ARTIKEL I
De Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 14, tweede, derde en vierde lid, komt te luiden:
2. De hoogte van de in het eerste lid bedoelde toelage is in de opvangvoorziening waarin de bewoners volledig zelf het eigen
eten verzorgen als volgt: volwassenen: € 56,63, kinderen tot en met 11 jaar: € 36,33, kinderen ouder dan 11 jaar en jonger
dan 18 jaar: € 43,49 en alleenstaande minderjarige vreemdelingen: € 53,10. Alleenstaande ouders krijgen daarboven een toeslag
van € 29,21.
3. De hoogte van de in het eerste lid bedoelde toelage is in de opvangvoorziening waarin de bewoners het ontbijt en een tweede
maaltijd zelf verzorgen en niet de hoofdmaaltijd als volgt: volwassenen: € 33,23, kinderen tot en met 11 jaar: € 13,31,
kinderen ouder dan 11 jaar en jonger dan 18 jaar: € 16,56 en alleenstaande minderjarige vreemdelingen: € 29,53. Alleenstaande
ouders krijgen daarboven een toeslag van € 23,18.
4. De hoogte van de in het eerste lid bedoelde toelage is in de opvangvoorziening waarin de bewoners alle maaltijden krijgen
verstrekt als volgt: volwassenen: € 17,63, kinderen tot en met 11 jaar: € 4,04, kinderen ouder dan 11 jaar en jonger dan
18 jaar: € 6,05 en alleenstaande minderjarige vreemdelingen: € 14,12. Alleenstaande ouders krijgen daarboven een toeslag
van € 11,60.
B
In artikel 18, derde lid, wordt ‘niet meer dan € 13,68 per week’ vervangen door: niet meer dan € 13,80 per week.
ARTIKEL II
Artikel 14, eerste tot en met vierde lid, van de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen
2005 komt te luiden:
1. De door de asielzoeker te ontvangen wekelijkse financiële toelage, bedoeld in artikel 9, eerste lid, aanhef en onder b, van
deze regeling, bestaat uit een bedrag ten behoeve van voedsel en een bedrag ten behoeve van kleding en andere persoonlijke
uitgaven.
2. De hoogte van het bedrag ten behoeve van voedsel, bedoeld in het eerste lid, in de opvangvoorziening waarin de bewoners volledig
zelf het eigen eten verzorgen, wordt berekend aan de hand van de volgende bedragen per persoon, per week:
a. bij een één- of tweepersoonshuishouden: volwassene: € 43,68, kind tot 18 jaar: € 33,39;
b. bij een driepersoonshuishouden: volwassene: € 34,86, kind tot 18 jaar: € 26,67;
c. bij een vierpersoonshuishouden: volwassene: € 31,08, kind tot 18 jaar: € 23,80.
3. De hoogte van het bedrag ten behoeve van voedsel, bedoeld in het eerste lid, in de opvangvoorziening waarin de bewoners
het ontbijt en een tweede maaltijd zelf verzorgen en niet de hoofdmaaltijd, wordt berekend aan de hand van het volgende bedrag
per persoon, per week:
a. bij een één- of tweepersoonshuishouden: volwassene: € 20,30, kind tot 18 jaar: € 9,24;
b. bij een driepersoonshuishouden: volwassene: € 16,17, kind tot 18 jaar: € 7,35;
c. bij een vierpersoonshuishouden: volwassene: € 14,42, kind tot 18 jaar: € 6,58.
4. De hoogte van het bedrag voor kleding en andere persoonlijke uitgaven, bedoeld in het eerste lid, is: € 12,95 per persoon,
per week.
ARTIKEL III
Tot 1 juni 2011 blijven artikel 14, eerste tot en met vierde lid, van de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën
vreemdelingen 2005, zoals die leden luidden op 31 maart 2011, van toepassing op de asielzoeker die op 31 maart 2011 in aanmerking
kwam voor de financiële toelage, bedoeld in artikel 9, eerste lid, aanhef en onder b, van die regeling.
ARTIKEL IV
1. Artikel I van deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt
geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2011.
2. De artikelen II en III van deze regeling treden in werking met ingang van 1 april 2011.
TOELICHTING
Algemeen
Deze regeling indexeert de bedragen die het Centraal Orgaan opvang asielzoekers van 1 januari tot 1 april 2011 uitkeert aan
asielzoekers in de COA-opvang (artikel I) en voert per 1 april een nieuw systeem in met andere bedragen voor de berekening
van de financiële toelage voor voedsel, kleding en andere persoonlijke uitgaven (artikel II), waarbij tot 1 juni 2011 overgangsrecht
geldt (artikel III).
Artikelsgewijs
ARTIKEL I
Artikel I strekt ertoe de aan een asielzoeker aan wie opvang wordt verleend in een opvangvoorziening van het COA te verstrekken
geldbedragen, zoals genoemd in de Rva 2005, als gevolg van indexatie aan te passen. In de praktijk zijn reeds vanaf 1 januari
2011 de nieuwe, hogere bedragen toegepast. Om die reden bestaat aanleiding om aan onderhavige wijziging terugwerkende kracht
tot en met 1 januari 2011 toe te kennen.
Vanaf 1 april 2011 zullen gefaseerd nieuwe bedragen gaan gelden. Vanaf die datum wordt gebruik gemaakt van nieuwe bedragen
en uitgangspunten voor de berekening van de wekelijkse toelage die de asielzoeker ontvangt. Voor die bedragen en uitgangspunten
is aansluiting gezocht bij de door het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) gehanteerde richtbedragen en de
uitgangspunten ten aanzien van dagelijkse kosten voor voeding per persoon bij verschillende huishoudgroottes.
Artikel I, onderdeel A
Met de wijzigingen worden de bedragen van de te verstrekken wekelijkse toelage ten behoeve van voedsel, kleding en andere
persoonlijke uitgaven verhoogd.
Artikel I, onderdeel B
Dit betreft een verhoging van het bedrag van de wekelijkse vergoeding voor het verrichten van vrijwillige werkzaamheden in
en rondom de opvanglocatie.
ARTIKEL II
Om te komen tot vermindering van opvangkosten en teneinde betere aansluiting te vinden bij de normbedragen voor de dagelijkse
uitgaven voor voedsel en de uitgangspunten die het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) hanteert, is gekozen
voor een nieuwe systematiek voor de berekening van de financiële toelage die de asielzoeker in de COA-opvang wekelijks ontvangt.
Artikel 14, eerste lid
Nieuw is dat iedere asielzoeker in de opvang hetzelfde bedrag voor kleding en andere persoonlijke uitgaven per week ontvangt.
Anders dan tot 1 april 2011 het geval is, worden de bedragen voor voedsel en het bedrag voor kleding en andere persoonlijke
uitgaven van elkaar gescheiden. De bedragen waarmee het deel van de financiële toelage wordt berekend ten behoeve van voedsel
zijn opgenomen in artikel 14, tweede en derde lid, van de Rva 2005. Het nieuwe vaste bedrag van het deel van de financiële
toelage ten behoeve van kleding en andere persoonlijke uitgaven is neergelegd in artikel 14, vierde lid, van de Rva 2005.
Artikel 14, tweede en derde lid
De nieuwe systematiek kent het uitgangspunt van hoe meer personen in het huishouden, des te hoger het bedrag dat aan voeding
wordt besteed. Maar ook dat het inkopen en bereiden van maaltijden voor meer personen juist relatief goedkoper is. Er is bij
de vaststelling van de bedragen dan ook rekening gehouden met de samenstelling van het huishouden van de asielzoeker.
Anders dan voorheen geldt voor een alleenstaande minderjarige in een één- of tweepersoonshuishouden dezelfde norm als voor
overige kinderen tot 18 jaar.
De toeslag voor alleenstaande ouder is komen te vervallen.
Artikel 14, vierde lid
Voor de norm voor het vaste bedrag dat asielzoekers ontvangen ten behoeve van kleding en andere persoonlijke uitgaven is aansluiting
gezocht bij het bedrag dat Nibud hanteert voor zakgeld voor een alleenstaande die zijn eigen eten verzorgt.
ARTIKEL III
Dit artikel bevat uitgestelde werking voor de asielzoekers die reeds op 31 maart 2011 in aanmerking kwamen voor de financiële
toelage. Deze groep ontvangt tot 1 juni de bedragen van artikel I van de voorliggende wijzigingsregeling en pas met ingang
van 1 juni 2011 de bedragen van artikel II.
Reden voor het verlenen van uitgestelde werking, is dat onmiddellijke werking op 1 april 2011 niet passend is geacht als het
gaat om asielzoekers in de opvang die op die datum reeds in aanmerking komen voor de wekelijkse financiële toelage. Aan de
nieuwe normen is uitgestelde werking toegekend voor zover het die categorie asielzoekers betreft. Gekozen is voor een periode
van twee maanden. De in artikel II opgenomen regels zullen vanaf 1 juni 2011 gaan gelden voor alle vreemdelingen die in de
COA-opvang verblijven. De periode van twee maanden geeft het COA de mogelijkheid om de vreemdelingen voor te lichten. Asielzoekers
kunnen zich zo voldoende voorbereiden op de gewijzigde – veelal lagere – te ontvangen toelage.
Dit laat onverlet dat op nieuwe gevallen, namelijk vreemdelingen die op 31 maart nog niet in aanmerking kwamen voor de hier
bedoelde financiële toelage, de regels van artikel II direct van toepassing zijn.
De
minister voor
Immigratie en Asiel,
G.B.M. Leers.