Besluit van de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 29 maart 2011, nr. 193750, houdende tijdelijke vrijstelling op grond van artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden ter bescherming van zaden van cichorei en asperge tegen bodemschimmels (Tijdelijke vrijstelling cichorei- en aspergezaden)

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

In overeenstemming met de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Gezien het verzoek van Plantum NL van 16 december 2010;

Gelet op artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden;

Besluit:

Artikel 1

Tijdelijke vrijstelling als bedoeld in artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden wordt verleend voor het gewasbeschermingsmiddel Proseed (toelatingsnummer 10918 N) ter bestrijding van bodemschimmels in de teelt van cichorei en asperges.

Artikel 2

De vrijstelling is slechts van toepassing indien de gebruiksvoorschriften in de bijlage bij dit besluit worden nageleefd.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van het tijdstip waarop het op de website van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie bekend wordt gemaakt en vervalt met ingang van 1 mei 2011.

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Tijdelijke vrijstelling cichorei- en aspergezaden. Het zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

voor deze:

Directeur-Generaal,

J.P. Hoogeveen.

Bijlage bij het besluit Tijdelijke vrijstelling cichorei- en aspergezaden

GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN behorende bij de Tijdelijke vrijstelling cichorei- en aspergezaden

Voorschriften bij het behandelen van het zaad:

  • 1. Toegestaan is uitsluitend het gebruik van het gewasbeschermingsmiddel Proseed ter behandeling van zaden van asperge en cichorei tegen bodemschimmels.

  • 2. Het gewasbeschermingsmiddel is uitsluitend bestemd voor professioneel gebruik.

  • 3. Het gewasbeschermingsmiddel mag uitsluitend in een industriële omgeving en door een gespecialiseerd bedrijf worden aangebracht op het zaad.

  • 4. Draag geschikte handschoenen en beschermende kleding bij het aanbrengen van het middel op het zaad.

  • 5. Een goede en regelmatige verdeling van het middel over het zaad is noodzakelijk voor een goede werking.

  • 6. De dosering is als volgt:

    Dosering per kg zaad:

    Asperge

    8 ml

    Cichorei

    10 ml

Voorschriften bij het uitzaaien van het met Proseed behandelde zaad:

  • 7. Het hierboven bedoelde zaaizaad mag uitsluitend worden ingezaaid met behulp van precisiezaaimachines.

  • 8. Draag geschikte handschoenen bij het mengen en vullen van de zaaimachines.

  • 9. Om de vogels en zoogdieren te beschermen, dient het behandelde zaad volledig in de bodem ondergewerkt te worden.

  • 10. Zorg ervoor dat het product ook aan het voorend is ondergewerkt in de bodem.

  • 11. Om de vogels en zoogdieren te beschermen dient gemorst product verwijderd te worden.

Overige voorschriften:

  • 12. Het bestemmen of in de handel nemen van behandelde zaden voor menselijke of dierlijke consumptie is niet toegestaan.

TOELICHTING

Op grond van artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Wgb) wordt tijdelijk vrijstelling verleend voor het gebruik van ProSeed (toelatingsnummer 10918 N) ter bescherming van asperge- en cichoreizaden tegen bodemschimmels. Vrijstelling kan worden verleend als de plantaardige productie door onvoorziene gevaren wordt bedreigd, terwijl het gevaar niet op andere wijze kan worden bestreden.

Het middel wordt gebruikt om de zaden van asperge en cichorei te voorzien van een beschermlaagje met een gewasbeschermingsmiddel (coating) op basis van de werkzame stof thiram.

Bij brief van 16 december 2010 heeft Plantum NL verzocht om de hierboven vermelde vrijstelling voor de periode tot en met medio april 2011, met het oog op het vervolgens kunnen uitzaaien van behandeld zaad in het teeltseizoen 2011.

Plantum voert daarbij het volgende aan:

Een gecombineerde aanvraag voor de herregistratie van de bestaande toelating van Proseed, alsmede een uitbreiding ervan met een kleine toepassing ten behoeve van de asperge- en cichoreiteelt is in september 2010 bij het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (hierna: Ctgb) ingediend. Het Ctgb constateerde dat de risico’s voor zoogdieren niet goed kunnen worden ingeschat. Het Ctgb heeft daarom aanvullende gegevens opgevraagd bij de aanvrager.

Een besluit omtrent toelating van het Ctgb wordt dit jaar niet meer verwacht. Dit betekent dat de behandeling van de zaden van cichorei en asperge met een gewasbeschermingsmiddel voor het teeltseizoen 2011 niet mogelijk is. De hoogwaardige teelt van cichorei is van belang voor de productie van inuline. De aspergeplantenopkweek is evenzeer een kleine, specialistische teelt, die bijdraagt aan het succes van de Nederlandse voedingsector.

Beoordeling aanvraag

Het gebruik van een gewasbeschermingsmiddel dat verboden is, kan worden vrijgesteld indien de plantaardige productie wordt bedreigd door een onvoorzien gevaar, dat op geen enkele andere wijze kan worden bestreden. Een niet toegelaten toepassing, in dit geval de behandeling van zaad van asperge en cichorei, valt ook onder dit verbod.

Het is aannemelijk dat er sprake is van een bedreiging van de plantaardige productie zowel voor asperge als voor cichorei bij het uitblijven van een gewasbeschermingsmiddelbehandeling, omdat zonder die behandeling een uitval tot wel 25% mogelijk is door zaden die niet opkomen, omdat zij tijdens het ontkiemen zijn aangetast door bodemschimmels. Tevens is aannemelijk dat alternatieve chemische en niet-chemische maatregelen ontbreken, die de bodemschimmels op een andere wijze kunnen bestrijden. Er is derhalve een noodzaak voor het gebruik van het gevraagde gewasbeschermingsmiddel.

Op 18 januari 2011 heeft het Ctgb een negatief advies ten aanzien van de aangevraagde vrijstelling gegeven vanwege een groot risico voor kleine zoogdieren.

ProSeed heeft een reguliere toelating als zaadbehandelingsmiddel tegen bodemschimmels in gewassen, zoals erwten, spinazie en ook witlof. Dit laatste gewas is sterk verwant aan cichorei. Behandeld zaad kan dus op basis van een reguliere toelating momenteel op redelijk grote schaal worden gebruikt in Nederland.

De vrijstellingsaanvraag betreft cichorei en asperge. Dit betreft kleine teelten in Nederland (asperge circa 150 ha, cichorei nog kleiner). Tot op heden zijn geen incidenten met kleine zoogdieren bekend, die gekoppeld kunnen worden aan de toelating van ProSeed in andere teelten dan asperge en cichorei. Echter, teneinde risico’s zoveel mogelijk uit te sluiten, zal worden bepaald dat het zaad slechts mag worden behandeld met een gewasbeschermingsmiddel in een industriële omgeving, met andere woorden door een gespecialiseerde zaadcoatingsfirma. Met het oog op hetzelfde doel, dient bij het uitzaaien van het behandelde zaad gebruik te worden gemaakt van precisiezaaimachines, waarbij alle zaad dient te worden ondergewerkt in de bodem. De kans op verspilling van zaad en het gevaar voor zoogdieren wordt hierdoor geminimaliseerd.

Het middel mag tot 1 mei 2011 worden aangebracht op zaad van cichorei en asperge. Met het oog op de gewenste onverwijlde voorziening zal het besluit op grond van artikel 38, vijfde lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden bekend worden gemaakt op de internetsite van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Het zal nadien ook worden gepubliceerd in de Staatscourant.

Naar boven