Directe belastingen. Internationale inlichtingenuitwisseling; ondermandaatverlening

4 april 2011

Nr. DGBel2011/1728 M

Belastingdienst/Directoraat-generaal Belastingdienst, Cluster Fiscaliteit

De staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Dit besluit bevat een wijziging van de ondermandaatverlening voor het nemen van besluiten op basis van de artikelen 5 en 7 van de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen i.v.m. wijzigingen in de organisatiestructuur van de Belastingdienst / douane. Ook zijn enkele technische wijzigingen aangebracht.

1. Ondermandaatverlening ter uitvoering van de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen

De volgende functionarissen en de door hen aangewezen medewerkers van de Belastingdienst zijn binnen het kader van hun taken gemandateerd om besluiten te nemen ingevolge de artikelen 5 en 7 van de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen (hierna: WIB):

  • A. Besluiten inzake inlichtingenverstrekking aan niet EU-lidstaten met betrekking tot belastingen en heffingen (andere dan de in artikel 3, derde lid, Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003 vermelde heffingen) waarop de WIB van toepassing is

    De directeur van Belastingdienst/Oost.

  • B. Besluiten inzake inlichtingenverstrekking aan EU-lidstaten met betrekking tot belastingen en heffingen (andere dan de in artikel 3, derde lid, Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003 vermelde heffingen) waarop de WIB van toepassing is

    De directeuren van de in artikel 3, eerste lid, onderdeel a2 van de Uitvoeringsregeling

    Belastingdienst 2003 vermelde belastingregio’s, met uitzondering van

    Belastingdienst/Caribisch Nederland.

  • C. Besluiten inzake inlichtingenverstrekking met betrekking tot de in artikel 3, derde lid, Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003 vermelde heffingen waarop de WIB van toepassing is.

    De algemeen directeur Douane.

2. Toelichting

Algemeen

In dit ondermandaatbesluit is de mandatering van bevoegdheden voor het nemen van besluiten op grond van artikel 5 en 7 WIB geregeld. Met dit besluit is aangesloten bij het mandateringsbesluit nr. CPP2005/03241M van 28 februari 2006, houdende mandaatverlening en machtiging door de staatssecretaris aan de directeur-generaal Belastingdienst ter uitvoering van de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen.

Wijziging organisatiestructuur Douane

Met ingang van 1 januari 2010 is het nemen van besluiten met betrekking tot de inlichtingenverstrekking over de in artikel 3, derde lid, Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003 vermelde heffingen belegd bij de Belastingdienst/Douane Landelijk Kantoor, voor zover op deze heffingen de WIB van toepassing is. Tot 1 januari 2010 was deze bevoegdheid gemandateerd aan Belastingdienst/Douane Rotterdam. In lijn met het ingetrokken besluit nr. CPP2009/1632M van 17 augustus 2009 zijn de algemeen directeur Douane en de directeuren van de Belastingdienst/Noord, Belastingdienst/Oost, Belastingdienst/Randmeren, Belastingdienst/Rivierenland, Belastingdienst/Utrecht-Gooi, Belastingdienst/Amsterdam, Belastingdienst/Holland Noord, Belastingdienst/Haaglanden, Belastingdienst/Holland Midden, Belastingdienst/Rijnmond, Belastingdienst/Zuidwest, Belastingdienst/Oost-Brabant en Belastingdienst/Limburg, alsmede de door hen aangewezen medewerkers gemandateerd tot het nemen van besluiten met betrekking tot de verstrekking van inlichtingen aan het buitenland op grond van artikel 5 WIB (verstrekking van inlichtingen op verzoek van het buitenland) en artikel 7 WIB (spontane verstrekking van inlichtingen aan het buitenland). Van deze besluiten worden kennisgevingen gezonden aan degenen van wie de inlichtingen afkomstig zijn en die wonen of gevestigd zijn in Nederland. De directeuren en de door hen aangewezen medewerkers behandelen ook de bezwaar- en beroepschriften die daaruit kunnen voortvloeien. De bovengenoemde directeuren en de door hen aangewezen medewerkers van de Belastingdienst kunnen van deze bevoegdheden slechts gebruik maken indien en voor zover deze passen binnen het kader van de hen toegewezen taken.

3. Ingetrokken besluit

Het volgende besluit is ingetrokken met ingang van 1 januari 2010:

  • het besluit van 17 augustus 2009, nr. CPP2009/1632M.

4. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2010.

Dit besluit wordt in de Staatscourant gepubliceerd.

Den Haag, 4 april 2011

De staatssecretaris van Financiën,

F.H.H. Weekers.

Naar boven