Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 2 december 2011, nr. WJZ/350311, houdende aanpassing van de Regeling pilots startgroepen voor peuters in verband met wijziging van de hoogte van het subsidiebedrag

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 4 van de Wet overige OCW-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I WIJZIGING REGELING PILOTS STARTGROEPEN VOOR PEUTERS

De Regeling pilots startgroepen voor peuters wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 6, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het slot van onderdeel d vervalt ‘en’.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel e door ‘; en’, wordt een onderdeel toegevoegd luidende:

  • f. de kosten ter grootte van 1 dagdeel in verband met de inzet van de beroepskracht voorschoolse educatie die niet reeds worden vergoed door de gemeente.

B

Artikel 7 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 57.000’ vervangen door: € 61.128.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 141.000’ vervangen door: € 153.384.

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 11 juni 2011.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

TOELICHTING

Financiële gevolgen en administratieve lasten

De kosten voor de mbo-er worden, krachtens het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie, voor (ten minste) vier dagdelen van ten minste 2,5 uur, vergoed door de gemeente. In de subsidieregeling pilots van startgroepen voor peuters staat dat de startgroep ten minste vijf dagdelen van ten minste 2,5 uur omvat. In de intentieverklaring die de gemeenten hebben ondertekend voor deelname aan de pilots, is opgenomen dat de gemeente de beschikbare middelen voor voorschoolse educatie ook in de startgroep beschikbaar stelt om te voldoen aan het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie. De gemeente draagt dus de kosten voor de mbo-er voor vier dagdelen van ten minste 2,5 uur. De kosten voor de mbo-er voor het vijfde dagdeel worden niet vergoed door de gemeente, en op basis van het eerdere besluit ook niet gesubsidieerd op basis van de subsidieregeling. De extra kosten voor het 5e dagdeel van de mbo-er zullen alsnog door het Rijk worden vergoed.

De financiële gevolgen voor het Rijk bedragen in het schooljaar 2011–2012 € 123.840,– De extra kosten voor de schooljaren 2012–2013, 2013–2014 en 2014–2015 bedragen in totaal € 371.520,–.

Hier zijn geen administratieve lasten mee gemoeid.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

Naar boven