voor Nederlandse vissersvaartuigen bedragen derhalve circa € 1,20 miljoen.
Als gevolg van deze wijziging zullen ongeveer 335 Nederlandse vissersvaartuigen gefaseerd over de periode tot 31 mei 2014 aan deze verplichtingen moeten voldoen. De inspectiewerkzaamheden ten behoeve van de afgifte van de benodigde certificaten en controles kunnen met een geringe extra inspanning worden geïntegreerd in de bestaande werkzaamheden van de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW). Hierdoor zullen geen extra uitvoeringslasten ontstaan.
Het operationeel houden van het AIS valt onder de verantwoordelijkheid van de schipper. Wanneer de IVW een signaal bereikt dat een vissersvaartuig ten onrechte geen AIS-signaal uitzendt, zal de IVW handhavend optreden. Verwacht wordt dat het jaarlijks om een zeer gering aantal handhavingsacties zal gaan, en dat dit binnen de huidige capaciteit van de IVW opgevangen kan worden.
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2011-7314.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.