Tijdelijk besluit mandaat, volmacht en machtiging Wonen, Wijken en Integratie, en Rijksgebouwendienst

11 april 2011

Nr. 2011-2000134925

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in overeenstemming met de Minister van Infrastructuur en Milieu

Besluit:

Artikel 1

Mandaten, ondermandaten, volmachten en machtigingen, die op 13 oktober 2010 van kracht waren ten behoeve van functionarissen van het voormalige Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer ten aanzien van de aangelegenheden op het terrein van het Directoraat-Generaal Wonen, Wijken en Integratie en van de Rijksgebouwendienst worden aangemerkt als mandaten, volmachten en machtigingen die zijn verleend door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan:

  • a. de Secretaris-generaal van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

  • b. de directeur-generaal Wonen, Wijken en Integratie;

  • c. de directeur-generaal Rijksgebouwendienst;

  • d. de functionarissen die gemachtigd zijn om namens de voormalige Minister voor Wonen, Wijken en Integratie in rechte op te treden;

  • e. de functionarissen aan wie door of namens de Secretaris-generaal van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de directeur-generaal Wonen, Wijken en Integratie, de directeur-generaal Rijksgebouwendienst of de plaatsvervangend secretaris-generaal van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, ondermandaat, volmacht of machtiging is verleend.

Artikel 2

Mandaten, volmachten en machtigingen, die op 13 oktober 2010 van kracht waren ten behoeve van functionarissen van Agentschap NL, de Dienst Uitvoering Onderwijs, Agentschap SZW en het Centraal Justitieel Incassobureau ten aanzien van aangelegenheden op het terrein van wonen, wijken en integratie, worden aangemerkt als mandaten, volmachten en machtigingen, verleend door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 3

De uitoefening van de beheersverantwoordelijkheid ten aanzien van het personeel van de centrale stafdiensten van het voormalige Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de verlening van ondermandaat van deze bevoegdheid in de periode vanaf 14 oktober 2010 tot en met 31 december 2010 door de Secretaris-generaal van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt aangemerkt als de uitoefening van die beheersverantwoordelijkheid waarvoor mandaat, volmacht en machtiging is verleend door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 4

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

  • 2. De artikelen 1 en 2 werken terug tot en met 14 oktober 2010.

Artikel 5

Dit besluit wordt aangehaald als: Tijdelijk besluit mandaat, volmacht en machtiging Wonen, Wijken en Integratie, en Rijksgebouwendienst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.P.H. Donner.

TOELICHTING

Bij koninklijk besluit van 14 oktober 2010 is het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer opgeheven. De taken van dit ministerie op het gebied van Wonen, Wijken en Integratie en de Rijksgebouwendienst en de betreffende organisatie-onderdelen zijn overgegaan naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Als gevolg daarvan moeten het mandaat- en organisatiebesluit van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties worden aangepast. Om te borgen dat de rechtshandelingen en andere handelingen van de overgekomen onderdelen bevoegdelijk worden verricht tot het moment dat een nieuw mandaatbesluit voor het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is vastgesteld, wordt dit tijdelijke besluit mandaat, volmacht en machtiging vastgesteld. Aan de artikelen 1 en 2 van dit besluit wordt terugwerkende kracht verleend tot 14 oktober 2010 om te borgen dat er geen leemte ontstaat in de toekenning van de verschillende bevoegdheden. Daarmee is de uitoefening van de betreffende bevoegdheden tot en met de datum van inwerkingtreding van dit besluit gedekt.

Ten aanzien van het personeel van de stafdiensten van het voormalig Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer is de situatie inmiddels gewijzigd, aangezien zij, voor zover zij niet zijn overgegaan naar het nieuwe Ministerie van Infrastructuur en Milieu, per 1 januari 2011 volledig zijn geïntegreerd in de organisatie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en dus wat betreft de personele beheersbeslissingen vanaf die datum te maken hebben met de bestaande mandaatstructuur van dit ministerie. Daarom zijn in artikel 3 de bevoegdheden die de Secretaris-generaal van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in de periode vanaf 14 oktober 2010 tot en met 31 december 2010 ten aanzien van deze groep medewerkers heeft uitgeoefend gedekt verklaard.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.P.H. Donner.

Naar boven