Buitenpost-dorp (gewijzigde vaststelling bestemmingsplan)

Wij maken bekend dat de gemeenteraad het bestemmingsplan Buitenpost-dorp op 3 februari 2011 gewijzigd heeft vastgesteld.

Het raadsbesluit en het vastgestelde bestemmingsplan kunt u van 23 maart tot en met 3 mei 2011 inzien bij de afdeling Ruimte op maandag tot en met donderdag van 9.00 tot 16.00 uur en op vrijdag van 9.00 tot 12.00 uur. U kunt het raadsbesluit en het vastgestelde bestemmingsplan ook inzien via onze website www.achtkarspelen.nl (Informatie over→Leefomgeving en wonen→Ruimtelijke plannen) en www.ruimtelijkeplannen.nl.

Bestemmingsplan Buitenpost-dorp

Het bestemmingsplan Buitenpost-dorp biedt een regeling voor het dorpsgebied van Buitenpost. Voor het centrumgebied, de bedrijventerreinen en (recente) uitbreidingswijken zijn of worden afzonderlijke bestemmingsplannen opgesteld.

Het bestemmingsplan Buitenpost-dorp is een zogenaamd ‘conserverend’ bestemmingsplan. Dit houdt in dat bestaande functies worden bestemd. Nieuwe (meer grootschalige) ontwikkelingen worden in afzonderlijke bestemmingsplannen geregeld.

Het grootste deel van het dorpsgebied heeft een woonfunctie en is in het bestemmingsplan ook als zodanig bestemd. In het gebied komt incidenteel een andere functie voor (bijv. een school, bedrijf enzovoort). Nieuwe detailhandel is alleen toegestaan in het centrumgebied. Voor dit gebied wordt een apart bestemmingsplan opgesteld (bestemmingsplan Buitenpost-centrum).

Bij de vaststelling zijn de volgende wijzigingen aangebracht ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan:

Ten aanzien van de verbeelding:

  • a. de bouwgrens van de C.B.S De Lichtbron aan de Johan Frisostraat 2 te Buitenpost aan de zijde van de Eringalaan te laten aansluiten op de contour van het bestaande gebouw;

  • b. de maximale bouwhoogte van het bouwvlak van C.B.S De Lichtbron aan de Johan Frisostraat 2 te Buitenpost te verlagen van 6 naar 4 meter;

  • c. dat voor het Lauwerscollege aan de Hoefslag de wijzigingsbevoegdheid van toepassing wordt verklaard. In artikel 12 Bestemming Maatschappelijk zal – onder een nieuw toe te voegen lid – de wijzigingsbevoegdheid worden opgenomen.

Ten aanzien van de planregels:

  • a. De term ‘ontheffing’ in de planregels te wijzigen in ‘afwijking’;

  • b. artikel 29 ‘Algemene procedureregels’ te wijzigen in:

    • 29.a Op de voorbereiding van een besluit tot het toepassen van nadere eisen op grond van de Wet ruimtelijke ordening is de volgende procedure van toepassing:

      • 1. een ontwerpbesluit tot nadere eis, waarbij toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening, ligt, met bijhorende stukken, gedurende 4 weken op het gemeentehuis ter inzage;

      • 2. Burgemeester en Wethouders maken de terinzagelegging van te voren in één of meer dag- of nieuwsbladen, die in de gemeente worden verspreid, op de gemeentelijke website en voorts op de gebruikelijke wijze, bekend;

      • 3. de bekendmaking houdt mededeling in van de bevoegdheid tot het indienen van zienswijzen;

      • 4. gedurende de in sub 1. genoemde termijn kunnen belanghebbenden bij burgemeester en wethouders schriftelijk zienswijzen indienen omtrent het ontwerp-besluit of nadere eis.

    • 29.b Op de voorbereiding van een besluit tot afwijken bij een omgevingsvergunning is de in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht genoemde procedure van toepassing.

    • 29.c Op de voorbereiding van een besluit tot wijziging is de in de Wet ruimtelijke ordening genoemde procedure van toepassing;

  • c. daar waar in het ontwerpbestemmingsplan (in de planregels en de toelichting) wordt gesproken over bouwvergunning, dit te wijzigen in ‘omgevingsvergunning (voor de activiteit bouwen)’;

  • d. daar waar in het ontwerpbestemmingsplan (in de planregels en de toelichting) wordt gesproken over vergunningsvrije gebouwen en bouwwerken, dit te wijzigen in ‘omgevingsvergunningvrije gebouwen en bouwwerken’;

  • e. artikel 3.2 lid b sub 7 en artikel 4.2 lid b sub 7 van de planregels te wijzigen in:

    ‘de goothoogte van een aan- en uitbouw en een aangebouwd bijgebouw mag niet meer dan 0,30 m boven de vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw bedragen’

    En artikel 8.2 lid b sub 7 en artikel 12.2 lid b sub 7 van de planregels te wijzigen in:

    ‘de goothoogte van een aan- en uitbouw en een aangebouwd bijgebouw mag niet meer dan 0,30 m boven de vloer van de eerste verdieping van de dienstwoning bedragen’.

    En artikel 10.2 lid b sub 7 en artikel 11.2 lid sub 7 van de planregels te wijzigen in:

    ‘de goothoogte van een aan- en uitbouw en een aangebouwd bijgebouw mag niet meer dan 0,30 m boven de vloer van de eerste verdieping van de bedrijfswoning bedragen’;

    En artikel 20.2 lid b sub 4 van de planregels te wijzigen in:

    ‘de goothoogte van een aan- en uitbouw en een aangebouwd bijgebouw mag niet meer dan 0,30 m boven de vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw bedragen; de goothoogte van een vrijstaand bijgebouw mag niet meer 2,5 meter bedragen, dan wel de bestaande goothoogte indien hoger ’;

  • f. in artikel 12 bestemming Maatschappelijk een wijzigingsbevoegdheid op te nemen voor het Lauwerscollege ten behoeve van een uitbreiding van de locatie aan de Hoefslag.

Beroep

Gedurende bovenvermelde termijn kan beroep worden ingesteld tegen het plan door:

  • een belanghebbende die tijdig een zienswijze bij de gemeenteraad naar voren heeft gebracht;

  • een belanghebbende aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten, dat hij niet tijdig een zienswijze bij de gemeenteraad heeft ingediend.

  • Een ieder die bedenkingen heeft naar aanleiding van de genoemde wijzigingen, die bij de vaststelling van het bestemmingsplan zijn aangebracht.

Beroep kan worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag.

Degenen die tot indiening van een beroepschrift gerechtigd zijn, kunnen gelijktijdig met of na het indienen van een beroepschrift tevens een verzoek om voorlopige voorziening (schorsing) indienen bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het besluit tot vaststelling treedt in werking daags na afloop van de beroepstermijn. Indien binnen die termijn een verzoek om voorlopige voorziening bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is ingediend, treedt het besluit niet in werking voordat op dat verzoek is beslist.

Meer informatie

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Marije Streefkerk (0511) 54 82 30 van de afdeling Ruimte.

Buitenpost, 22 maart 2011

Burgemeester en wethouders voornoemd,

T.J. van der Zwan,

burgemeester.

E. van der Sluis,

secretaris.

Naar boven